Hier is geen wettelijke bepaling voor, maar over het algemeen wordt aangenomen dat 23 kilo het maximum is. Deze grens is gebaseerd op de NIOSH-methode die ook in de toelichting op het Arbobesluit 5.2 is opgenomen.
Deze vertrekt van 23 kg als maximum gewicht in optimale omstandigheden. In Nederland zijn wettelijke uitspraken van de Hoge Raad gebaseerd op deze methode. Het gewicht van 23 kg is aanvaardbaar voor 75% van de vrouwen en 99% van de mannen.
De volgende richtlijnen voor maximum tilgewichten kunnen daarbij gehanteerd worden: Tillen boven hoofdhoogte (175 cm): 4 kg. Tweehandig tillen door jeugdigen (tot 16 jaar): 10 kg. Tweehandig tillen van grond tot heuphoogte dicht bij het lichaam: 15 kg.
De Arbowet kent geen specifieke eisen over hoeveel een werknemer mag tillen of dragen. De last mag echter geen gezondheidsrisico opleveren voor de veiligheid en of de gezondheid van de werknemer (Arbobesluit 5.2).
Een werknemer mag op basis van arboregels niet meer dan 25 kilo tillen. Bij werken op een ladder mogen gewichten van maximaal 5 kilo of voorwerpen van maximaal 1 vierkante meter worden vervoerd.
Op basis hiervan berekent NIOSH-rekentool het aanbevolen gewicht. Maximaal is dat 23 kilo, maar bij extra zware omstandigheden kan dat dus nog lager zijn. Over het algemeen luidt de uitkomst maximaal 12 kg of zelfs nog veel minder.
Als een last snel in beweging wordt gebracht worden de spieren en gewrichten in verhouding kortdurend zwaar belast. Hanteer als grenswaarde voor de maximale duw- of trekkracht 50 kg aan kracht. Het gewicht, inclusief belading, mag dan ongeveer 400 kg zijn.
Daarom is er daarvoor een Praktijkrichtlijn Fysieke Belasting afgesproken: 'Niet trekken van meer dan 25 kg met 2 handen, maximaal 15 kg per hand. En als de kracht uit de vingers komt maximaal 5 kg'.
Als uitgangspunt mag de te duwen of trekken kar inclusief belading niet meer dan 350 kg bedragen. Daarbij gaan we uit van een kar met goede, grote wielen en een vlakke ondergrond, zonder drempels of hellingen. Als dat wel het geval is, dient bij voorkeur een lager maximum duw- en trekgewicht te worden gehanteerd.
Een verhuizer kan al gauw 100 kg dragen. Het maximum dat een mens kan dragen is 500 kg (wereldrecord Britse gewichtheffer Eddie Hall). Meerdere verhuizers kunnen een piano van 400 kg de trap op krijgen. De Arbowet kent geen specifieke eisen over hoeveel een verhuizer mag tillen.
De wetgeving omtrent arbeidsomstandigheden is ingedeeld in drie niveaus: de Arbowet, het Arbobesluit en de Arboregeling. Arbowet - De Arbowet vormt de basis van de arbowetgeving. Hierin staan de algemene bepalingen die gelden voor alle plekken waar arbeid wordt verricht (dus ook voor verenigingen en stichtingen).
Mannen kunnen dan bijvoorbeeld beginnen met 60 kilogram in totaal. Een goed deadlift gewicht voor vrouwen om mee te starten is 40 kilogram. Doe dit 3 tot 5 sets van 12-15 herhalingen.
Voor volwassen geldt als vuistregel dat je niet meer dan 20 % van je lichaamsgewicht mag meedragen. Voor kinderen is het anders, die mogen namelijk 10% van hun lichaamsgewicht meedragen. Voorbeeldje: als je 80 kilo weegt, mag je rugzak 16 kg wegen.
Werknemers die (bijna) dagelijks voorwerpen of mensen tillen of dragen hebben een grote kans op (blijvende) rugklachten. Het is daarom belangrijk om deze vorm van fysieke belasting zo veel mogelijk te beperken of op een verantwoorde manier uit te voeren.
Duwen is beter dan trekken. Men kan beter het eigen lichaamsgewicht inzetten en de schouders worden minder belast. Duwen is ook minder vermoeiend over langere afstanden. Toch zijn er ook nadelen aan duwen: het plots stoppen is gevaarlijker en men heeft minder zicht waar men rijdt.
De landelijke Praktijkrichtlijnen Fysieke Belasting geven precies aan wanneer een bepaalde handeling, bijvoorbeeld de transfer van een cliënt of het aantrekken van steunkousen, te zwaar wordt. Met andere woorden: wanneer fysieke belasting over gaat in fysieke overbelasting.
Fysieke belasting is de belasting die je ondervindt tijdens lichamelijke arbeid. Bijvoorbeeld bij het tillen of verplaatsen van cliënten of het duwen en trekken aan hulpmiddelen.
De Arbowet kent geen specifieke eisen over hoeveel een werknemer mag tillen. De last mag echter geen gevaar opleveren voor de veiligheid en of de gezondheid van de werknemer (Arbobesluit 5.2).
Vragen met nee moeten beantwoorden? Door de KarVragen weet je in welke richting je de oplossing moet zoeken door bijvoorbeeld het totaalgewicht te verminderen of de transportweg te (laten) aanpassen.
De NIOSH-methode is een meetmethode om te bepalen hoeveel een werknemer per keer mag tillen. De NIOSH-methode kijkt niet alleen naar het gewicht van het voorwerp, maar ook naar de omstandigheden waaronder het wordt verplaatst.