Van de totale woningvoorraad is het aandeel koopwoningen het grootst. Begin 2019 was 57,4 procent van alle woningen in Nederland in eigen bezit, terwijl 42,2 procent een huurwoning was.
In 2021 was 34 procent van alle woningen in Nederland sociale huur, becijferde het CBS vorig jaar. Het zijn de meest recente cijfers van het statistiekbureau.
Bijna 6 op de 10 Nederlandse woningen zijn koopwoningen en ruim 4 op de 10 huurwoningen. Begin 2020 waren er 4,5 miljoen koopwoningen en 3,3 miljoen huurwoningen. In de vier grote steden is het aandeel huurwoningen groter dan gemiddeld in Nederland. In alle vier grote steden zijn meer huurwoningen dan koopwoningen.
Het aantal sociale huurwoningen is tussen 2018, toen het initiatiefvoorstel is opgesteld, en 2020 gestegen van 2.087.000 naar 2.097.000. (Volgens het CBS is er in Nederland geen eenduidige definitie van sociale-huurwoningen).
In Nederland heeft ongeveer 70% van de huishoudens een eigen woning. Bijna 61% van de huishoudens heeft een hypotheek op hun eigen woning.
Van de totale woningvoorraad is het aandeel koopwoningen het grootst. Begin 2019 was 57,4 procent van alle woningen in Nederland in eigen bezit, terwijl 42,2 procent een huurwoning was.
Bijna 6 op de 10 Nederlandse woningen zijn koopwoningen en ruim 4 op de 10 huurwoningen. Begin 2019 waren er 4,5 miljoen koopwoningen en 3,3 miljoen huurwoningen. In de vier grote steden is het aandeel huurwoningen groter dan gemiddeld in Nederland. In alle vier grote steden zijn meer huurwoningen dan koopwoningen.
Klopt het beeld dat sociale huurwoningen vooral naar statushouders gaan? Nee, ongeveer 10 procent van alle woningen die woningcorporaties verhuren gaan naar asielzoekers die een verblijfsvergunning hebben gekregen.
Komt u niet in aanmerking voor een sociale huurwoning van een woningcorporatie? Dan kunt u het volgende doen: Heeft u een eenpersoonshuishouden en is uw inkomen hoger dan € 47.699 (in 2024)?Of heeft u een meerpersoonshuishouden en is uw inkomen hoger dan € 52.671 (2024)?
60% van de Nederlandse huishoudens woont in een koophuis. Dit betreft vooral personen met midden- of hogere inkomens. Sinds 2009 is dit aandeel, na decennialange groei, niet meer toegenomen. Meer dan de helft van alle Nederlandse huishoudens heeft een koophuis waarop een lening rust.
In Nederland staan ruim 8,1 miljoen woningen, waarvan er 7,7 miljoen bewoond zijn. De resterende 413 duizend woningen zijn niet beschikbaar of worden niet (permanent) bewoond. Een deel hiervan (135 duizend) staat tijdelijk leeg omdat de nieuwe bewoner nog moet verhuizen of de woning verbouwd wordt.
Dit zijn de cijfers voor heel Nederland:
23 procent in een vrijstaand huis. 19,6 procent in een 2-onder-1-kapwoning. 15 procent woont in een appartement.
Over de jaren heeft ongeveer een kwart van de bewoners (met een laatste declaratie in 2016-2021) dus een verblijfsduur van langer dan 48 maanden. Van 2016 tot 2021 is er tevens een afnemende trend te zien van het aantal bewoners met een verblijfsduur van langer dan 48 maanden.
Op 1 januari 2020 waren er 4,5 miljoen huishoudens met een eigen woning. Bij 270 duizend huishoudens was de waarde van de woning in 2020 lager dan de hypotheekschuld. Dit komt neer op 6 procent van de huiseigenaren.
De huidige woningvoorraad is een erfenis van vele jaren waarin verschillend werd gebouwd, maar ook van (selectieve) sloop en wijzigingen in woningtype door bijvoorbeeld splitsing, samenvoeging en transformaties.
De meeste huizen zijn rijtjeshuizen (42 procent). Dat betekent dat het huis deel is van een blok van minimaal drie huizen. 36 procent van alle woningen waren meergezinswoningen. Denk aan appartementen of bovenwoningen.
Vandaag werd bekendgemaakt dat wie vanaf 2024 aanspraak wil maken op een sociale woning, eerst het vermogen op zijn bankrekeningen moet aantonen. Een alleenstaande zonder personen ten laste mag vanaf dan maximaal 25.850 euro bezitten.
Wanneer blijkt dat een huurder te veel verdient voor de (sociale) huurwoning waarin hij woont, kan een verhuurder de huurder niet zomaar uitzetten. Met inkomensafhankelijke huurverhoging kunnen verhuurder huurders met een midden- of hoog inkomen er wel toe bewegen een vrije sector huurwoning of koopwoning te betrekken.
Vanaf 2022 mogen woningcorporaties elk jaar 7,5% van hun vrijgekomen huurwoningen toewijzen aan huishoudens met een inkomen boven de inkomensgrens; dus bij een inkomen van meer dan € 40.024 voor eenpersoonshuishoudens en meer dan € 44.196 voor huishoudens van 2 of meer personen (prijspeil 2021).
Een asielzoeker krijgt bij aankomst onderdak, maaltijden en zaken zoals toiletartikelen en wasmiddel. Tijdens de asielprocedure ontvangt een asielzoeker weekgeld voor eten, kleding, toiletartikelen en andere persoonlijke uitgaven.
Krijgen vluchtelingen voorrang voor een sociale huurwoning? Er is al jaren een tekort aan sociale huurwoningen in Nederland.Daarom hebben gemeenten aparte regels voor groepen die met spoed een woning nodig hebben. Vluchtelingen die het asielzoekerscentrum moeten verlaten kunnen daar ook onder vallen.
Sociale huurwoningen zijn goedkopere woningen die bestemd zijn voor huishoudens met lagere inkomens. Ze zijn meestal eigendom zijn van woningcorporaties, die samenwerken met (en subsidie krijgen van) de overheid om het tekort aan betaalbare huurwoningen tegen te gaan.
Volgens schattingen van het CBS waren er begin 2022 meer dan 26.000 mensen in Nederland dakloos. Uit tellingen in enkele regio's blijkt dat dit aantal waarschijnlijk een stuk hoger ligt. En dat terwijl iedereen een veilige en betaalbare plek om te wonen verdient.
Daarmee is dit type woning, bestaand uit een blok van minstens drie huizen aan elkaar, het meest voorkomend. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) vandaag op basis van cijfers over begin 2021. Landelijk is het percentage vrijstaande huizen 13 procent.
Uit die cijfers blijkt dat je in negentig gemeenten gemiddeld al zeven jaar of langer moet wachten op een huurwoning, van het moment van inschrijven tot het moment dat je een woning hebt gevonden. In onze provincie is dat gemiddeld genomen elf jaar.