Het uitzendbeding is een afspraak in je contract die ervoor zorgt dat de uitzendovereenkomst tussen uitzendkracht en uitzendbureau automatisch eindigt als de opdracht bij de opdrachtgever stopt. Er is dan verder dus geen opzegging meer nodig van het uitzendbureau.
Als u een contract met uitzendbeding heeft, dan stopt uw contract als er geen werk meer voor u is. Als uitzendkracht in fase A (ABU) of fase 1 of 2 (NBBU) heeft u altijd een uitzendbeding. Behalve als in uw contract staat dat er geen uitzendbeding is.
Een uitzendbeding is een bepaling in de uitzendovereenkomst die ervoor zorgt dat deze overeenkomst tussen uitzendkracht en uitzendbureau eindigt als de opdrachtgever de terbeschikkingstelling beëindigt. Terbeschikkingstelling betekent de periode van tewerkstelling van de uitzendkracht bij de opdrachtgever.
De uitzendkracht doorloopt fase A in de eerste 78 gewerkte weken dat hij voor een uitzendbureau werkt. Elke (kalender)week waarin hij werkt – of dat nu één uur of veertig uur is – telt mee voor de telling van die 78 weken. Bij een onderbreking van meer dan zes maanden begint de telling opnieuw.
Uitzendkrachten met een uitzendbeding verliezen direct hun uitzendbaan als zij ziek worden. Zij hebben dan na 1 of 2 wachtdagen recht op een Ziektewet-uitkering. Uitzendkrachten die zonder uitzendbeding werken hebben bij ziekte vanaf de 2e ziektedag recht op loondoorbetaling.
Uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding
In fase B en C en fase 3 en 4 geldt er nooit een uitzendbeding. Zonder uitzendbeding heb je als uitzendkracht meer rechten. Zo kan het uitzendbureau je niet zomaar ontslaan en krijg je loon bij ziekte en soms ook als er (tijdelijk) geen werk voor je is.
Fase A met uitzendbeding
Dankzij dit uitzendbeding in fase A kun jij als uitzendkracht op elk moment aangeven dat je wilt stoppen met werken. Je moet dit wel één werkdag voordat je stopt melden bij het uitzendbureau. Dit kan wel van beide kanten komen, het uitzendbureau kan de overeenkomst dus ook beëindigen.
Een uitzendovereenkomst in fase A kan maximaal 78 gewerkte weken doorlopen. Daarna stopt het óf krijg je een nieuw contract. Je komt dan in fase B (ABU) of fase 3 (NBBU). Ook als je er even tussenuit gaat, maar binnen 26 weken weer wordt ingezet via hetzelfde uitzendbureau.
Als u zelf de uitzendovereenkomst wilt beëindigen, kunt u dit in fase A (meestal de eerste 78 weken van de uitzendovereenkomst) met onmiddellijke ingang doen. Wel hoort u dit het uitzendbureau minimaal een (1) werkdag van tevoren te melden zodat zij kunnen proberen om voor vervanging bij de inlener te zorgen.
Mocht uw arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd eindigen, dan valt u bij een nieuwe uitzendovereenkomst terug naar het begin van fase B als de onderbreking korter dan 26 weken geduurd heeft. Is de onderbreking 26 weken of langer geweest, dan valt u terug naar fase A.
In een uitzendovereenkomst zonder uitzendbeding blijft de uitzendkracht in dienst van het uitzendbureau, zelfs al wordt de samenwerking beëindigd door de werkgever. In dat geval zal het bestaande werk ophouden, maar heeft de uitzendkracht wel de zekerheid van doorbetaling van het loon.
Een uitzendovereenkomst met uitzendbeding mag tussentijds en met onmiddellijke ingang worden opgezegd door zowel uitzendkracht als uitzendbureau.
Het uitzendbureau betaalt uw loon tijdens uw ziekte door. Ook is het uitzendbureau verantwoordelijk voor uw re-integratie.
Fase A zonder uitzendbeding
Deze periode duurt 52 gewerkte weken, waarin een onbeperkt aantal uitzendovereenkomsten mag worden aangegaan. Een uitzendbeding mag alleen worden opgenomen in deze fase.
In het fasensysteem van ABU komen jouw rechten en plichten naar voren. De ABU heeft drie fasen: fase A, B en C. De fase waarin je zit bepaalt jouw rechtspositie. Hoe langer je voor een uitzendbureau werkt, des te meer rechten je hebt.
Toch is het sinds 2015 verboden om een werknemer te ontslaan bij ziekte. Ben je ziek dan heb je als werknemer ontslagbescherming. Het Hof oordeelde daarom onlangs nog dat het ontslaan van een zieke werknemer, ook in het geval van een uitzendbeding, niet is toegestaan.
In de meeste gevallen mag je een uitzendkracht na 1040 uur, dus 26 weken fulltime werk, zelf een contract aanbieden. Doe dat niet eerder, want als je de uitzendkracht in dienst neemt vóór afloop van het uitzendcontract, dan ben je een boete verschuldigd.
Volgens de wet mag je als werknemer maximaal 3 tijdelijke contracten gedurende een maximale periode van 2 jaar krijgen.
Het nadeel is dat uitzendkrachten relatief dure werknemers zijn. Het uitzendbureau rekent immers ook een marge. Totaal komt het op ongeveer 2 tot 3 keer een brutoloon. Maar bent u op zoek naar toptalent, dan zult u ook daarvoor moeten betalen.
Een misvatting over het werken als uitzendkracht heeft vaak te maken met salaris. Vaak wordt gedacht dat je als uitzendkracht minder verdient dan dat wanneer je in loondienst bent bij de opdrachtgever waarvoor je werkt. Dit is niet waar. Als uitzendkracht krijg je gewoon hetzelfde salaris als je collega.
Een uitzendkracht kost u het bruto uurloon plus 90% tot 100%. In het uitzendtarief zijn de volgende kosten verwerkt: ✓ Kosten voor loonadministratie. ✓ Risico op doorbetaling bij ziekte, uitval of verlof.
Fase B / fase 3
Fase B of fase 3 duurt maximaal 3 jaar. In deze periode mogen niet meer dan 6 uitzendovereenkomsten voor bepaalde tijd worden aangegaan.
fase A. De uitzendkracht doorloopt fase A in de eerste 78 gewerkte weken dat hij voor een uitzendbureau werkt. Elke (kalender)week waarin hij werkt – of dat nu één uur of veertig uur is – telt mee voor de telling van die 78 weken. Bij een onderbreking van meer dan zes maanden begint de telling opnieuw.
De eerste dag geldt als wachtdag, je hebt dan dus geen recht op loon. Vanaf de derde dag heb je recht op 90% van het loon. Deze regeling geldt gedurende het eerste ziektejaar. Vanaf het tweede ziektejaar heb je nog recht op 80% van je loon.