Het meningeoom is meestal goedaardig, dat wil zeggen dat de tumor beperkt blijft tot een plek in de hersenen en niet uitzaait. Bij acht procent van de gevallen komt een 'atypische' vorm voor die de hersenen in groeit en op meerdere plekken in de hersenvliezen terug komt.
Het is mogelijk dat een tumor na de behandeling weer aangroeit en terugkomt (recidief). Dat gebeurt vooral als bij de behandeling niet de gehele tumor verwijderd kon worden (bij meer dan de helft van de patiënten ontstaat een recidief).
In een Fins populatieonderzoek over de periode 1953-1984 werd een gemiddelde levensverwachting van 20,3 jaar gevonden na het constateren van een meningeoom in vergelijking met de gemiddelde levensverwachting van 23,7 jaar van de algemene populatie (1).
Een meningeoom groeit langzaam. Hierdoor ontstaan klachten vaak heel geleidelijk. In het begin veroorzaakt de tumor meestal geen klachten of weinig klachten. Een groot deel van de mensen met een meningeoom krijgt nooit of heel weinig klachten.
Een meningeoom verdwijnt bijna nooit helemaal na bestraling. De tumor kan wel kleiner worden. De klachten die u van de tumor heeft kunnen dan verminderen. Maar soms duurt het maanden, of nog langer, voordat u hier iets van merkt.
Het is meestal een goedaardige, langzaam groeiende tumor (graad 1). Een meningeoom graad 1 oefent druk uit op het omliggende weefsel, maar groeit er niet in. Meningeomen met kwaadaardige kenmerken (graad 2 en graad 3) zijn zeldzaam. Deze meningeomen groeien sneller en kunnen wel groeien in het omliggende weefsel.
Het meningeoom is meestal goedaardig, dat wil zeggen dat de tumor beperkt blijft tot een plek in de hersenen en niet uitzaait. Bij acht procent van de gevallen komt een 'atypische' vorm voor die de hersenen in groeit en op meerdere plekken in de hersenvliezen terug komt.
Meestal ontstaat de tumor op middelbare leeftijd. De tumor groeit langzaam waardoor klachten vaak heel langzaam ontstaan. Er zijn enkele aanwijzingen dat bestraling op het hoofd in de kinderleeftijd een hogere kans geeft op het ontstaan van een meningeoom.
Van de mensen met een laaggradig glioom is ruim 80% twee jaar na diagnose nog in leven, terwijl dit ongeveer de helft is onder patiënten met een hooggradige ziekte. Glioblastoom, het meest voorkomende type, heeft de slechtste prognose met een 2-jaarsoverleving van nog geen 20%.
Hoewel een goedaardige hersentumor niet uitzaait, kan deze wel gevaarlijk zijn. In uitzonderlijke gevallen kan een goedaardige tumor in een kwaadaardige tumor veranderen. De goedaardige hersentumor kan zelf ook klachten geven. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer deze druk geeft op omliggend weefsel.
De meeste hersentumoren zijn erg kwaadaardig en groeien snel. Daardoor is het meestal binnen een maand of drie wel duidelijk dat er wat anders aan de hand is en wordt iemand doorgestuurd naar de neuroloog. Voor de overlevingskansen is deze vertraging overigens niet van belang: gliomen zijn ongeneeslijk.
De meest voorkomende goedaardige hersentumor is het meningeoom, dat ontstaat vanuit de hersenvliezen. Een ander goedaardig gezwel is de hypofysetumor. De hypofysetumor ontstaat in de hypofyse; een klein, hormonenproducerende klier achter de ogen. Deze tumoren zijn over het algemeen goed operatief te verwijderen.
Dit soort tumor is zeer hardnekkig maar de onderzoekers hebben een manier gevonden om de groei ervan te stoppen. "We hebben ontdekt dat als we IL-33 verhinderen de kern van de tumorcellen te bereiken, dat het hele proces lamlegt.
Zoals eerder gezegd komt een hersentumor op een enkele uitzondering na altijd weer terug. Een typisch beloop is een waarbij een patiënt na operatie goed opknapt, maar na zes maanden toch weer verschijnselen gaat vertonen. De MRI-scan laat dan vaak een recidief zien.
Maar omdat radiotherapie ook gezonde cellen beschadigt, is er een risico dat er opnieuw kanker ontstaat (het gaat hierbij niet om terugkeer van de oorspronkelijke tumor of uitzaaiingen daarvan).
De tumoren ontstaan meestal rond het 50e tot 60e levensjaar, maar kunnen ook veel eerder of later optreden. Wat dat betreft is er een grote spreiding. Mannen en vrouwen lopen min of meer in gelijke mate het risico een hersentumor te krijgen.
De levensverwachting van patiënten met een kwaadaardige hersentumor is kort. Van de honderd mensen is de helft na vijftien maanden overleden. Met haar onderzoek hoopt Broekman hun situatie te verbeteren. De ontwikkeling staat al bijna vijftien jaar nagenoeg stil.
Hoe vaak komen kwaadaardige hersentumoren voor? Hersentumoren kunnen goedaardig of kwaadaardig zijn. Kwaadaardige hersentumoren komen redelijk vaak voor. In 2021 kregen 1.397 mensen de diagnose kwaadaardige hersentumor.
Bij ongeveer 2% van de patiënten vindt volledige genezing van de hersentumor plaats. Bij de overige 98% komt de hersentumor ooit weer terug.
De meeste mensen met hersenuitzaaiingen hebben een korte levensverwachting. Vaak gaat het om enkele maanden. Voor sommige mensen is de levensverwachting langer (soms jaren).
Een snelgroeiende of grote tumor veroorzaakt drukverhoging in de hersenen. Een gevolg van drukverhoging kan hoofdpijn zijn. Dit krijg je vooral bij activiteiten die zelf ook de druk laten toenemen, zoals bukken, niezen of persen. Soms gaat de hoofdpijn samen met misselijkheid en overgeven, vaak vroeg in de ochtend.
Definitie, epidemiologie
voorkeursplaatsen. Ze worden ingedeeld in meningeomen t.h.v. de buitenkant van de hersenen ("convexiteit"), het tussenschot tussen de hersenen ("falx" tussen de 2 groothersenhelften of "tentorium" tussen grote en kleine hersenen) en meningeomen van de schedelbasis.
De operatie duurt een paar uur. U wordt na de operatie wakker op de intensive care of op de uitslaapkamer. Hier houden we uw bloeddruk, het zuurstofgehalte in uw bloed en uw hart in de gaten. U heeft een infuus voor vocht en een slangetje in uw urinebuis waarmee de urine wordt afgevoerd.
De oorzaak van echte of primaire hersentumoren is nog steeds onbekend. Er is wel gedacht dat een virus de oorzaak kan zijn of straling, chemische stoffen en ongelukken, maar niets is bewezen. Er is soms wel een erfelijke component, met meerdere patiënten met gezwellen in één familie.