Bij elke operatie is er een risico op het ontstaan van een nabloeding, infectie of trombose. Sommige patiënten kunnen na de operatie last hebben van moeheid, duizeligheid en concentratieproblemen. Deze klachten zijn meestal een gevolg van de narcose. Meestal verdwijnen deze klachten na verloop van tijd vanzelf.
Ook als de baarmoeder via de vagina of laparoscopisch verwijderd is, is de buik de eerste dagen pijnlijk. Langzamerhand wordt de pijn minder. Als u moet hoesten, niezen of lachen kunt u de buik het beste met uw handen ondersteunen; dat voorkomt pijn. Na een dag wordt een eventuele gaastampon verwijderd.
Naar huis. Gewoonlijk bent u na enkele dagen weer goed op weg naar herstel en kunt u het ziekenhuis na 3 - 7 dagen verlaten. Dit hangt onder andere af van de manier waarop uw baarmoeder is verwijderd.
UTRECHT - Vrouwen bij wie de baarmoeder wordt verwijderd, hoeven niet bang te zijn dat hun seksuele genot hieronder te lijden heeft. Onderzoek van het Universitair Medisch Centrum (UMC) Utrecht onder ruim vierhonderd vrouwen wijst uit dat zij hun seksleven beter waarderen na de operatie.
Het verwijderen van de baarmoeder is een grote operatie. Daarom is het belangrijk rustig aan te doen. Tillen en dragen: Het is belangrijk om de eerste week na de operatie niet zwaarder dan 3 kg te tillen en te dragen.
Zolang u nog bloedverlies heeft via de vagina mag u geen tampons gebruiken, niet baden, zwemmen of naar de sauna gaan. Dit in verband met hygiëne en risico op een infectie. Douchen mag wel. Wij adviseren pas na 2 weken na de operatie auto te gaan rijden en korte stukjes te fietsen.
Een normale baarmoeder is zo groot als een kleine peer en weegt 50 gram. De baarmoeder bestaat voornamelijk uit stevig spier- weefsel. Soms ontstaat plaatselijk verdikkingen in de baarmoeder- spier die vleesbomen (myomen) worden genoemd en aanleiding kunnen geven tot hevige en pijnlijke menstruaties.
Wat zijn vleesbomen? Vleesbomen zijn goedaardige knobbels, die meestal uitgaan van de baarmoederspier. Ze bestaan uit spier- en bindweefsel en voelen een beetje rubberachtig aan. Myomen kunnen een paar millimeter groot zijn, maar ook zelfs een paar kilo wegen.
Afhankelijk van de soort operatie moet u rekening houden met een hersteltijd van circa 4 tot 6 weken. Bij een operatie via de schede of kijkbuis zal dit eerder richting de 4 weken zijn, bij een buiksnede duurt het herstel zeker 6 weken. Dat wil niet zeggen dat u tijdens uw herstel 'niets' mag.
De gynaecoloog kan de baarmoeder verwijderen via de schede (vaginaal), soms in combinatie met een kijkoperatie (laparoscopie) of via de buikwand (abdominaal). Bij een operatie via de buikwand is een horizontale snede (bikinisnede) mogelijk of een verticale snede van de navel naar beneden.
Over het algemeen is het advies om de eerste 6 weken na de operatie geen gemeenschap (vrijen) te hebben, zodat het wondgebied goed kan genezen. Er is niets op tegen om al eerder seksueel opgewonden te raken of te masturberen. De eerste tijd na de operatie hebben de meeste vrouwen minder zin in vrijen.
U loopt geen risico op baarmoederhalskanker als uw baarmoederhals volledig is verwijderd. Deelnemen aan het bevolkingsonderzoek is niet nodig.
Baarmoederkanker kan ook uitzaaien naar andere organen. Dat gebeurt meestal pas in een laat stadium. Als baarmoederkanker uitzaait, is dat meestal naar de longen, de lever en de botten. Uitzaaiingen in de buikholte komen vooral voor bij non-endometroïde baarm0ederkanker.
Een baarmoederoperatie kan nodig zijn bij vleesbomen (myomen), stoornissen in de menstruatie, verzakking van de baarmoeder, endometriosis of kwaadaardige aandoeningen. Tijdens de operatie haalt de gynaecoloog doorgaans de baarmoeder weg. Ook neemt hij of zij de baarmoederhals en de baarmoedermond weg.
U heeft soms een katheter, deze zorgt voor de afloop van urine en ontlast de blaas. Soms brengt de gynaecoloog aan het einde van de operatie een tampon (een lang gaas) in de schede in. Dit stelpt kleine bloedinkjes. U kunt vaginaal wat bloedverlies hebben.
Een vleesboom (myoom) is een goedaardig gezwel in de spierwand van de baarmoeder. Hoe snel een vleesboom groeit, varieert enorm. Een vleesboom kan in korte tijd zo groot worden als een sinaasappel of nog groter. Of in enkele jaren 'slechts' zo groot als een knikker.
Een vleesboom groeit door vrouwelijke hormonen (oestrogeen en progesteron). Daarom komen vleesbomen vooral voor bij vrouwen jonger dan 50, als ze vruchtbaar zijn. In deze situaties kunnen vleesbomen ook groter worden: Als u zwanger bent.
Bij een verzakking zijn de bekkenbodemspieren en het bindweefsel uitgerekt of beschadigd. De baarmoeder, blaas of de endeldarm zakken daardoor in de vagina naar beneden en kunnen zelfs naar buiten komen (uitpuilen).
Het vaginale bloedverlies en de afscheiding moet na ongeveer 6 weken over zijn. Bel uw gynaecoloog of de polikliniek als dit langer duurt. U krijgt het advies om de eerste 6 weken na de operatie geen gemeenschap te hebben of tampons te gebruiken. Het litteken in de top van de schede kan dan goed genezen.
Enkele dagen na de ingreep een opgeblazen buik door het koolzuurgas wat in de buik is geblazen tijdens de operatie. Lichte temperatuursverhoging en spierpijn. Mogelijk bloedverlies via de schede. Dit kan enkele dagen tot een paar weken aanhouden.
Op langere termijn kan het zijn dat het baarmoederslijmvlies weer aangroeit. Herhaling van de behandeling kan dan nodig zijn. Verwijdering van de baarmoeder (hysterectomie of uterusextirpatie) adviseert de gynaecoloog doorgaans pas als andere behandelingen niet het gewenste resultaat opleveren.
De oefeningen voor de eerste zes weken na de operatie zijn vooral gericht op het ontspannen en aanspannen van de bekkenbodemspieren. U leert de spieren aanspannen (gevoel van plas of windje ophouden), waarbij het belangrijk is dat u blijft doorademen.
De steunkousen die u gedurende het verblijf in het ziekenhuis kreeg, draagt u best tot twee weken na de operatie. Bij een goede mobilisatie is dit thuis niet noodzakelijk. Douchen kan geen kwaad voor de wond of het litteken, ook met een buik- litteken.