Zenuwpijn is tintelende, prikkelende, branderige pijn. De zenuw kan ontstoken zijn, zit klem of is beschadigd. De pijn blijft vaak weken tot maanden. Bij zenuwpijn helpen pijnstillers vaak minder goed.
Een zenuwbeschadiging veroorzaakt soms verzwakking van spierkracht, vervelende gevoelloosheid of stekende of brandende pijn. De klachten kunnen zich precies op de plek van de schade bevinden, maar ook ergens anders in het gebied dat door de beschadigde zenuw wordt verzorgd.
Het herstel van de zenuw kan echter nog weken, maanden en zelfs wel meer dan een jaar duren. De duur van het herstel is afhankelijk van de afstand van het letsel tot de spier of huid die de zenuw verzorgt. De groei van een zenuw bedraagt ongeveer 1 mm per dag.
Zenuwletsel veroorzaakt veelal uitval van de functie die deze zenuw aanstuurt, als ook gevoelsverlies en pijn. Afhankelijk van de locatie van het letsel kunnen arm- of beenfuncties uitvallen.
In de meeste gevallen is de zenuwschade tijdelijk en geneest dit binnen drie maanden. Blijvende last is zeldzaam. Ernstige zenuwschade kan hevige pijn en verlamming geven.
Wanneer een zenuw is beschadigd kan dit het beste binnen enkele dagen worden gehecht voor het beste resultaat. Hoewel het hechten van zenuwen in veel gevallen ook nog weken tot maanden na de verwonding mogelijk is, vaak met goed resultaat.
Zenuwpijn is tintelende, prikkelende, branderige pijn. De zenuw kan ontstoken zijn, zit klem of is beschadigd. De pijn blijft vaak weken tot maanden. Bij zenuwpijn helpen pijnstillers vaak minder goed.
Lichamelijke inspanning blijkt bijvoorbeeld de neurogenese te stimuleren. Bij proeven met muizen bleek dat actieve muizen in vergelijking met luie muizen na een maand 2,5 keer zoveel nieuwe zenuwcellen in de hersenen hadden. Beweging bevordert dus de aanmaak van nieuwe zenuwcellen.
Zenuwbeschadiging geneest vrijwel nooit vanzelf. Het is belangrijk dat je neuropathische pijn op tijd behandelt, dit vergroot de kans op goed resultaat. Je kunt neuropathische pijn op verschillende manieren behandelen, bijvoorbeeld met medicijnen en neuromodulatie.
Zenuwpijn kan erger worden of pijnscheuten geven: bij aanraken, kou of wrijven. Probeer daarom de huid niet aan te raken, niet te wrijven en te voorkomen dat de huid koud wordt. Sommige mensen vinden het wel prettig om de pijnlijke plek warm te maken of juist koud. Dat kan helpen om de pijn minder te maken.
Vitamines B en D lijken in belangrijke mate zowel het regeneratieproces van zenuwbanen, alsook het functioneel herstel van het eindorgaan te versterken. Vitamines C en E vertonen een belangrijk antinociceptief effect.
Symptomen van zenuwpijn
Langdurige (chronische) pijn is het voornaamste symptoom van zenuwpijn. De pijn kan constant aanwezig zijn of in aanvallen optreden. Gewone pijnstillers helpen vaak niet tegen de pijn. Wrijven op de plek van de pijn maakt de pijn vaak erger.
Een beknelde zenuw is eigenlijk een fysieke belemmering van het bedradingssysteem van het lichaam. De symptomen zijn onder andere een verdoofd gevoel, scherpe pijn, tintelingen, spierspasmen en spierzwakte. Meestal wordt een beknelde zenuw geassocieerd met scherpe pijn in het getroffen lichaamsdeel.
Soms kiest de neuroloog ervoor om de zenuw te (laten) blokkeren door een injectie met een verdovingsmiddel in combinatie met een ontstekingsremmer vlakbij de zenuw. Langdurige zenuwpijn wordt tegenwoordig ook behandeld met elektrische zenuw- of ruggenmergstimulatie.
Wanneer er verdoving in de zenuw wordt ingespoten in plaats van errond, dan kan dit ook schade veroorzaken. Meestal genezen dergelijke letsels na enige tijd. Tijdens het prikken kan er een bloedvat geraakt worden. In de meeste gevallen is dit maar een klein beetje bloed; te vergelijken met een blauwe plek.
Het is dus goed mogelijk dat niet alle symptomen optreden. Enkele voorbeelden van lichamelijke klachten (pijnklachten door stress) die als gevolg van stress kunnen optreden: Neuropatische pijn; Pijn in het middenrif of de longen.
Strek- en draaibewegingen verergeren vaak de klachten, net als lang zitten, staan en slenteren. Een andere oorzaak kan verkleving en/of littekenweefsel rondom een zenuwwortel zijn. Deze rugpijn zorgt voor uitstralende pijn naar het been.
Limiteer of vermijd ook de inname van fastfood en suiker.
Kies voor water in plaats van frisdrank, en kies voor gezonde snacks zoals een stuk fruit, groente, of magere yoghurt. Probeer meer thuis te koken en minder af te halen.
Medicijnen tegen zenuwpijn
Deze medicijnen helpen soms bij neuropathie: amitriptyline of nortriptyline (bij ouderen) duloxetine of venlafaxine. gabapentine of pregabaline.
Doordat de spier overbelast is, kan deze de onderliggende zenuw irriteren en kan dit leiden tot klachten in het been. U ervaart dan pijnklachten in de bil met uitstraling naar het been. Bij lang zitten ervaart u klachten in het been, wat kan doortrekken naar de kuit.
Soms kan een zenuw niet goed werken door druk van buitenaf. Dat komt meestal voor op plaatsen waar weinig omringend weefsel is. Eens de druk van buitenaf verdwijnt, verdwijnen je klachten meestal spontaan.
Een beklemming/irritatie van een zenuwwortel levert nek- of rugpijn met uitstralende pijn. Afhankelijk van welke zenuw geïrriteerd is, straalt de pijn uit naar een bepaald deel van het lichaam. Bij een beknelling/irritatie in de nek straalt de pijn uit naar de arm.
Verder kan magnesiumsulfaat, in doseringen van 500-1000 mg ingezet worden om de pijnstillende werking van andere stoffen te potentiëren, via het effect op de zogenaamde NMDA receptor. Deze receptor speelt een belangrijke rol bij de pijnverwerking op ruggenmergniveau.
Elektromyogram (EMG)
Met een EMG-onderzoek meet de arts de werking van de zenuwen en spieren. Het onderzoek bestaat meestal uit twee delen. Eerst plaatst de arts plakkertjes (elektroden) op de huid. Hij prikkelt de zenuw met een klein elektrisch stroompje en meet of de spieren daarop reageren.
Pijnklachten zijn principieel niet zichtbaar. Met Röntgen, echo, MRI of andere beeldgevende onderzoeken maken we mogelijke oorzaken voor de pijnklachten, zoals een tumor, rughernia of een CVA, zichtbaar. Maar deze zichtbare veranderingen zijn niet bewijzend voor de pijnklachten.