De boom groeit in één jaar zeer hard. Je kunt wel de grootte van de boom in toom houden door flink te snoeien in de winter. De moerbeiboom heeft grote bladeren met een mooie vorm en is aantrekkelijk voor vogels en vlinders. De bloei is vrij onopvallend met groene kleine bloemen.
Dakbomen zijn van nature opgaande bomen die in een dakvorm zijn gekweekt. Dakbomen worden meestal gemaakt op een hoogte van circa 240 cm, andere stamhoogtes zijn ook mogelijk, informeer hiervoor naar de mogelijkheden. Snoeien is voor de diverse soorten verschillend.
De dakplataan Platanus hispanica (gewone plataan) is het meest populair, deze krachtig groeiende boom geeft dan ook snel een mooie parasol. Daarnaast zijn de grote, handlobbige bladeren erg decoratief, net zoals de grijsgroen en geelgroen afschilferende schors.
De Amberboom kan ongeremd tot wel 45meter hoog worden. In Europa groeit deze boom echter minder snel dan in Noord-Amerika.
Om je dakplataan in model te houden, snoei je die scheuten elk jaar terug tot op 2 cm van de gesteltakken. Dat kun je doen net voordat het bruine blad afvalt of tijdens de rustperiode in de winter, als het niet vriest. Is de groei erg sterk, kort dan de eenjarige scheuten rond juni/juli alvast met de helft in.
De gewone plataan is een snelle groeier, in het voorjaar kan uit een nieuwe knop uiteindelijk een tak van wel twee meter lang groeien, dit is vergelijkbaar met de enorme groeisnelheid van de gewone esdoorn en de Noorse esdoorn.
Bij een dakplataan worden na het planten de takken die men horizontaal kan leiden aangebonden aan de spandraden, zodanig dat ze zo regelmatig mogelijk over het frame verdeeld komen te liggen. De horizontale takken (leggers) worden bovendien met 1/3 ingekort, en net na een buitenoog afgeknipt.
Over de dakmoerbei
De moerbei is een boom die oorspronkelijk uit China komt. Het is een boom die breed groeit en een hoogte kan bereik van maar liefst 15 meter als deze vrijuit kan groeien.
De Gewone dakplataan, vroeger ook wel bekend als de 'Platanus Acerifolia' zijn snelgroeiende boomsoorten en laten zich gemakkelijk leiden. Zo heeft u relatief snel een mooi volgroeid groendak én schaduw in uw tuin. Dakplatanen worden hierdoor ook wel parasolbomen genoemd.
Als de boom in de zomer wat uit het lood groeit, kun je hem af en toe een klein beetje terugsnoeien. In november, vlak voordat het blad eraf valt, snoei je de boom terug tot aan de gesteltakken. Dan ben je hem als het ware aan het knotten. Je snoeit hem terug tot aan de snoeivorm zoals hij ooit is uitgezet.
Daarnaast is het voor dak- en leiplatanen prettig als ze een flink plantgat krijgen, zodat ze goed breeduit kunnen wortelen. De plantafstand tussen dakplatanen kan 4 tot 6 meter bedragen.
Ook voor een kleinere voortuin is een zuilvormige boom geschikt, omdat de meeste vormbomen niet heel groot worden; Leibomen: met groenblijvende of bladverliezende leibomen of leifruitbomen groeit er een mooi dicht scherm aan takken, dat een mooie binnenkomer is in de voortuin.
Minder overlast geven de opgaand groeiende sierperen (Pyrus), de grootbladige Catalpa of Cercidiphyllum met zijn mooie ronde kroon.
Je kunt ze het beste snoeien in het najaar of in de wintermaanden als het niet vriest. Dan hoeft de plataan geen energie meer in de groei te steken, waardoor hij de wonden beter kan beschermen tegen ziekten en plagen. Ook heb je in het najaar en in warme wintermaanden veel minder kans dat de boom gaat bloeden.
De boompaal moet ongeveer een derde van de totale hoogte van je boom lang zijn.
Stel u plant een dakplataan in uw terras in een plantvak van 0,60x0,60 voor het gemak gaan we er van uit dat de bodemstructuur goed is en de boom tot op 1.20m diepte kan wortelen. Normaal dringt er namelijk tot op een diepte van 1.20m zuurstof door in de bodem.
Planten, verzorgen en snoeien
Allereerst is het belangrijk om te weten hoeveel platanen u nodig heeft en kunt planten voor een mooie 'parasol'. De bomen dienen op 4 tot 6 meter afstand van elkaar geplaatst te worden. Daarnaast dient u rekening te houden met de erfafscheiding, plaats de boom op minimaal 2 meter hiervan.
Na aanplant is het belangrijk de plataan ruim voldoende water te geven, dit met name in het eerste groeiseizoen na aanplant. Te veel water is eigenlijk niet mogelijk, bij een goed doorlatende grond stroomt het overtallige water altijd vanzelf weg.
De plataan is een mediterrane boom en kan daarom juist goed tegen warmte en droogte. Dat de bomen nu hun schors loslaten, komt voor een deel door het warme weer. Je kunt het zien als een slang die vervelt. Als de bomen groeien, barsten ze op een gegeven moment letterlijk uit hun schors.