Bij twee vrouwen is zo'n verkorte vorm minder goed mogelijk, omdat niet iedereen mevrouwen en dames als aanspreekvorm geschikt vindt. In de briefaanhef wordt van elke persoon (het eerste deel van) de achternaam genoemd.
Omdat het twee verschillende personen zijn schrijf je: 'Geachte heer Smit en heer Smit' of 'Geachte heren Smit en Smit'. Hetzelfde geldt voor twee dames. Het ziet er een beetje vreemd uit maar het is wel correct. Het blijven toch twee mensen die je afzonderlijk aanspreekt.
Als je bericht naar meerdere ontvangers gaat, en er geen mogelijkheid is om ieder bericht een persoonlijke aanhef te geven, dan kun je het best kiezen voor een aanhef die iedereen past. Geachte dames en heren is mogelijk, maar er zijn meer opties: Geachte directie, Geachte commissie, Geachte klant, Beste collega's.
Bij stellen waarvan de partners allebei hun eigen achternaam gebruiken, worden in de adressering op de envelop en bovenaan een brief beide personen genoemd, met hun eigen voorletters: De heer A. de Zwart en mevrouw K. Verschuur.
Als u de naam en het geslacht van de geadresseerde weet, is de beste aanhef in een zakelijke brief of e-mail Geachte heer + de achternaam of Geachte mevrouw + de achternaam. Als u het geslacht niet weet, is onder meer Geachte heer of mevrouw + de achternaam gebruikelijk.
In de briefaanhef wordt van elke persoon (het eerste deel van) de achternaam genoemd. (7) Geachte heer Lucassen, geachte heer Bos, (8) Geachte mevrouw Peeters, geachte mevrouw Ferencz, Als beide partners dezelfde achternaam voeren, zoals in voorbeeld (3) en (4), is een verkorte vorm met heren mogelijk.
Brief aan iemand met een dubbele achternaam
Bij iemand met een dubbele achternaam zeg je niet 'Dag mevrouw Jansen-de Jong', maar 'Dag mevrouw Jansen'. Ook andere 'franje', zoals titels en voorletters, laten we in de aanhef van een brief achterwege. Mevrouw drs.
Namen op trouwkaarten
Voor jullie trouwdag is hij nog niet het hoofd van jullie gezin dus krijgt de vrouw de eer. Haar naam wordt dus als eerst vermeld op de trouwkaart voor de bruiloft. Na de bruiloft wordt op alle officiële communicatie de naam van de man eerst genoemd.
Bij stellen waarvan de partners allebei hun eigen achternaam gebruiken, worden in de adressering op de envelop en bovenaan een brief beide personen genoemd, met hun eigen voorletters: De heer A. de Zwart en mevrouw K. Verschuur.
Beste wordt gecombineerd met een voornaam of een ander zelfstandig naamwoord. In de praktijk wordt Beste vaak zelfstandig als aanhef gebruikt, maar niet iedereen wordt graag op die manier aangeschreven. Het is daarom aan te raden om Beste altijd te laten volgen door een voornaam of een ander zelfstandig naamwoord.
De afkorting L.S. (lectori salutem = 'de lezer heil', dus: 'de beste wensen voor jou/u, lezer') is geen aanrader. L.S. komt bij de meeste mensen ook ouderwets en onpersoonlijk over.
Op de voorkant schrijf je de naam en het adres van de persoon of het bedrijf. Daar gaat de brief naartoe. Op de achterkant schrijf je je eigen naam en adres.
Iedere volwassen vrouw spreken en schrijven we aan met 'mevrouw', ongeacht of ze getrouwd is of niet. 'Mevrouw' wordt in briefwisseling als 'mevr. ' afgekort. In ondertitels gebruiken we 'Mw', met hoofdletter en zonder punt.
Adressering in een brief
Vermeld de naam van de geadresseerde voluit als u die kent. Als u de voornaam niet voluit kent, vermeldt u een of meer initialen. Maak door de aanschrijftitel duidelijk wat het geslacht van de geadresseerde is.
De heer en mevrouw wordt als dhr. en mevr. of dhr. en mw.
Het is het gebruikelijkst om een streepje te zetten tussen die twee namen, zonder spaties eromheen: Bakker-Smit, Smit-Bakker, De Jong-Vlietstra, Van Dijk-de Vries. Het streepje is wettelijk niet verplicht: een spatie zou ook mogen.
De dubbele achternaam kan uit maximaal twee namen bestaan en wordt zonder koppelteken geschreven, dus bijvoorbeeld Jansen De Boer. Zo krijgen ouders de keuze voor bijvoorbeeld: Jansen, De Boer, Jansen De Boer en De Boer Jansen.
Eén van de redenen waarom mensen kiezen voor een dubbele achternaam voor hun kind, is omdat ze zo de verbondenheid met hen beiden kunnen laten zien. Het kan ook een praktische oplossing bieden voor mensen met meerdere nationaliteiten; het komt namelijk voor dat mensen in verschillende landen verschillende namen hebben.
Het eerste lidwoord of voorzetsel van de achternaam krijgt een hoofdletter als er geen voornaam, voorletter(s) of deel van de achternaam aan voorafgaan: meneer Op de Beek, mevrouw Van Dijk enzovoort.