Hoe werd tijd vroeger berekend? Door de zon, de maan en de sterren te bestuderen, bepaalden mensen vroeger welk moment van de dag het was en in welke tijd van het jaar ze leefden. Dat was bijvoorbeeld handig voor de landbouw; om op de juiste tijd te kunnen zaaien en oogsten.
De tijd bijhouden begon met zonnewijzers
Zonnewijzers waren het eerste tijdmeetinstrument. De oudst bekende is van rond 1500 voor Christus. Onze tijd, de uren en minuten, werden bedacht door middeleeuwse astronomen. Zij grepen terug op de Babyloniërs, die telden in zestigtallen in de wiskunde en astronomie.
Naast kalenders werden gebruikt: de waterklok, de zandloper, kaarsen of olielampen (met een aantal strepen erop) en de zonnewijzer.
Het allereerste hulpmiddel om de tijd van de dag aan te duiden was de zonnewijzer, uitgevonden door de Oude Egyptenaren en Mesopotamiërs. De oudste zonnewijzers waren obelisken (3500 voor Christus) en schaduw klokken (1500 voor Christus). Deze werden vervaardigd door Egyptische en Babylonische astronomen.
Natuurkundig gezien wordt de tijd overal ter wereld bepaald door atoomklokken. Die maken gebruik van de resonantiefrequentie van atomen, die per type atoom altijd dezelfde is. Door een elektromagnetisch veld te creëren dat meetrilt met de frequentie van de atomen, kunnen klokken de tijd met uiterste precisie meten.
De officiële bronnen van tijd vertrouwen momenteel op cesiumatomen . De beste van deze klokken is nauwkeurig tot op een driehonderd miljoenste van een seconde per jaar. Ter vergelijking: uw quartzhorloge kan nauwkeurig zijn tot op ongeveer 15 seconden per maand.
De uitvinding van de mechanische klok wordt toegeschreven aan de Fransman Gerbert (later paus Silvester II), die leefde rond de 10e eeuw. Tot aan de Nieuwe Tijd was een klok de ingewikkeldste machine die men kon maken. Op zee is een slingeruurwerk onbruikbaar.
Zonnewijzers en waterklokken werden voor het eerst gebruikt in het oude Egypte rond 1200 v.Chr. (of even acceptabel v.Chr.) en later door de Babyloniërs, de Grieken en de Chinezen. Wierookklokken werden in de 6e eeuw in China gebruikt.
Griek bedacht minuten
Zij verdeelden de dag in 24 uur, maar hun zonnewijzers en waterklokken waren niet bijster geschikt voor nauwkeuriger tijdmetingen. Het concept van minuten en seconden werd in 150 n. Chr. bedacht door de Griek Ptolemaeus.
De oudste klokken in ons land dateren uit de vroege middeleeuwen. Een geschreven bron over het gieten van klokken komen we tegen in het begin van de 11de eeuw bij de Benedictijner monnik Theophilus. In zijn verhandeling over verschillende kunsten is één hoofdstuk ervan gewijd aan het gieten van klokken.
Tegenwoordig geven mobiele telefoons, computers en smartwatches zeer nauwkeurige tijd en lijken ze zichzelf te zetten. Maar achter deze schijn van eenvoud schuilt een ingewikkelde wereldwijde tijdwaarnemingsoperatie met honderden geavanceerde atoomklokken die worden bediend door wetenschappers over de hele wereld.
AM = alle tijden tussen 00.00 uur 's nachts en 12.00 uur 's middags. PM = alle tijden tussen 12.00 uur 's middags en 00.00 uur 's nachts.
Omdat de aarde rond is, wordt hij maar voor de helft beschenen door de zon. Het verschil tussen de belichte zijde en de schaduwzijde van de aardbol bepaalt van nature het onderscheid tussen dag en nacht. De draaiing van de aarde zorgt voor het verstrijken van de tijd.
Bij 'tijd' gaat het altijd om het ogenblik waarop je God ontmoet, en waarop God je zijn nabijheid wil tonen en je zijn ontferming en genegenheid wil schenken.
De wintertijd is de echte tijd, die loopt van de laatste zondag van oktober tot en met de laatste zondag van maart. Zomertijd is de tijd die gedurende de lente, zomer en vroege herfst wordt aangehouden door de klok een uur vooruit te zetten; d.w.z. de klok een uur voor te laten lopen op de wintertijd (de echte tijd).
Wie heeft deze tijdsindelingen bepaald? DE VERDELING van het uur in 60 minuten en van de minuut in 60 seconden komt van de Babyloniërs die een sexagesimaal (tellen in 60) systeem gebruikten voor wiskunde en astronomie . Ze leidden hun getallensysteem af van de Sumeriërs die het al in 3500 v.Chr. gebruikten.
Maar de mensen wilde de tijd nog veel nauwkeurig weten. Er werd ijverig gewerkt aan een instrument om de tijd te bepalen en zo werd de eerste klok uitgevonden. De Chinezen vonden 5000 jaar geleden de eerst uit. Een stuk koord werd in olie gedompeld en op gelijke afstand werden knoppen gelegd.
De oude Egyptenaren worden gezien als de grondleggers van de 24-uurs dag. Het Nieuwe Rijk, dat duurde van 1550 tot 1070 v.Chr., zag de introductie van een tijdsysteem met 24 sterren, waarvan er 12 werden gebruikt om de doorgang van de nacht te markeren. De uren hadden echter een verschillende lengte, aangezien de zomeruren langer waren dan de winteruren.
Hoe werd tijd vroeger berekend? Door de zon, de maan en de sterren te bestuderen, bepaalden mensen vroeger welk moment van de dag het was en in welke tijd van het jaar ze leefden. Dat was bijvoorbeeld handig voor de landbouw; om op de juiste tijd te kunnen zaaien en oogsten.
Om de tijd bij te houden als het niet zonnig was, leerden oude volkeren ook om de beweging van planeten en sterrenbeelden na zonsondergang te volgen . In de loop van de tijd werden er andere apparaten ontwikkeld, waaronder zandlopers en waterklokken.
Naast de algemene manieren om tijd te voorspellen door middel van repetitieve gebeurtenissen, bouwden onze voorouders ook gebouwen die voorbijgaande momenten maten . Deze werden beroemd als zonnewijzers genoemd. De zonnewijzers hadden punten erin gegraveerd die de dagtijden berekenden met de beweging van zon en maan.
De eerste klokken, die enkel in staat waren om uren aan te geven, werden in kloosters geplaatst zodat monniken op gezette tijden konden bidden. Er wordt verondersteld dat de klok in de kathedraal van Salisbury uit 1386 de oudste nog tikkende klok ter wereld is.
Ze begonnen met het tellen vanaf middernacht, 0 uur dus, met twaalf uren voor en twaalf uren na het middaguur. Daarom heeft onze klok dus 12 uren.
Vroeger had je maar één tijd. Dat was de wintertijd. Tijdens de eerste wereldoorlog vond de Duitse regering het slim om in de zomer de klok een uurtje te verzetten. De oorlog was duur en zo konden ze op kolen besparen.