Deze periode valt ongeveer samen met het vermoedelijke begin van het leven op Aarde, 3,7 miljard jaar geleden. De Zon is al ongeveer 4,5 miljard jaar hoofdreeksster en zal dit nog zo'n 5,5 miljard jaar blijven.
Het leven verkeert lange tijd in een heel primitief stadium.
De aarde is zo'n 4,5 miljard jaar geleden ontstaan, tegelijkertijd met de zon en de rest van het zonnestelsel. De oudste fossiele aanwijzingen voor het bestaan van leven zijn 3,5 miljard jaar oud.
Ten eerste zoeft de Aarde rond de Zon met een snelheid van 30 km per seconde, 45 keer zo snel als de Concorde. Het duurt 365 dagen (een jaar) voordat de Aarde een keer volledig om de Zon is gedraaid.
Het leven van de zon
De zon is ongeveer 4.5 miljard jaar geleden, net als alle andere sterren, ontstaan uit een primitieve wolk van gas en stof.
De zon is veel groter dan de aarde. De middellijn bedraagt 1,4 miljoen kilometer, ruim honderd keer de middellijn van de aarde. Een ketting van honderd aardbollen zou dus strakgespannen in de zon passen. En als de zon hol was, zouden er meer dan één miljoen aardbollen in kunnen verdwijnen.
Als er een jaar geen zonlicht is, raakt de aarde bedekt met een pantser van ijs. De gemiddelde temperatuur is -73 °C. De duisternis en de ijzige kou zullen het leven op aarde terugbrengen naar het nulpunt, de meest mensen en dieren sterven en het duurt miljoenen jaren voordat de planeet herstelt.
De aarde bevindt zich op ongeveer 150.000.000 km van de zon. De dichtstbijzijnde ster staat op een afstand van ongeveer 4 lichtjaar, dat is een slordige 40.000.000.000.000 km. Veel nulletjes... het gaat dus over veertigduizend miljard km.
Als de ster de omvang heeft van de zon, worden alle planeten tot op een afstand van ongeveer vijf astronomische eenheden naar de rode reus getrokken. In ons zonnestelsel zullen daardoor ook Mars en Jupiter in de opgezwollen zon verdwijnen.
De zon straalt van oorsprong wit licht uit. Dat wit licht bestaat uit alle kleuren van de regenboog. Als het witte zonlicht invalt op de minuscule luchtdeeltjes van onze dampkring, wordt dat licht in zeker mate verstrooid in alle richtingen.
VY Canis Majoris (VY CMa) is een type M superreus of hyperreus in het sterrenbeeld Grote Hond (Canis Major). Het is een van de grootste sterren die in het heelal zijn ontdekt. De straal van de rode ster is ongeveer 1420±120 maal zo groot als die van onze zon, waardoor onze zon er enkele miljarden malen in zou passen.
We voelen vrijwel niets van het feit dat de Aarde roteert: we worden niet van de planeet af geslingerd, we vallen niet om en bomen groeien niet scheef. De reden hiervoor is dat het effect van de zwaartekracht door de grote massa van de Aarde veel sterker is dan dat van de centrifugaalkracht als gevolg van haar rotatie.
Een ruwe 2,5 miljard dollar, oftewel 2,12 miljard euro.
Een lichtjaar is de afstand die licht in een jaar kan reizen - dat is ongeveer 9 460 000 000 000 kilometer! Licht heeft ongeveer 4,2 jaar nodig om de afstand naar de dichtstbijzijnde ster buiten ons zonnestelsel te overbruggen, daarom zeggen sterrenkundigen dat Proxima Centauri 4,2 lichtjaren van ons is verwijderd.
Ongeveer 600 miljoen jaar geleden gingen sommige eencelligen nauw samenwerken en vormden samen een meercellig organisme: het eerste dier. Onderzoekers denken dat het een soort spons was.
1. China 2. Egypte 6000+ jaar geledem.
Het begint 13,8 miljard jaar geleden met een enorme explosie. Na deze oerknal bestaat het universum volledig uit heet plasma . Het heelal zet uit en koelt daardoor af. Zo'n 380 duizend jaar na de oerknal is het heelal zo ver afgekoeld dat elektronen en protonen samen waterstof atomen kunnen vormen.
Daarna krimpt de zon tot een kleine dwergster die heel langzaam afkoelt en uitdooft. Gelukkig is het voorlopig nog niet zo ver. De zon brandt al 4,5 miljard jaar heel constant. En we denken dat hij ook nog zo'n vijf miljard jaar blijft branden.
Wanneer de Maan lager aan de hemel staat, is dit filteren sterker en krijgt de Maan een meer gele kleur, door het ontbreken van blauw licht. Wanneer de Maan ondergaat is de lichtweg door de atmosfeer het langst en wordt ook het grootste deel van het gele licht weggefilterd, waardoor de Maan rood van kleur wordt.
In tegenstelling tot het blauwe licht, wordt het rode licht niet verstrooid. Dit blijft uit één specifieke richting komen. Dit geeft de zon dan een rode kleur. De wolken die bij een zonsondergang aanwezig zijn worden ook rood of roze verlicht door de ondergaande zon.
De zon is ons bekendste en belangrijkste hemellichaam, de bron van alle licht en warmte op aarde. En van het leven: zonder zon zou er eenvoudig geen leven mogelijk zijn, zouden we geen energie en geen voedsel hebben.
Maar ook planeten verder weg hebben van die rode reus te vrezen. Als de ster zo groot was als de zon, worden alle planeten tot een afstand van ongeveer vijf astronomische eenheden naar de rode reus getrokken. In ons zonnestelsel zullen daardoor ook Mars en Jupiter in de opgezwollen zon verdwijnen.
Een ster bereikt haar eindstadium wanneer haar interne brandstof op is. In de beginfase gebruikt ze waterstof, daarna helium, en op het einde de zwaardere chemische elementen. Als de brandstof opraakt, produceert de ster niet meer genoeg energie en worden er geen kernreacties meer veroorzaakt.
Een ster is een bolvormig hemellichaam bestaande uit lichtgevend plasma met daarin voornamelijk (ongeveer 72% van de massa) waterstof en daarnaast ongeveer 26% helium. In sterren is de druk en temperatuur van de inwendige gasconcentratie zo hoog dat er kernfusiereacties plaatsvinden.
De planeet in ons zonnestelsel die het verst weg staat is Neptunus. Als je vanaf de zon reist duurt het heel lang voordat je er bent. Je komt dan eerst langs de zeven andere planeten in ons zonnestelsel. Neptunus is wel 57 keer zo groot als de aarde.
Als het helder is kan je ze goed zien als glinsterende puntjes in het donker, maar we zien maar één van die sterren alleen overdag. Dat is de zon. Heel groot en heel dichtbij. Toch is de zon maar een klein sterretje vergeleken met de andere sterren in het heelal.