Je kunt hem proberen te verjagen met een mollentriller (op zonne-energie). Ook sommige katten zijn uitstekende mollenvangers. Gebruik nooit zelf gif om een mol te doden. Hoewel het niet zo diervriendelijk is kun je eventueel wel een mollenvanger plaatsen om ze in de val te lokken.
Ze hebben een hekel aan sterke geuren, bijvoorbeeld die van sommige wortels en knollen. Er zijn dan ook genoeg planten waar de mollen liever zo ver mogelijk vandaan blijven. Denk bijvoorbeeld aan de keizerskroon, nieskruid, kerstroos. Daarnaast kun je ook een teentje knoflook in de mollengang neerleggen!
Strooi uien of knoflooksnippers in de gangen.Door de stank worden de mollen verjaagd. Stop een in terpentijn, ammonia of petroleum gedrenkte doek in de mollengang. Plant keizerskronen (Fritillaria imperialis) in groepjes om de 8 m.
Mollen verjagen
Plaats bijvoorbeeld een open fles of pot in de grond, de wind zorgt voor een fluitend geluid waar de mol niet van houdt. Daarnaast kun je mollen verjagen op basis van ultrasoon geluid. Dit speciale apparaatje verspreidt zeer lage geluiden door het gangenstelsel van de mol waar deze niet van houdt.
Mollen doorlopen vaak op gezette tijdstippen en met tussenpozen van gemiddeld 5 uur door hun gangen op zoek naar voedsel. De momenten waarop hij actief is, is vroeg in de ochtend, rond het middaguur en aan het begin van de avond.
Om mollen te vangen kunt u een klem gebruiken. Een mollenklem is een metalen voorwerp dat onder spanning in een mollengang kan worden geplaatst. Het principe achter de klem is dat de mol de klem laat dichtslaan door over een pal te bewegen. Daardoor berooft de mol zichzelf van het leven.
Mollen zijn in principe niet gevaarlijk, maar kunnen met hun scherpe tanden flink bijten. Omdat mollen geen schone dieren zijn kan hun beet nare infecties veroorzaken. Gelukkig zijn er ongediertebestrijders die zich gespecialiseerd hebben in het opsporen en bestrijden van mollen.
Om een mollenklem te plaatsen, moet je eerst de hoofdgang van de mol vinden. Deze is vaak rond en bevindt zich onder een heuveltje in het gras. Wanneer je de hoofdgang hebt gevonden, kun je de mollenklem erop plaatsen. Zorg ervoor dat de klem stevig op zijn plek zit, zodat de mol niet kan ontsnappen.
Stank in de gangen
Keizerskroon houdt naast mollen ook muizen en woelratten op afstand. Ook stinkend nieskruid, kruisbladwolfsmelk, wilde knoflook en narcis zijn voorbeelden van planten waar mollen niet van houden.
Hoewel het niet fijn is om mollen in je tuin te vinden, is het toch wel echt een goed teken! Mollen eten namelijk insecten, larven en wormen. Des te gezonder jouw tuin, des te meer bodemleven er te vinden is. Maar helaas, des te meer bodemleven er is, des te meer kans je hebt op het aantrekken van mollen.
Mollen leveren een belangrijke bijdrage aan het ecosysteem en de bodemvruchtbaarheid, door gangen te graven waardoor water en zuurstof tot diep in de aarde kunnen doordringen. Omdat ze larven eten die graswortels vernietigen, zijn ze (op de molshopen na) ook goed voor het gazon.
Het beste moment om mollen te vangen is in het najaar, in de winter (wanneer het niet vriest) of in het voorjaar. Dan zijn mollen namelijk actief. Je kunt mollen vangen met een speciale mollenklem.
Onder de grond heeft de mol geen natuurlijke vijanden, alleen zijn eigen soortgenoten. Boven de grond wordt de mol bejaagd door onder andere uil, buizerd, blauwe reiger, ooievaar, wezel, hermelijn en vos.
Zo blind als de mol ondergronds is, zo diep tasten onderzoekers in het duister over de stand van het beestje in Nederland. Juist omdat de mol zichzelf nauwelijks laat zien, is het aantal molshopen een goede indicatie van de stand van de mol in Nederland. ,,Wil je iets van de mollen zien, zul je moeten graven.
Deze worden opgeslagen in de voorraadkamer in zijn gangenstelsel. De mol heeft haast geen tijd om te slapen. Twee tot drie uur, anders gaat hij van zijn stokje van de honger. Slapen doet hij in zijn huiskamer, ook wel ketel genoemd.
Dit zoeken naar een nieuw territorium gebeurt meestal bovengronds. Mollen zijn geslachtsrijp na 11 maanden. De mol wordt normaliter ongeveer 3 jaar oud, maar kan de 7 jaar halen.
Mollen bestrijden met carbid/gas
Ze leggen stukjes carbid in mollengangen en gieten er water op. Hierdoor ontstaat een stinkend gas: ethyn. Dit gas verspreidt zich door de gangen en de nare geur verjaagt de mollen.
Onder de grond is een mol veilig en heeft het dier geen natuurlijke vijanden. Bovengronds zijn deze er wel: vossen, uilen en reigers zijn maar een paar van de vele dieren die hem wel als avondmaaltijd willen. Daarom komt een mol niet vaak aan de oppervlakte. Maar zelfs mollen moeten zo nu en dan even naar boven.
Mollen graven gangen tot zo'n 120 centimeter diep, dit zijn de diepgelegen gangen. Deze gangen zijn ongeveer 5 centimeter breed. De mol graaft soms ook gangen die meer aan de oppervlakte liggen. De ondergrondse gangen zijn soms wel 200 meter lang.
Ook voor het bewegen in een nauwe gang zijn slimme aanpassingen nodig. Verplaatsen doet de mol zich dankzij tot graafhanden omgevormde voorpoten, waarmee hij zich met 12 tot 15 meter per uur door de bodem weet te graven.
Het plan: je maakt reepjes van oude stof, bijvoorbeeld katoen. Week de reepjes in azijn en leg ze dan in een mollengang. De mol zit niet te wachten op sterke geuren. Als deze theorie klopt, dan kom je dankzij de azijn wel van het beestje of de beestjes af.
Een kleine tuin zal dus meestal maar plaats bieden aan één mol. Omdat die mol zijn eigen territorium heeft, is het verwijderen van je bodemgast vaak zinloos. Het enige wat je doet is een thuis aanbieden aan een nieuw exemplaar.
Klop regelmatig eens op de paal of hang bovenaan een metalen plaatje aan een touwtje dat door de wind tegen de paal tikt. Geuren waar mollen een hekel aan hebben. Er zijn heel wat verschillende geuren waar mollen een hekel aan hebben, knoflook is hier een goed voorbeeld van.
Zijn reuk- en tastzintuigen zijn dusdanig ontwikkeld dat hij ondergronds goed uit de voeten kan. Hierdoor kan een mol met 7 km/u ondergronds graven en per uur graven ze gangen tot en met 15 meter lang.