Van ontoerekeningsvatbaarheid is sprake als het strafbare feit niet of slechts in verminderde mate aan de verdachte kan worden toegerekend. Redenen om het feit niet of in verminderde mate toe te rekenen zijn een gebrek in de ontwikkeling of een ziekelijke stoornis in de geestvermogens.
Wie een misdaad pleegt terwijl hij volledig ontoerekeningsvatbaar is, krijgt geen gevangenisstraf. De dader kan wel de maatregel van terbeschikkingstelling (tbs) krijgen. Wie gedeeltelijk ontoerekeningsvatbaar is, kan een gevangenisstraf krijgen in combinatie met tbs.
Het niet toerekenen van een strafbaar feit aan de dader vanwege zijn psychische toestand.
Een psychisch gestoorde verdachte welke volledig ontoerekeningsvatbaar wordt verklaard, kan dus alsnog opzettelijk hebben gehandeld. Het bewijs van opzet speelt dus een belangrijke rol bij het toetsen van strafbaarheid.
Bij de verdachte was er tijdens het plegen van het feit sprake van een gebrekkige ontwikkeling of een ziekelijke stoornis van de geestesvermogens; Tussen de stoornis en het strafbare feit bestaat een voldoende aannemelijk causaal verband; Het feit kan de verdachte op basis van de stoornis niet toegerekend worden.
Iemand is ontoerekeningsvatbaar als er sprake is van een stoornis of ziekte, waardoor hij niet verwijtbaar is voor een strafbaar feit. Het is aan de rechter om te bepalen of dit zo is. En in welke gradatie iemand ontoerekeningsvatbaar is.
Wat zegt de wet erover? Als we artikel 39 van het Wetboek van Strafrecht citeren is ontoerekeningsvatbaarheid het volgende: “Niet strafbaar is hij die een feit begaat, dat hem wegens de gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens niet kan worden toegerekend.”
Tbs staat voor terbeschikkingstelling. Het is primair een beveiligingsmaatregel die de rechter kan opleggen om de samenleving te beschermen als iemand een misdrijf heeft gepleegd terwijl hij leed aan een 'gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens' en er vrees is voor herhaling.
In het algemeen wordt er van kleurloos opzet uitgegaan omdat dit is makkelijker te bewijzen voor de Officier van Justitie.
Ontoerekeningsvatbaar. Deze schulduitsluitingsgrond staat in artikel 39 Wetboek van Strafrecht. Er zijn drie belangrijke vereisten voor het uitsluiten van schuld op grond van ontoerekeningsvatbaarheid. Allereerst moet er sprake zijn van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens.
Terbeschikkingstelling (tbs) met dwangverpleging is de zwaarste maatregel als onderdeel van een straf. De behandeling richt zich op een veilige terugkeer van daders in de samenleving. Een rechter bepaalt of een dader tbs krijgt bij een ernstig misdrijf, een psychische stoornis en een gevaar voor herhaling.
Recidive is herhaling van strafbaar gedrag.
Behandeling in een tbs-kliniek duurt gemiddeld zeven tot acht jaar, maar er is in principe geen van tevoren afgesproken einddatum bekend. Eens in de twee jaar is er sprake van een verlengingszitting over het al dan niet verlengen van de TBS. De patiënt is daarbij persoonlijk aanwezig, samen met een advocaat.
TBS en levenslang niet toegestaan
Het is een rechter niet toegestaan om naast een levenslange gevangenisstraf ook TBS met dwangverpleging op te leggen (HR 14 maart 2006, ECLI:NL:HR:2006:AU5496.
Tbs valt onder de 'vrijheidsbenemende maatregelen'. De tbs-gestelde zit altijd eerst een eventueel opgelegde gevangenisstraf uit, deze straf is bedoeld als vergelding. En wel voor dat deel van het delict dat de veroordeelde - ongeacht de stoornis - te verwijten valt.
De belangrijkste straffen zijn een boete, een taakstraf en gevangenisstraf. De rechter kan ook maatregelen opleggen. Daaronder valt bijvoorbeeld ontneming van geld dat door het misdrijf is verkregen, het betalen van schadevergoeding of – de meest ingrijpende – tbs.
Als het gevaar duidelijk is verminderd, kan de rechter de tbs met dwangverpleging voorwaardelijk beëindigen.
Van die ex-tbs'ers gaat zo'n 20? procent binnen twee jaar na vrijlating opnieuw de fout in, maar zij doen dat wel minder vaak dan voorheen. Die tbs'ers doen dat steeds minder vaak: tussen 2005 en 2009 ging het gemiddeld om 2,3 misdrijven per persoon, tegenwoordig ligt dat aantal op 1,7.
Een tbs-behandeling in een forensisch psychiatrisch centrum kost per dag ongeveer € 465,-.
U heeft het recht om te weten van welk strafbaar feit u wordt verdacht. U hoeft de vragen niet te beantwoorden (zwijgrecht). U heeft het recht om vóór het (eerste) verhoor vertrouwelijk met een advocaat te praten. U heeft recht op de aanwezigheid van een advocaat tijdens het verhoor om u bij te staan.
Alleen mensen die de meest ernstige misdrijven hebben gepleegd krijgen deze straf. Het gaat dan bijvoorbeeld om moord of terrorisme.
Jongeren tussen de 12 en 18 jaar kunnen volgens het jeugdstrafrecht bijvoorbeeld een taakstraf of jeugddetentie krijgen. De rechter kan door het adolescentenstrafrecht het jeugdstrafrecht ook toepassen op jongvolwassenen tot 23 jaar. Kinderen tot 12 jaar kunnen geen straf of boete krijgen.