IN 1980 bedroeg het gemiddeld aantal verdrinkingen per jaar 100. Begin jaren negentig bedroeg dit nog ongeveer 60 en rond de eeuwwisseling daalde het gemiddeld aantal naar ongeveer 20 slachtoffers per jaar. Dit is voor Vlaanderen gemiddeld ongeveer 1 verdrinking per 10 dagen.
In de afgelopen tien jaar vonden in Nederland jaarlijks gemiddeld 78 verdrinkingen - met en zonder dodelijke afloop - van kinderen plaats. Dat blijkt uit onderzoek met verzamelde data van alle Nederlandse ziekenhuizen, uitgevoerd door kinderartsen van het Universitair Medisch Centrum Groningen en Amsterdam UMC.
Gemiddeld over de afgelopen twintig jaar verdronken jaarlijks 87 inwoners van Nederland. In de periode van 1981 tot en met 2000 waren dat er jaarlijks gemiddeld 110.
Wereldwijd sterven jaarlijks naar schatting 372.000 mensen een verdrinkingsdood.
Hoe vaak komt het voor? Er wordt geschat dat er wereldwijd ongeveer 360.000 mensen per jaar sterven door verdrinking. Kinderen, mannen en personen die veel tijd doorbrengen in de buurt van water lopen het grootste risico op verdrinking.
Goed nieuws: de kans dat je verdrinkt als je in slaap valt is nihil. Mocht je onder water zakken en water binnenkrijgen, ga je in een reflex hoesten. Je strekt automatisch je benen, en voor je het weet zit je weer rechtop.
Wanneer het lichaam al enige tijd in het water heeft gelegen, heeft de persoon vaak geen herkenbaar gezicht meer. Een manier om een waterlijk te identificeren is door DNA af te nemen. Wanneer er geen bloed meer aanwezig is, wordt dit uit bot of een tand gehaald. Ook het gebit kan veel vertellen.
Er zijn vorig jaar in Nederland 80 mensen om het leven gekomen door verdrinking. In 2020 waren dat er 107. Onder de slachtoffers waren veel migranten of kinderen van migranten. De meeste verdrinkingen vonden plaats in open water, een enkele keer ging het mis in en om het huis.
Hoe vaak komt verdrinking voor? Tussen 2010 en 2020 verdronken er in Nederland gemiddeld 78 kinderen per jaar. Een op de zes overlijdt aan de gevolgen ervan, blijkt uit onderzoek. Bijna één op de drie kinderen belandt door verdrinking op de intensive care.
En: Hoe lang het duurt voor ze weer worden ontdekt. Door het onderzoek weten we nu dat het duurt gemiddeld 41 dagen voordat waterlijken worden gevonden, legt Duijst uit.
Het lichaam drijft in principe altijd met de rug naar boven, want armen, benen en hoofd zijn zwaarder dan de romp, en omdat die vanzelf naar de voorkant van het lichaam draaien, zullen ze die kant naar beneden trekken.
Gemiddeld over de afgelopen twintig jaar verdronken jaarlijks 87 inwoners van Nederland. In de periode 1980-1999 waren dat er jaarlijks gemiddeld 112. Jaarlijks vindt ongeveer 1 op de 10 verdrinkingen binnen plaats, bijvoorbeeld in een badkuip of binnenzwembad.
Het begint vaak met je niet lekker voelen, hoesten, pijn bij het ademhalen en benauwdheid, zegt Bierens. "Het zijn symptomen die geleidelijk aan erger worden. Uiteindelijk kan er zelfs schuim uit de mond komen.
De meeste baby's zijn dol op water. Maar water is ook gevaarlijk: jonge kinderen zijn watervlug en zien geen gevaren. Houd je kleine daarom in de buurt van water extra goed in de gaten. Baby's kunnen al verdrinken in water met een diepte van vijf centimeter, zonder dat je het merkt.
Voor een lijk in een kist helemaal verteerd is (verdwenen is), moet u aan tientallen jaren denken. Soms kun je na honderden jaren nog skeletten of delen van skeletten op een oude begraafplaats vinden. Soms is na 20 of 30 jaar alles helemaal weg.
Verdrinkingsproces. Een verdrinkingsproces duurt 3 à 7 minuten, waarvan maximaal 3 minuten bij bewustzijn. Voor de verdrinking zelf (die begint met de onderdompeling) kunnen twee voorfasen optreden, indien het slachtoffer bij bewustzijn te water raakt.
Antwoord. Terstond na een verdrinkingsdood zinkt het lijk naar de bodem, of blijft in het water zweven; soms drijft het eerst een tijdlang voordat het onder de waterspiegel verdwijnt. Na verloop van tijd komt het weer boven en zinkt dan in den regel niet opnieuw.
Van 'droge verdrinking' is sprake wanneer je kind bij het zwemmen water binnenkrijgt waarvan hij eerst geen last lijkt te hebben, maar waarvan hij 24 uur later toch nog kan stikken.
Een uitgestelde verdrinking noemen we ook wel een secundaire verdrinking. Een kind overleeft een verdrinking, maar raakt later buiten bewustzijn. Een late verdrinking kan tot 72 uur na het binnenkrijgen van het water ontstaan. Normaal gesproken houdt een kind de adem in als het onder water gaat.
Symptomen van secundaire verdrinking
Ook deze volgende symptomen kunnen duiden op secundaire verdrinking: Je kind blijft langdurig hoesten. Het lijkt alsof je kind moeite heeft met ademen. Je kind komt moe en lusteloos over, of lijkt graag te willen slapen.
Haal het slachtoffer horizontaal uit het water. Op die manier vermijd je een bloeddrukval. Door het wegvallen van de waterdruk op het lichaam van het slachtoffer kan de bloeddruk immers sterk dalen.
In de 5 à 30 minuten na onderdompeling zal het lichaam in een toestand van 'diepweefsel onderkoeling' terechtkomen. De tijd die dit duurt heeft te maken met de watertemperatuur.
2) Verdrinkende mensen zinken steeds weg onder en komen weer boven het wateroppervlak, maar hun mond is niet lang genoeg boven water om uit te ademen, in te ademen en te roepen. Ze ademen wel snel uit en in als ze eventjes boven water komen terwijl hun mond weer onder water zakt.
Dit vallende gevoel wordt een hypnagoge schok of slaapstuip genoemd. Het is de fase tussen het wakker zijn en het slapen en kan zich ook uiten in de vorm van een schok die door uw armen of benen gaat. Het is (nog) niet precies duidelijk waardoor een hypnagoge schok wordt veroorzaakt, maar er zijn wel enkele theorieën.