Volgens het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) voelt 4 procent van de Nederlandse vrouwen en 5,7 procent van de mannen in Nederland zich niet thuis in het hokje 'man' of 'vrouw'. Slechts 0,3 wil ook daadwerkelijk operaties ondergaan of hormonen gebruiken om het lichaam aan te passen.
Recenter onderzoek van Rutgers, het expertisecentrum seksualiteit, schat het aantal transgender personen op 2,2% van de bevolking. Hiervan identificeert zich 1,8% niet uitsluitend of geheel niet als man of vrouw en wordt dus als non-binair aangeduid. De overige 0,4% betreffen transgender mannen en vrouwen.
Spijt van de medische transsitie
Over spijt na de transitie is niet veel bekend. Er is wel onderzoek uitgevoerd waaruit zou blijken dat het om kleine aantallen zou gaan, minder dan 1% van de transgender mensen. Maar niet zeker is of daarmee ook de echte spijtoptanten bereikt zijn.
Van de steekproef geeft 1,8 procent aan zich niet uitsluitend man of vrouw, oftewel non binair te voelen.
Aantal transgender personen
Uit SCP onderzoek blijkt dat ongeveer 3,9 procent van de Nederlandse bevolking zich niet eenduidig identificeert met het geslacht dat is geregistreerd bij de geboorte. In totaal geeft 0,6% aan problemen te hebben met het toegekende geboortegeslacht via hormoonbehandelingen en/of operaties.
Uit onderzoek (Steensma e.a., 2011) is gebleken dat de genderdysforie bij de meeste kinderen in de puberteit verdwijnt; kennelijk krijgen ze dan meer vrede met het lichaam waarin ze volwassen worden.
Medici zien genderdysforie niet langer als psychische stoornis. Bovendien helpt reclassificering om het stigma te verminderen én medische zorg voor transgender mensen wereldwijd toegankelijker te maken. De WHO hoopt namelijk ook dat de drempel voor transgender personen om medische hulp te zoeken lager wordt.
Als iemand geen keuze maakt in de genderidentiteit man of vrouw spreken we van non-binair. Non-binaire personen voelen zich een beetje jongen/man en meisje/vrouw, of juist geen van beiden. Of zij voelen zich soms jongen/man en soms meisje/vrouw. Dit heet genderfluïde.
Non-binair valt onder de transgender paraplu. In Nederland zijn er tussen de 90.000 en 390.000 trans personen.
Kort samengevat: een persoon die zich als non-binair identificeert, voelt zich niet specifiek man en ook niet specifiek vrouw.Maar juist een beetje van beide, wisselend of juist geen van beide. Non-binaire personen herkennen zich niet in de 'binaire hokjes' die we van de meeste mensen kennen: óf man, óf vrouw.
Wanneer in de enquêtes specifiek werd gevraagd naar een 'transgender' identiteit, varieerden de schattingen van 0,3% tot 0,5% bij volwassenen, en van 1,2% tot 2,7% bij kinderen en adolescenten.
Pas rond vijf jaar beseffen ze dat hun sekse vaststaat. Hun ideeën over genderrollen kunnen rond deze leeftijd erg star zijn. En de meeste genderdysfore kinderen komen vanaf deze leeftijd in de problemen.
Uit onderzoek bij volwassen transgender personen blijkt dat het merendeel zich begon identificeren als transgender rond de leeftijd van 12 jaar, aan het begin van de puberteit.
Hoeveel mensen in Nederland non-binair zijn weten we niet precies, omdat de bevindingen uit onderzoeken uiteenlopen. Wel is het aannemelijk dat het over minstens 3% van de bevolking gaat.
Zie ook de bevolkingspiramide. Op 1 januari 2022 telde Nederland 8 745 468 mannen en 8 845 204 vrouwen. Dat betekent dat er 99 mannen op elke 100 vrouwen zijn. Op jongere leeftijden zijn mannen licht in de meerderheid, op hogere leeftijden vrouwen.
De invoering van de transgenderwet in 2014 heeft geleid tot een forse toename van het aantal mensen dat officieel van geslacht verandert. Uit cijfers van het Sociaal en Cultureel Planbureau blijkt dat in 2015 770 mensen hun geslachtsregistratie wijzigden. In de periode 2007-2014 waren het er gemiddeld tachtig per jaar.
Non-binair is eigenlijk een parapluterm: het wordt gebruikt voor alle genders die buiten de tweedeling man/vrouw vallen.
Iemand die non-binair is voelt zich niet thuis in de binaire gender categorieën (vrouw of man). Simpel gezegd: iemand die zich non-binair voelt, kan zich dus niet of niet alleen identificeren als man of vrouw. Deze persoon voelt zich dus niet specifiek man of vrouw of juist net zozeer man als vrouw.
Er bestaan verschillende genderidentiteiten: man, vrouw, queer, non-binair, bigender, genderfluïde, agender, genderneutraal, pangender, derde gender …
Panseksueel betekent dat je verliefd wordt op mensen.
Soms wordt een baby geboren en is het niet mogelijk om direct het geslacht vast te stellen. Dit gebeurt ongeveer 30 tot 50 keer per jaar in Nederland. In sommige gevallen is het voor de geboorte bekend dat het kindje een onduidelijk geslacht heeft maar meestal is dit geheel onverwachts en voor ouders een grote schok.
Er bestaan verschillende genderidentiteiten: de meest bekende zijn man en vrouw. Daarnaast bestaan ook trans vrouw, trans man, genderqueer, non-binair, agender,.. Meestal worden genderidentiteiten verzameld in twee grote groepen: transgender en cisgender.
In Nederland is het mogelijk om het geslacht dat in de geboorteakte staat te laten aanpassen via de Transgenderwet. Dankzij die wet kan iedereen van 16 jaar en ouder in de Basisregistratie Personen (en daarmee op je officiële papieren zoals in je paspoort) het geslacht 'man' in 'vrouw' laten veranderen, of andersom.
Op dit moment kunnen alleen mensen van 16 jaar en ouder hun geslacht laten wijzigen en is er een Verklaring Transgender van een deskundige (bijvoorbeeld een arts of psycholoog van het Genderteam) bij nodig.
Sommige transgenders voelen zich helemaal man of vrouw.Anderen voelen zich er tussenin zitten. Ze voelen zich vaak niet 100% thuis in hun lijf. Sommigen kiezen voor een operatie om zo (gedeeltelijk) het lichaam te krijgen wat bij hen past.