In de wiskunde Eenentachtig is een Harshadgetal. 81 is te schrijven als een macht van een priemgetal, namelijk 34; het is dus mogelijk om een eindig lichaam te construeren dat 81 elementen bevat.
Er zijn 25 priemgetallen onder de 100: 2, 3, 5, 7, 11, 13, 17, 19, 23, 29, 31, 37, 41, 43, 47, 53, 59, 61, 67, 71, 73, 79, 83, 89, 97. Als je de cijfers van elk priemgetal bij elkaar optelt, krijg je het volgende rijtje getallen: 2, 3, 5, 7, 2, 4, 8, 10, 5, 11, 4, 10, 5, 7, 11, 8, 14, 7, 13, 8, 10, 16, 11, 17, 16.
Een priemgetal is: Altijd deelbaar door 1 en deelbaar door zichzelf. Neem bijvoorbeeld het getal 5.
Priemgetallen zijn getallen die enkel deelbaar zijn door 1 en door zichzelf. Uitgezonderd 1. De rij van de priemgetallen begint dus zo: 2, 3, 5, 7, 11, 13, 17, 19, ...
ㅤ 1001 is geen priemgetal omdat je dat getal ook nog kan delen door: 1, 7, 11, 13, 77, 91, 143, 1001. En een priemgetal betekent dat je het maar door 1 getal en zichzelf kan delen.
Vergelijk het met een straatje: dan woont op nummer 21 een traditioneel getallengezin, want 21 is deelbaar door 1, door 3, door 7 én door zichzelf. Met al die delers is 21 is dus geen priemgetal.
Priemgetallen zijn natuurlijke getallen die alleen deelbaar zijn door zichzelf en door 1. Of: een priemgetal is niet te ontbinden in factoren behalve 1 en het getal zelf. De eerste 25 priemgetallen zijn: 2, 3, 5, 7, 11, 13, 17, 19, 23, 29, 31, 37, 41, 43, 47, 53, 59, 61, 67, 71, 73, 79, 83, 89, 97.
Een priemgetal is een natuurlijk getal, groter dan 1, dat slechts twee natuurlijke getallen als deler heeft, namelijk 1 en zichzelf. Het kleinste priemgetal is dus 2, want het heeft alleen 1 en 2 als delers.
Priemgetallen zijn de basisingrediënten van de getallenleer
Zo is 7 een priemgetal: enkel deelbaar door 7 en 1. Het getal 6 is geen priemgetal, want het is niet alleen deelbaar door 6 en 1, maar ook door 3 en 2. De eerste 5 priemgetallen zijn 2, 3, 5, 7 en 11.
Een priemgetal is een getal groter dan nul dat je alleen door 1 en door zichzelf kunt delen. Waar bijvoorbeeld 6 ook kan worden gedeeld door 2 en 3, heeft 7 niet zulke delers. Dat is dus een priemgetal. Het grootste bekende priemgetal op dit moment is 2 tot de macht 82.589.933 − 1.
Een priemgetal is een natuurlijk getal dat alleen deelbaar is (zonder decimalen te maken of af te ronden) door 1 en zichzelf. Volgens deze definitie zijn 0 en 1 geen priemgetallen, want 0 is deelbaar door alle positieve getallen, en 1 is slechts deelbaar door één positief getal.
Een priemgetal is een getal dat je alleen door 1 (één) en door zichzelf kunt delen. Nul kun je niet door zichzelf delen (0/0 is onbepaald), dus is nul geen priemgetal.
Priemgetallen herkennen Bepaal of the volgende getallen priemgetallen zijn, samengestelde getallen of geen van beide Kort samengevat, een priem getal is een natuurlijk nummer, dus een van gehele getallen 1,2,3,4,5,6 en zo voort, die precies twee delers heeft De delers zijn 1 en zichzelf.
26 is een oneven getal. 50 is een even getal. 14 is een even getal.
Het getal 1 is geen priemgetal. Dat is zo afgesproken. De definitie is zo in elkaar gezet dat 1 er niet aan voldoet: een getal heet een priemgetal als het getal precies twee delers heeft (1 en het getal zelf).
Priemgetallen zijn dus de bouwstenen van de natuurlijke getallen als we vermenigvuldigen. Maar let op: 1 is geen priemgetal. Priemgetallen hebben vele toepassingen. Ze zijn bijvoorbeeld zeer belangrijk voor geavanceerde codeersystemen, zoals de systemen waarmee je veilig kunt betalen op internet.
een priemgetal is een getal dat alleen maar deelbaar is door zichzelf en door 1. Vijf zit op een dobbelsteen! Dit artikel valt onder het portaal Wiskunde.
73 is het 21e priemgetal in de lijst van priemgetallen. Het vormt een priemtweeling met 71. In binair schrift is 73 een palindroomgetal: 1001001.
6 is namelijk de g.g.d. van 24, 36 en 42. Hierna kunnen de snoepjes uiteraard opgegeten worden.
De grondlegger van het formele systeem der natuurlijke getallen, Peano, heeft formele bewijzen gegeven die in wezen neerkomen op wat ik zojuist vertelde. Analoog aan 3+5=8 kan men dan eveneens bewijzen dat 1+1=2. Dus je telt eerst tot 1, en dan nog eentje verder. Dus die kennis van u, die heeft wel gelijk.
We krijgen 2 \cdot 5 \cdot 11 + 1 = 111. Het getal 111 is niet deelbaar door 2, niet door 5 en niet door 11, want bij deling houden we steeds rest 1 over. Het getal 111 moet dus deelbaar zijn door een ander priemgetal. Hier zijn dat 3 en 37.
Getallen onder de twintig, tientallen tot honderd, honderdtallen tot duizend en duizendtallen tot en met twaalfduizend worden in de meeste gevallen uitgeschreven. Hetzelfde geldt voor de woorden 'miljoen', 'miljard' en de bijbehorende rangtelwoorden (miljoenste, miljardste).