Bij een verdenking op een hersentumor of andere hersenziekte zal de arts een CT-scan of een MRI-scan van de hersenen laten maken (zie voorbeeld hiernaast). Een hersentumor heeft vaak een karakteristiek aspect op de scan.
CT-scans worden onder andere gebruikt om grote hersenletsels, zoals bij een beroerte of bij hersentumoren, af te beelden. CT speelt een belangrijke rol bij het vaststellen van hersenletsel na een ongeval omdat bloed, zwellingen en schedelbreuken goed te zien zijn.
Terwijl de tafel verschuift, maakt de CT-scan een aantal foto's. Op een foto is telkens een ander stukje van het orgaan of weefsel afgebeeld. Deze foto's maken een tumor en eventuele uitzaaiingen zichtbaar. Ze laten ook zien hoe groot de tumor is en welke vorm deze heeft.
Een CT-scan van de hersenen is bijzonder geschikt om een hersentumor op te sporen. Om dit onderzoek uit te voeren, kan het zijn dat men een contrastmiddel injecteert in uw bloedbaan.
Nee, kanker opsporen met alleen een bloedafname, zonder te zoeken naar een specifieke kanker, kan niet. Als een arts een bepaalde kanker vermoedt, kan hij in een aantal gevallen wel (proberen) die op te sporen in het bloed. Meestal volstaat een bloedonderzoek echter niet.
Een snelgroeiende of grote tumor veroorzaakt drukverhoging in de hersenen. Een gevolg van drukverhoging kan hoofdpijn zijn. Dit krijg je vooral bij activiteiten die zelf ook de druk laten toenemen, zoals bukken, niezen of persen. Soms gaat de hoofdpijn samen met misselijkheid en overgeven, vaak vroeg in de ochtend.
De hoofdpijn bij een hersentumor is niet voor iedereen gelijk, maar de typische hoofdpijn bevindt zich achter de ogen, heeft een drukkend karakter en is niet kloppend, zoals bijvoorbeeld bij migraine het geval is. Bij tumoren in de kleine hersenen kan de hoofdpijn juist in het achterhoofd zitten.
De levensverwachting van patiënten met een kwaadaardige hersentumor is kort. Van de honderd mensen is de helft na vijftien maanden overleden. Met haar onderzoek hoopt Broekman hun situatie te verbeteren. De ontwikkeling staat al bijna vijftien jaar nagenoeg stil.
Door de verhoogde hersendruk krijg je last van hoofdpijn, misselijkheid en overgeven. Je oogzenuw kan door de druk in de hersenen ook opzwellen, dat noemen we papiloedeem. De oogarts kan dat zien.
Een CT-scan kent weinig risico's. De scan werkt met röntgenstraling. Eenmalig gebruik kan geen kwaad, maar bij veelvuldig gebruik kan het schadelijk zijn. Een arts vraagt dit onderzoek daarom alleen aan als het echt nodig is.
Een CT-scan (ook wel RX, CAT of computertomografie genoemd) is een radiologisch onderzoek dat compleet pijnloos is en dat beelden 'in plakjes' levert van het lichaam. Bij deze methode worden röntgenstralen of X-stralen gebruikt. Het principe is eenvoudig. Elk weefsel van ons lichaam (huid, vet, organen, bot enz.)
Een CT-scan geeft een arts een compleet overzicht van bijvoorbeeld het gehele boven- en onderlichaam. Een MRI daarentegen laat meestal maar een beperkter deel van het lichaam zien, bijvoorbeeld alleen de onderbuik en toont organen meer op detailniveau.
Een angstig karakter is zichtbaar op een hersenscan. Zo blijkt uit promotieonderzoek van Dana van Son (Universiteit Leiden). Bovendien maakt de scan iets duidelijker wat er mogelijk aan de hand is in het brein van mensen met een angstige persoonlijkheid.
Een röntgenfoto krijg je als je kanker hebt vaak van je borst(holte) of van je botten. Zo wordt bijvoorbeeld een tumor in je longen zichtbaar.
De radioloog stuurt dit verslag (zonder de foto's) aan de arts die de CT-scan voor u heeft aangevraagd. Dit is na ongeveer een week. U krijgt de uitslag van de CT-scan tijdens de volgende afspraak met uw arts.
De tumoren ontstaan meestal rond het 50e tot 60e levensjaar, maar kunnen ook veel eerder of later optreden. Wat dat betreft is er een grote spreiding. Mannen en vrouwen lopen min of meer in gelijke mate het risico een hersentumor te krijgen.
Definitieve genezing is helaas niet mogelijk. Dat wil niet zeggen dat behandeling dan zinloos is. De behandeling is gericht op langdurig remmen of stoppen van de tumorgroei met een goede kwaliteit van leven.
Een kwaadaardige hersentumor groeit snel en dringt wel door in het omliggende hersenweefsel. De tumor kan uitzaaien naar andere delen van de hersenen of het ruggenmerg. Een kwaadaardige hersentumor zaait heel zelden uit naar andere delen van het lichaam.
Wat zijn de oorzaken? Hersentumoren (gliomen) zijn zeldzaam. Er worden ongeveer tien tot twintig patiënten met een glioom per 100.000 inwoners per jaar gevonden. Dat is niet veel veranderd sinds de diagnose beter gesteld kan worden met een MRI-scan.
Van de mensen met een laaggradig glioom is ruim 80% twee jaar na diagnose nog in leven, terwijl dit ongeveer de helft is onder patiënten met een hooggradige ziekte. Glioblastoom, het meest voorkomende type, heeft de slechtste prognose met een 2-jaarsoverleving van nog geen 20%.
Met bevolkingsonderzoek kan men een bepaalde kankersoort in een vroeg stadium opsporen. Door deel te nemen aan bevolkingsonderzoek vergroot u de kans op vroegtijdige ontdekking en genezing van kanker.
Een tumor in de hersenen kan zowel goed- als kwaadaardig zijn. Als er sprake is van een goedaardige hersentumor betekent het dat de tumor niet uitzaait, langzaam groeit en niet doordringt in omliggend weefsel.
Een hersenkanker kan ontstaan zijn in de hersenen (een primaire hersenkanker) maar het is ook mogelijk dat het een uitzaaiing is van een andere tumor (bv een borstkanker). In dat geval gaat het niet om hersentumoren en is de behandeling van deze uitzaaiingen afhankelijk van de kanker waaruit ze voortkomen.
Dit soort tumor is zeer hardnekkig maar de onderzoekers hebben een manier gevonden om de groei ervan te stoppen. "We hebben ontdekt dat als we IL-33 verhinderen de kern van de tumorcellen te bereiken, dat het hele proces lamlegt.