Courante vuldrukken zijn 230 en 300 bar. De flessen worden bij een keuring onderworpen aan een proefdruk van 1,5 x de testdruk, dus 345 en respectievelijk 450 bar. De verschillende flessen zijn herkenbaar aan het type kraan dat wordt gebruikt.
De meeste duikers zullen op de vraag 'hoeveel gasreserve plan je' antwoorden dat 50 bar voldoende is. Op de vraag of je met 50 bar uit het water moet wandelen of dat je dan aan de opstijging begint, moeten de meesten al even nadenken.
Doordat de vuldruk hoger is, is het gasvolume (m3) namelijk groter. U heeft nu nagenoeg dezelfde gasinhoud in een 30 liter (300 bar) cilinder als in een 50 liter (200 bar) cilinder.
In deze tank past dus onder normale atmosferische druk (=1 bar) 100 liter lucht. Om een druk van 8 bar te verkrijgen zal je er dus in theorie 700 liter extra lucht moeten inpompen.
Gewicht bij benadering van een stalen duikfles van 232 bar: 6,9l = 7,5kg. 10l = 11,4kg. 12l lang = 14 tot 15kg.
De maximale druk die een gezonde man kan ontwikkelen is ongeveer 200cmH2O of om en bij 20kPa (19.6kPa). Dit is maar 0.2 bar! Een geoefend trompetspeler komt niet verder dan 300cmH2O of 0.3 bar. Er is dus geen sprake van om met he longen en je ademspieren 1 bar lucht in een vat bij te pompen...
Meten van druk
1 bar is 1 kilo dat druk op 1 vierkante centimeter.
Wanneer je van bar naar PSI moet omrekenen moet je altijd vermenigvuldigen met 14,5. Wanneer je het juist van PSI naar bar moet omrekenen moet je het delen door 14,5.
De bar is van oorsprong een Britse eenheid en 1 bar komt ongeveer overeen met de gemiddelde luchtdruk op zeeniveau (alhoewel 1 atmosfeer (atm) een betere omschrijving is). De bar is gedefinieerd als 100.000 Pa, of 100 kPa.
Een bar is gedefinieerd als 100.000 Pa = 1·10⁵ Pa = 100 kPa. Van deze eenheid kunnen decimale veelvouden en delen worden gevormd. Het gebruikelijkste is de millibar (symbool: mbar = 100 Pa), vooral voor het aangeven van de atmosferische druk.
Een algemene vuistregel stelt dat per 10 m waterdiepte de druk 1 bar (100.000 Pascal of 100 kPa) stijgt, dit bij water met een gemiddeld soortelijk gewicht van 1000 kg/m3. Op 50 m diepte bedraagt ze dus 6 bar (5 bar van het water en 1 bar van de atmosfeer).
Formule bruto aanvangsrendement (BAR) De BAR is het tegenovergestelde van de zogenoemde kapitalisatiefactor. Als de kapitalisatiefactor 16 is, is het bruto aanvangsrendement 100/16 = 6,25%. Oftewel, de kapitalisatiefactor wordt berekend door de koopsom van een vastgoedinvestering te delen door de jaarhuur.
Op tien meter diepte oefent het water een bijkomende druk uit van 100 kPa. Dat is ongeveer gelijk aan de normale luchtdruk.
De relatieve druk opgeteld bij de luchtdruk noemt men de absolute druk. Een normaal mens heeft een oppervlakte van ca 1,5 m2. Zou je dus op 50 meter diepte zwemmen, dan ondervindt het lichaam dus een kracht van : 6 bar x 1,5 m2 = 600.000 N/m2 x 1,5 m2 = 900.000 N = 90.000 kg = 90 ton !!!!!
In de luchtvaart en meteorologie gaf men voorheen de luchtdruk aan in millibar en thans in hectopascal (hPa). In water neemt de druk toe met ongeveer 1 atmosfeer voor elke 10 meter diepte.
Met de bandenspanning wordt bedoeld de overdruk van de lucht (of stikstof) in de band van een voertuig. Deze wordt meestal in bar aangegeven maar PSI (Pound-force per Square Inch) is ook gangbaar. PSI is ook meestal wat op de band zelf staat met betrekking tot de maximale vulling = druk.
PSI staat voor pound per square inch en is de eenheid waarin druk binnen het Engelse stelsel wordt uitgedrukt. In de context van het duiken geeft het aantal bar de luchtdruk in een duikfles aan. In het metrische stelsel (gebruikelijk in NL en B) wordt druk aangegeven in bar. 100 bar is gelijk aan 1450 psi.
1 psi = 0.0689 bar. 1 bar = 14.5038 psi.
Een gas is immers samendrukbaar. Zo kunnen wij een fles steeds vullen tot een druk van 200 bar. Dat betekent een druk die 200 keer groter is dan de normale luchtdruk van 1 bar.
De overdruk in een ballon wordt niet zo heel erg groot, minder dan 10 kPa (een meter waterkolom), vandaar ook dat je met een simpele U-buis de druk goed kunt meten.
De druk wordt op de band aangegeven met KPA en PSI. 1 PSI staat voor 0.0689475729 bar. Vermenigvuldigd met 60 PSI komt dat neer 4,13 bar dat ook nagenoeg overeenkomt met 420 KPA.
Veel mensen realiseren zich de risico's van het blazen met perslucht niet. Over het algemeen, zijn er drie grote risico's die hiermee worden geassocieerd; luchtembolie, gehoorschade en oogletsel. Het is vaak moeilijk te begrijpen dat lucht gevaarlijk kan zijn.
In jouw persluchtfles van 6 liter gaat dus 0,27 mol lucht. De soortelijke dichtheid van lucht bij standaardomstandigheden is 1,294 kg/m³; zes liter lucht bij 1 bar weegt dus 1,294 gram.
De kooldioxide ademen we vervolgens weer uit. In rust wordt er ongeveer zes tot acht liter lucht per minuut in- en uitgeademd. Tijdens intensief sporten kan dit oplopen tot ruim tweehonderd liter per minuut.