Taalniveau B1 is begrijpelijk voor bijna iedereen Een tekst op taalniveau B1 begrijpt bijna iedereen (zo'n 95% van de bevolking). Ook mensen die geen hoge opleiding hebben gehad en voor hun werk nooit hoeven te lezen.
Mensen met niveau A zijn over het algemeen kinderen of immigranten die inburgeren. Zij begrijpen korte zinnen met veelvoorkomende woorden. Zoals je ziet, komt B1 het meeste voor: 40% van de bevolking heeft dit niveau. Zij kunnen zich goed redden in het Nederlands.
Het niveau 2F is het niveau dat minimaal gehaald moet worden voor een mbo- studie. Een volwassene met een taalniveau onder 2F is laaggeletterd. Dit is de doelgroep die Stichting Lezen & Schrijven helpt. Het niveau B1 is het niveau dat minimaal gehaald moet worden voor het Staatsexamen NT2 en/of voor een mbo- studie.
Als je niveau A2 hebt bereikt, kun je je met het Nederlands in eenvoudige, alledaagse situaties redden. Op niveau B1 beheers je de taal zodanig dat je je ook in meer bijzondere situaties goed kunt redden.
Een tekst op B1-niveau bestaat uit makkelijke woorden die bijna iedereen gebruikt. En uit korte, eenvoudige en actieve zinnen. Er zijn 6 taalniveaus: niveau A1 is het laagste niveau en taalniveau C2 is het hoogste.
De overgrote meerderheid van de bevolking begrijpt teksten op taalniveau B1. Ook mensen die geen (hoge) opleiding hebben gehad. Een tekst op B1-niveau bestaat uit makkelijke woorden die bijna iedereen gebruikt. En uit korte, eenvoudige en actieve zinnen.
Zoals je ziet, komt B1 het meeste voor: 40% van de bevolking heeft dit niveau. Zij kunnen zich goed redden in het Nederlands. Zolang je op taalniveau B1 schrijft, begrijpt 80% van de bevolking je tekst.
Wat u kunt doen met niveau B1 Engels
Een B1 niveau is voldoende voor conversaties met Engelssprekende personen over alledaagse onderwerpen. Op werk zijn personen met niveau B1 Engels in staat eenvoudige rapporten over bekende onderwerpen te lezen en simpele e-mails over onderwerpen binnen hun vakgebied te schrijven.
Het niveau B1 is ook het niveau waarover iemand moet beschikken bij het staatsexamen, afgelegd na het volgen van Nt2 programma I. Aan het einde van MBO-4 of HAVO behoort het taalniveau te liggen op 3F. Is Nederlands je tweede taal, dan zit je op dit niveau als je functioneert op CERF niveau B2.
Van laag naar hoog zijn dat: A1, A2, B1, B2, C1, C2. Deze indeling is gemaakt als hulpmiddel om iemands beheersing van een vreemde taal aan te geven. Wat die niveaus precies inhouden staat hieronder. Het niveau dat je in een vreemde taal hebt, kun je aangeven met de indeling van de Raad van Europa.
Als je niveau A2 hebt bereikt, kun je je met het Nederlands in eenvoudige, alledaagse situaties redden. Op niveau B1 beheers je de taal zodanig dat je je ook in meer bijzondere situaties goed kunt redden.
Nederlands B1 is 4400 woorden kennen –
Allereerst: voor niveau B1 moet je 4400 woorden kennen, twee keer zoveel als voor niveau A2. Voor niveau A2 heb je genoeg aan 2200 woorden. Het bereiken van niveau B1 kost dus ook twee keer zoveel tijd. Gelukkig wordt er niet van je verwacht dat je die 4400 woorden actief kent.
Met niveau B2 bent u in staat op de werkvloer te kunnen functioneren in het Engels. Veel non-native Engelssprekenden binnen internationale bedrijven hebben dit niveau Engels. Een persoon die in het Engels werkt met een niveau B2 zal hoe dan ook nog gebreken tonen, vooral buiten zijn of haar vakgebied.
Taalniveaus volgens het ERK (Europees Referentiekader voor de Talen) Er zijn zes ERK-taalniveaus. Van laag naar hoog zijn dat: A1, A2, B1, B2, C1, C2.
Taalniveau B1, eenvoudig Nederlands, is niet alleen voor mensen met een lager opleidingsniveau. Ook hoger opgeleiden en professionals lezen meestal liever teksten op taalniveau B1 dan op taalniveau C1. Een tekst op taalniveau B1 leest namelijk gemakkelijker en sneller.
Laaggeletterden zitten op niveau A2/1F.
Taalniveaus. Per beroepsniveau is een taalniveau vastgesteld: Taalniveau B1: MBO-beroepen (zoals verpleegkundigen). Taalniveau B2: HBO-beroepen (zoals fysiotherapeuten, physician assistants, verloskundigen en de geregistreerd-mondhygiënisten).
Als de taaltoets na bijscholing niet wordt gehaald, dan moet er recht zijn op een herkansing. Wordt de taaltoets dan nog niet gehaald, dan hoeft dat niet automatisch tot ontslag te leiden. Liever ziet de vakbond dat er dan een traject volgt naar een andere baan.
havo: rekenen 3F en taal 3F; vwo: rekenen 3F en taal 4F; mbo niveau 1/entreeopleiding, mbo niveau 2 en niveau 3: taal 2F (het onderdeel fictionele, narratieve en literaire teksten uitgezonderd) en rekenen 2F; Let op: Het is de entreeopleidingen ook toegestaan om onder niveau 2F te examineren.
Een havo-leerling begint normaliter in klas 1 met Engels op A2 niveau (ERK) en zou gedurende de havo opleiding niveau B2 moeten bereiken op leesvaardigheid (het Centraal Schriftelijk Examen toetst alleen leesvaardigheid).
Vwo studenten worden in 6 vwo voor het centrale eindexamen Engels op niveau C1 (ERK) getoetst op leesvaardigheid. Het streven van de andere taalvaardigheden, schrijven, spreken en luisteren is B2.
Wanneer je dit examen haalt, kan je aantonen dat je Engels op B2 niveau (ERK) hebt afgesloten. Dit staat gelijk aan Engels havo 5.
Het examen Lezen op niveau B1 duurt 110 minuten. Het examen Lezen op niveau B2 duurt 100 minuten.
Wie zich in een nieuwe taal uit de slag wil trekken, moet over een ruime woordenschat beschikken. Een lezer moet ongeveer 95% van de woorden in een authentieke tekst kennen om tot tekstbegrip te kunnen komen3 . Omgerekend in aantal woorden betekent dat zo'n 5000 lexicale items.
Met taalniveau C1 kan iemand lange en complexe teksten begrijpen. Hij kan specialistische artikelen en technische instructies begrijpen, zelfs als die over een ander vakgebied gaan. Hij waardeert complexe (oudere) literatuur en het gebruik van stijlen.