. Meestal wordt het boven een letter aangebracht, maar onder andere in de natuurwetenschappen wordt het als zelfstandig symbool gebruikt. Het neemt dan een eigen tekenpositie in (ASCII-teken 126) .
Met je toetsenbord: Qwerty-toetsenbord: typ de tilde met [Shift] plus de toets links van de [1] of de [Z]; Azerty-toetsenbord: typ de tilde met [Alt gr] (rechts van spatiebalk) plus de [=~+]-toets (schuin rechts boven [Alt gr]).
(wiskunde) (natuurkunde) in de natuurwetenschappen als zelfstandig symbool gebruikt om evenredigheid aan te duiden.
De tilde is een diakritisch teken. Meestal wordt het boven een letter aangebracht. Het wordt gebruikt boven de Spaanse n om de klank nj aan te geven, bijv. dueña [dwenjaa].
Het (is)gelijkteken of gelijkheidsteken (in België veelal met is gelijk aan aangeduid) is de naam van het wiskundige symbool =. Dit teken geeft de gelijkheid aan van de twee operanden waar het tussen staat.
Het accent circonflexe, of kortweg de of het circonflexe of circumflex (Latijn: circumflexus, rond, gebogen), is een dakvormig diakritisch teken op een klinker of een medeklinker.
"Ø", "ø" is een klinker en een letter die gebruikt wordt in het Deens, Faeröers en Noors en bestaat uit een O of o met een schuine streep. De uitspraak van de klinker is ongeveer als het Nederlandse "eu" (fonetisch symbool: [ø]) in het woord "reus".
De tilde is het diakritisch teken ~. Meestal wordt het boven een letter aangebracht, maar onder andere in de natuurwetenschappen wordt het ook als zelfstandig symbool gebruikt.
Ñ ( /enje/ — Spaans: eñe) wordt in de Spaanse taal gebruikt voor een palatale n-klank. De combinatie nj, zoals in Spanje en signaal, is een redelijke benadering van de uitspraak. Het is in het Spaanse alfabet een aparte letter, gealfabetiseerd tussen N en O.
tilde → tilde. tillen → sublevar, alzar.
Selecteer de ≈ uit het `Speciale tekens` venster. (alt⌥ + cmd⌘ + T) Bij MS-Word kan het via `Insert → Symbol → Advanced Symbol` of `Invoegen → Symbolen → Meer symbolen`.
Het plusminusteken is ±. In de wetenschap, met name in de wiskunde en bij metingen, wordt het teken ook gebruikt en wordt dan uitgesproken als plus of min. Het plusminusteken wordt in de wetenschap niet gebruikt om ongeveer aan te geven, hier wordt het benaderingsteken ~ of ≈ voor gebruikt.
In Word ga je naar Invoegen, Symbool en Meer symbolen om een soortgelijke lijst tevoorschijn te halen. Hierin staat onderaan de sneltoets weergegeven die je kunt gebruiken om het geselecteerde symbool door middel van je toetsenbord in te voeren.
Windows: Alt 136 : Houdt de linker of rechter Alt toets ingedrukt en typ 136. Mac: Met de Alt-option toets. Alt-option + i en daarna e maakt ê.
Selecteer de ş uit het `Speciale tekens` venster. (alt⌥ + cmd⌘ + T) Bij MS-Word kan het via `Insert → Symbol → Advanced Symbol` of `Invoegen → Symbolen → Meer symbolen`.
Druk op de SHIFT + (“)-toets en daarna op de u. De letter ü verschijnt. Een (“) met een a, e, i, o, u, of y, geeft respectievelijk een ä, ë, ï, ö, ü, of ÿ.
ñ of ã (tilde): houd de Option-toets ingedrukt en druk op N. Toets vervolgens een letter in die je het golfje op de letter wilt geven.
Een symbool of zinnebeeld is een teken waarbij geen natuurlijke relatie bestaat tussen de representatie van het teken en de betekenis die ermee wordt uitgedrukt. Een symbool is een betekenisdrager; het heeft enerzijds een vorm of representatie, en anderzijds een betekenis.
De schuine streep (/), schrap of Duitse komma, in computerterminologie ook (forward) slash, is een leesteken.
Om het cijfer 0 en de letter o te onderscheiden, wordt in het cijfer 0 soms een punt of schuin streepje gezet. Vooral in de computerwereld ten tijde van MS-DOS kwam dit vaak voor. De variant met het streepje 0̷ lijkt op de letter Ø, maar het streepje komt niet buiten de ronde vorm.
De letter 'O' komt in het Nederlandse paspoortnummer niet voor. Het gaat dus altijd om het cijfer '0'.
Welk teken gebruik je voor nadruk: is het bijvoorbeeld wèl of wél? Juist is wél. Bijvoorbeeld: 'Het beleid is wél zinvol. ' Het nadrukteken is altijd een streepje van linksonder naar rechtsboven.