Al dagen tot weken voor je bevalling kun je beginnen met “rommelen”. Hiermee bedoelen wij dat je regelmatig harde buiken hebt die soms ook echt wel een beetje pijn kunnen doen. Met deze harde buiken is je lichaam zich aan het voorbereiden op de bevalling. Je baarmoeder is een spier en die spier is aan het oefenen.
Je kunt je grieperig of vaag gaan voelen. Ook kun je te maken krijgen met diarree, zuurbranden, misselijkheid door begin bevalling en overgeven. daarnaast kan diarree een teken zijn voor het begin van een bevalling. Last hebben van zware rugpijn is ook een symptoom van een naderende bevalling.
Wiebelen, hikken, reageren op prikkels die zijn zintuigen opvangen: je baby is in je buik met van alles bezig. En dat kun jij voelen. Als hij schrikt van een hard geluid, bijvoorbeeld. Ook 'communiceert' hij al met de buitenwereld: als hij iets of iemand tegen je buik aan voelt liggen, kan hij ertegen gaan duwen.
Het voelt als een soort kramp in je onderbuik die langzaam opkomt, erger wordt en dan weer afzakt. Je kunt een wee vergelijken met een golf die aanspoelt op het strand. In het begin voel je de pijngolf aan komen rollen. Net voor de golf omslaat, is de pijn het hevigst.
De verloskundige of gynaecoloog brengt haar vingers in je vagina en voelt aan je baarmoedermond. Dit wordt toucheren genoemd. Past er één vinger tussen, dan heb je één centimeter ontsluiting, met twee vingers zit je op drie centimeter ontsluiting, kan ze een V maken, dan is het vier centimeter, en zo verder.
Soms kun je het zelf ook voelen.. Je voelt dan bijna het hoofdje tussen je benen. Wees niet ongerust, indalen is juist goed. Zo weet je zeker dat je baby met het hoofdje eerst wordt geboren.
Hoe kan ik weten of mijn baarmoederhals al verstreken is? Als je al pijnlijke en regelmatige weeën gehad hebt, mag je ervan uitgaan dat je baarmoederhals al wat ontsloten en verstreken is. Je dokter zal dit voor jou ook kunnen bevestigen wanneer je op controle gaat en hij een vaginaal onderzoek doet.
Je verloskundige of arts meet tijdens een vaginaal toucher de ontsluiting. Met de wijs- en middelvinger voelt ze in je vagina hoeveel ruimte er is in de baarmoedermond. Afhankelijk van hoe ver de wijs- en middelvinger van elkaar geopend kunnen worden tijdens dit onderzoek, schat ze hoeveel ontsluiting er is.
Ze komen vooral 's nachts omdat de baarmoeder dan het meest actief is. Het kenmerkende van voorweeën is dat ze niet in kracht en frequentie toenemen en na een paar uur weer afzwakken. Gelukkig zijn deze voorweeën nog niet echt krachtig. De bevalling is dan nog niet begonnen.
Zolang de weeën nog goed te doen zijn is het verstandig je nog af te leiden, probeer een klusje te verzinnen, maak een wandelingetje of probeer (in ieder geval tussen de weeën door) te slapen of rusten. Door de afleiding kan het baringsproces zich in alle rust ontwikkelen. Je zult merken dat je beter kunt ontspannen.
Zo weet je dat het echte weeën en geen oefenweeën zijn. Andere tekenen van een vroegtijdige bevalling zijn: Menstruatieachtige krampen boven het schaambeen. Druk of een pijnlijk gevoel in het bekken, de dijen of de lies.
De beweeglijkheid van jouw baby zegt iets over zijn conditie. Daarom is het belangrijk dat je het beweegpatroon van je baby goed leert kennen. Als je baby minder of anders beweegt dan je gewend bent, kan dit een signaal zijn dat er iets verandert in de conditie van je baby.
De drie belangrijkste hormonen tijdens de bevalling zijn oxytocine, endorfine en adrenaline. Oxytocine is het weeënhormoon en zorgt voor het samentrekken en ontspannen van de baarmoeder – oftewel voor weeën. Endorfine is een lichaamseigen morfine die je meteen aan gaat maken bij de eerste wee.
De bevalling kan op verschillende manieren beginnen. Meestal begint de bevalling met weeën maar bij 10% zal het beginnen met het breken van de vliezen en ontstaan de weeën daarna. In de weken voorafgaand aan de bevalling kun je verschillende voortekenen hebben. Dit verschilt per zwangerschap.
In Nederland heeft 4 tot 10% van de zwangeren met een zwangerschapsduur tussen de 37 en 42 weken voortijdig gebroken vliezen.
Soorten weeën
Meestal doen ze niet echt pijn, maar ze kunnen op menstruatiepijn of darmkrampen lijken. Deze komen onregelmatig en gaan vanzelf weer weg.
Nog een paar wetenswaardigheden: de meeste bevallingen beginnen in het weekeinde of 's nachts. Waarschijnlijk komt dit omdat het dan rustig in huis is en je je lekker ontspannen voelt!
Grootste kans in week 40-41
In week 40-41, de week van de uitgerekende datum, heb je de meeste kans om te bevallen.
Het breken van vliezen zelf voel je niet. Wel kun je merken dat je iets warms en nats tussen je benen voelt. Alsof je een klein beetje urine verliest terwijl je sport of lacht. Dat vocht kan in kleine beetjes komen en misschien denk je in het begin niet eens aan gebroken vliezen en vruchtwater.
Ontsluitingsweeën maken je baarmoedermond open
Je voelt ze als een pijnlijke kramp door je hele bekkengebied; de een voelt ze meer in de buik, de ander in de rug. Sommige vrouwen voelen weeën (ook) in hun benen. De weeën worden krachtiger en pijnlijker naarmate de ontsluiting vordert.
De laatste centimeters ontsluiting zijn dan ook vaak het zwaarst en het pijnlijkst, want de weeën komen snel achter elkaar en zijn erg sterk. In de juiste bevalhoudingen en met ademhalingstechnieken zou je het echter kunnen redden zonder medische pijnstilling.
Je kunt al weken van tevoren 2-3 cm ontsluiting hebben zonder dat je echt weeën hebt, vaak heb je wel last gehad van voorweeën.
Er kan nog enige twijfel bestaan of de weeën wel echt gaan doorzetten. Je kunt dan het beste proberen te ontspannen en een warme douche/bad of kruik nemen. Zijn het voorweeën, dan zullen ze afzakken.
Pas wanneer je 10 centimeter ontsluiting hebt is de baarmoedermond volledig open en klaar voor de geboorte van je baby. Dit wordt ook wel de uitdrijvingsfase genoemd. Je mag dan gaan persen. Waarschijnlijk heb je dit al geoefend, thuis of tijdens een zwangerschapscursus.
Een verticale houding (lopen, staan, zitten) en het wisselen van houding helpt mee om de ontsluiting sneller te laten verlopen. Dit komt omdat bij een verticale houding het hoofdje van de baby optimaal op de baarmoedermond drukt.