Een gezonde groentesoep bevat minstens 400 g groenten per liter soep.
Reken 500 g groenten per liter water. Kook ze in 12 à 15 min. gaar. Als u wil, kan u de soep fijn mixen en verder kruiden naar smaak.
Voor 1 liter groentesoep gebruik je tussen de 300 en de 400 gram groenten. Je eet dus bij een goed gevulde soepkom met 250 milliliter soep tussen de 75 en de 100 gram groente.
1 liter soep is genoeg voor 4 personen.
Zo weet je precies hoeveel je straks in elk bord schept. En een beetje extra soep maken kan nooit kwaad: een restje kun je makkelijk bewaren in de diepvriezer.
Reken op ongeveer 500 ml soep per persoon als het een maaltijdsoep wordt, iets minder als er veel 'vulling' in zit zoals b.v. bij bouillabaisse. Voor gewone soep heb je al genoeg met 200 tot 250 ml per persoon.
Een gezonde groentesoep bevat minstens 400 g groenten per liter soep.
Hoeveel blokjes heb je nodig? Da's heel simpel: per halve liter water voeg je 1 bouillonblokje toe. Bijkruiden hoeft dan bijna niet.
Hoeveel soep past in mijn soepkom? Meestal wordt de soep gewoon in een normale soepkom gedaan, maar je kunt deze natuurlijk ook uit een kopje of een diep bord eten. Je moet hier natuurlijk wel opletten, dat er in een soepkom maar 250 milliliter soep past. In een diep bord kun je 250 tot 350 milliliter soep doen.
Bij groot gebak rekenen we één stuk vlaai, taart of een koffiekoek per persoon. Als we brood rekenen voor bij de soep of voor een lekker toastje dan rekenen we twee tot drie soepbroodjes per persoon of zo'n vier-vijf stukjes stokbrood per persoon.
In Nederland is 1 kopje in principe 150 ml. Soms wordt de Amerikaanse 'cup' gebruikt en dat staat gelijk aan 240 ml. Voeg vocht altijd voorzichtig en in kleine beetjes toe aan recepten en kijk hoe de substantie uitpakt. Weet dat je altijd meer vocht kunt toevoegen als je de smoothie, soep of het gerecht te dik vindt.
Een gezonde groentesoep bevat minstens 80 g groenten per 200 ml soep of ongeveer 400 g groenten per liter soep.
Groentesoep bevat weinig calorieën, vetten en cholesterol. Zo bevat een portie groentesoep (250 ml) maar 65 kcal! 7. Soep bevat essentiële voedingsstoffen, zoals vitaminen, mineralen, antioxidanten en voedingsvezels: onmisbare troeven voor een evenwichtige voeding.
Traditionele groenten voor groentesoep zijn ui, prei, wortel, selderij, bleekselderij, paprika en bloemkool. Je kunt kiezen voor kant-en-klare soepgroente, maar groentesoep is juist perfect om restjes mee op te maken.
Waarom moet je soepgroenten stoven? Door groenten te verwarmen ontstaan er nieuwe aroma's. Sommige groenten doen het ook goed als ze meteen in het water gaan (wortels of tomaat bijvoorbeeld). Andere groenten hebben even tijd nodig om het beste van zichzelf te geven.
Groentensoep of groentesoep? Samenstellingen met groente moeten in de officiële spelling altijd zonder tussen-n geschreven worden, omdat groente niet alleen een meervoud op -n maar ook een meervoud op -s heeft. Officieel zijn dus alleen bijvoorbeeld groenteassortiment, groentepakket en groentesoep juist.
Groenten: zo'n 100 tot 200 gram per persoon (bv. 1 tomaat, 1 geraspte wortel, beetje sla,…) Brood, pastasalade en/of aardappelen: een half stokbrood, 150 gram pastasalade of 2 tot 3 gemiddelde aardappelen.
Er zijn op een buffet altijd populaire gerechten (stokbrood met kruidenboter en de salades, saté met pindasaus, gehaktballetjes en kippenpootjes en de duurdere vissoorten) waar mensen zich vol aan eten. De minder populaire moet je dus in niet te grote hoeveelheden maken.
Gemiddeld eten we namelijk zo'n 134 gram brood per dag. Dat staat gelijk aan 3,5 tot 4 sneetjes. Maar als je kijkt naar onderstaande tabel van het Voedingscentrum ligt dat toch echt op de ondergrens van het advies. Volwassen mannen hebben namelijk zo'n 6 tot 8 sneetjes brood per dag nodig en vrouwen zo'n 4 tot 5.
Voeg de vermicelli toe 4
Voeg de vermicelli aan de soep toe en laat nog 10 minuten koken.
Runderpoulet/Soepvlees
Poulet, soepvlees of bouillonvlees is allemaal hetzelfde. Het vlees is meestal gesneden van de platte bil. Smakelijk vlees, uitermate geschikt om langzaam te verwarmen en optimaal smaak af te geven aan het gerecht/bouillon.
Laat bouillon nooit koken, maar heel zachtjes trekken zonder deksel op de pan. Door het borrelen van het water emulgeren de vrijgekomen vlees- en viseiwitten met het vet in het water en wordt de bouillon troebel.
Gebruik altijd koud water als je een bouillon op zet. Hierdoor kunnen de ingrediënten hun smaak, kleur en geur beter afgeven aan de vloeistof. 3. Breng het water met de schenkel en beenderen tot dicht tegen het kookpunt, ontvet het en schuim de bouillon goed af.