Eén eetlepel is goed voor circa 200 gram rundvlees.
Zet het vuur niet te hoog: stoofvlees moet zachtjes stoven, en zeker niet koken. Zachtjes pruttelen is oké, maar van koken wordt het vlees taai. Het deksel hoeft niet meteen op de pan, dan krijg je te veel vocht in je stoverij.
Het geheim van een mooi donkere stoofvleessaus zijn de aanbaksels. Het is belangrijk dat je het vlees goed aanbakt in een kleefpan zodat het korstjes vormt. Je hebt de aanbaksels nodig om je saus kleur te geven. Gebruik ook donker bier.
Een scheutje wijn, azijn, citroensap of ieder ander zuur (tomaat, tomatenpuree of zelfs rinse appelstroop) zorgt ervoor dat het bindweefsel in stoofvlees malser en zachter wordt. Daarom is het draadjesvlees van jouw oma zo lekker en zo zacht!
Als een stoofpot te dun is, giet dan wat vocht af, kook dit in en voeg weer toe aan de stoofpot. Dit is beter dan het gerecht achteraf binden met bloem of maïzena (zie ook stap 2). Binden kan eventueel ook met ingrediënten die uit zichzelf binden zoals tomatenpuree of cacaopoeder (in Mexicaanse stoofpotten erg lekker).
Vochtig vlees spettert als het in aanraking komt met hete boter, en door het vocht koelt de boter meer af dan nodig is. Voordat het vlees in de pan gaat is het slim om het even door de bloem te halen. Het krijgt dan een mooie bruine kleur en de bloem bindt later het vocht wat aan het vlees wordt toegevoegd.
Bindmiddelen. Als de saus wat dun blijft, kunt u altijd de standaard bindmiddelen als bloem en maizena proberen. Ook aardappelzetmeel is een prima bindmiddel. U kunt deze niet zomaar in de pan doen, maar u moet er eerst een papje van maken voordat u het aan de saus of het stoofgerecht toevoegt.
Nog een gouden tip om je draadjesvlees perfect mals te krijgen: wijn. Of een scheutje azijn, dat kan ook. Het zuurtje hierin helpt namelijk de eiwitten in het vlees af te breken, waardoor het super mals wordt. Werk je met een stoof, dan leg je de sukadelappen in de saus, zodra je de stoof klaar hebt.
Mals rundvlees bereiden
Doe na het dicht schroeien van rundvlees een scheutje azijn, wat zoete ketjap en water erbij. De azijn zorgt ervoor dat het vlees lekker mals blijft en de ketjap geeft een heerlijk smaakje aan het vlees.
Stoven is het langzaam garen van vlees in een vloeistof. Je braadt het eerst aan en dan laat je het rustig verder gaar worden in een gesloten pan, op een laag tot matig vuur in bouillon, wijn, cider of bier met groenten en kruiden.
Doe de laurier en de boterham met mosterd (met de mosterd naar onderen) erbij in de pan. Die boterham heeft een functie: het brood helpt voor de binding van de saus, het zuur in de mosterd geeft smaak én maakt het vlees zachter.
Doe de deksel op de pan en zet het geheel in het midden van een op 100ºC conventioneel voorverwarmde oven en stoof in 3½-4 uur zacht en gaar. Keer tussentijds het vlees een paar keer en controleer of er nog genoeg vocht in de pan zit en vul eventueel aan met een beetje extra water.
Stoofvlees, biefstuk, vol-au-vent, mosselen, steak-tartaar, … wat hebben deze gerechten gemeen met elkaar? Ten eerste bevatten ze stuk voor stuk relatief weinig (verzadigde) vetten. Ze vallen goed mee qua voedingswaarden, tenzij je natuurlijk een overdreven portie neemt.
Hoe langer je stoofvlees laat garen, hoe malser het wordt. Je moet er echter rekening mee houden dat wanneer je het te lang laat opstaan, het vlees helemaal uiteen gaat vallen. Zo heb je geen stukken vlees meer maar wordt het stoofvlees meer een dikke saus met draadjesvlees in.
Doe de bouillon, kruidnagel en laurier in de pan en breng aan de kook. Zet de pan op een klein pitje met een sudderplaatje en voeg het vlees, azijn/wijn en ketjap toe. Als het vlees niet helemaal onder het vocht staat, voeg dan nog wat kokend water toe. Laat het vlees met het deksel op de pan 3 à 4 uur zachtjes stoven.
Welke stand inductie stoofvlees? Welke stand is stoven? Voeg rode wijn, vleesbouillon, zout en peper toe en breng aan de kook. Zet het deksel op de pot, draai het vuur op stand 1 en laat 3-4 uur stoven.
De braadpan is het ultieme hulpmiddel voor het maken voor een stoofpotje. Braadpannen kenmerken zich door een zware, dikke bodem waardoor eten langzaam gaart. Ideaal voor stoofvlees of hachee. Een stoofpan is meestal gemaakt van gietijzer en gaat jarenlang mee.
Door het aanbrengen van baking soda op het vlees kunnen de eiwitten minder goed aan elkaar binden en hierdoor wordt het vlees dus zachter en malser.
Stoofvlees is doorgaans twee dagen houdbaar in de koelkast.
Riblappen zijn van de drie het meest mals omdat ze meer vet hebben dan de sucade- en runderlappen. Het heeft hierdoor meer smaak en wordt dan ook heerlijk zacht. Riblappen zijn perfect voor een pan ouderwets draadjesvlees.
Als je het vlees afblust, dan moet het vocht, de saus of bouillon dezelfde temperatuur hebben als het vlees in de pan. Bij koud vocht, sluit het vlees zich af, wordt het minder mals en neemt het weinig smaken meer op. Laat je vlees helemaal onder de bouillon of saus garen. Op deze manier droogt het vlees niet uit.
Per persoon kun je uitgaan van 160 tot 200 gram riblappen per persoon.
Wanneer je iets moet laten inkoken doe je dat best altijd zonder deksel. Zo krijgt de vloeistof die verdampt de kans om te verdwijnen. Wanneer je een deksel zou gebruiken condenseert die damp tegen het deksel en beland zo weer in de pot. Nog een goede tip: zet het vuur zeker niet te hoog wanneer je iets laat inkoken!
Soms staat er in een recept "saus tot de helft inkoken". Dan probeer je dus zoveel vloeistof te laten verdampen totdat je de helft van de oorspronkelijke hoeveelheid over hebt. De duur van het inkoken hangt af van de temperatuur.
Koude boter
Roer ze simpelweg onder de warme saus tot je een mooie binding krijgt. Het resultaat is een prachtig glanzende saus. Bovendien zal de boter de smaak van je saus alleen maar ten goede komen.