Maar wat te doen als het echt teveel olie is? Ga je toch rijden met echt teveel olie dan krijg je problemen met je auto. Er is maar één oplossing: minder olie!Dit kan door de bijvoorbeeld door de carterplug heel even los te draaien en direct weer vast te zetten.
Wanneer er teveel olie in de motor zit kan dit veel mechanische schade veroorzaken. Dit kan variëren van olielekkage tot inwendige vervuiling zoals “black sludge” vorming. Bij met name dieselmotoren kan het zelfs voor problemen zorgen met het roetfilter.
We gebruiken een tolerantie van 1 cm bij auto's met een benzinemotor. Met andere woorden; 8 mm is minder dan 1 cm dus het kan geen kwaad. Het olieniveau controleert u altijd met koude motor op een vlakke ondergrond.
Vluchtigheid – motorolie kan verdampen bij blootstelling aan hitte. Hoe minder stabiel de olie is, des te sneller verdampt hij.
Dan is het belangrijk dat je weet hoeveel en hoe je dat doet: Het verschil tussen het minimum- en maximumniveau is meestal een liter. Staat het peil precies op de min, dan moet er dus een halve liter bij. Mors geen olie op de motor of de koelslangen.
Als de olie net boven het maximum van het oliepeil uitkomt dan is het geen probleem. Bij elke auto zit er wel een kleine marge voor teveel olie. Zorg in dit geval dat als je gaat rijden niet het uiterste van je motor vergt.
Een te hoog oliepeil is ook niet goed. Vanaf een halve liter te veel olie (boven max.)kan de carterdruk verhogen. Er kan dan meer olie in de verbrandingsruimte terecht komen (via de carterontluchting in het inlaatspruitstuk, of langs de zuigers via de cilinderwand naar boven).
In de praktijk betekent dit dat elke olie net zo stroperig is bij lagere temperaturen en viskeus blijft bij -30 ° C, maar 5w40-olie presteert beter dan 5w30-oliën bij hogere temperaturen en is effectief tot omgevingstemperaturen van 50 ° C, in plaats van 30 ° C.
Olie bijvullen of peilen mag met een koude of warme motor, echter wacht altijd minimaal vijftien minuten als de motor gelopen heeft.
De motor moet koel zijn. Wacht bij een warme motor ten minste 20 minuten om de olie de gelegenheid te geven terug naar de carterpan te stromen. Controleer het oliepeil opnieuw om te zien hoeveel olie u moet bijvullen.
Draai de plug een beetje open en laat het rustig eruit lopen totdat je tevreden bent met het niveau.Wat ook kan is een pompje in de olievuldop te steken. Dit kan een elektrisch pompje zijn, maar een (gereinigde) handpomp van een spuitfles werkt ook prima. Hierdoor kan je heel geleidelijk het olieniveau verlagen.
- Parkeer het voertuig op een vlakke ondergrond, zet de motor af en wacht tot hij koud is alvorens het oliepeil te controleren. - Trek de peilstok uit, veeg hem schoon, steek hem weer in en trek hem uit om het oliepeil af te lezen. Vul olie bij wanneer het peil onder het minimum staat.
Er is niet voor niets een grote diversiteit aan olietypen met uiteenlopende kenmerken. Deze eigenschappen gaan (grotendeels) verloren als je verschillende kwaliteiten mengt. Het mengen van motorolie en hydraulische olie kan ernstige schade aan het voertuig of de machine toebrengen. Pas hier dus altijd voor op.
Vreemde geluiden tijdens het rijden
versnellingsbak met te weinig olie klinkt daarentegen vaak jankend of zoemend.
Het oliepeil verandert, omdat een bepaald olieverbruik normaal is, maar het mag niet meer zijn dan 0,4 liter per 1.000 kilometer voor een vloeistofgekoeld motorblok en 0,7 liter per 1.000 kilometer voor een luchtgekoeld motorblok.
Lees het niveau van de motorolie af op de peilstok. Er staan twee streepjes op de stok: een minimum en een maximum. Tussen de twee streepjes zit 1 liter verschil, dit geldt voor alle auto's. Zit het oliepeil tussen de twee streepjes, dan is de motorolie bijvullen niet nodig.
Hierdoor kan het voorkomen dat u teveel olie bijvult, wat weer voor de nodige problemen kan zorgen. Wij adviseren om de motor na gebruik in ieder geval een kwartier met rust te laten. In deze 15 minuten is de olie doorgaans wel teruggelopen in het carter en kunt u beginnen met oliepeilen.
Belangrijk om rekening mee te houden is de kleur van het dashboardlampje. Wanneer het lampje brandt maar niet rood is en het oliepeil is gewoon in orde, dan kun je prima zelf naar de garage rijden. Absolute haast is niet nodig. Is het lampje rood, dan moet je de motor niet meer starten omdat het probleem kritiek is.
Houd er rekening mee dat een overstap van 5w30-olie op 5w40 en vice versa uitsluitend aanbeveling verdient, indien dit door de autoproducent wordt goedgekeurd. Anders kan de motor kan voortijdig stukgaan.
Als er 5W-30 op de verpakking staat dan zal er ongetwijfeld 5W-30 in de kan zitten. In die zin zit dezelfde olie er dus in welke de garage aan jouw verkoopt. Er zijn dan ook erg veel verhalen van mensen die hun auto 400.000+km hebben laten lopen op een olie van bijvoorbeeld de Action. Het kan dus zeer zeker goed gaan.
In basis zijn deze motorolieën mengbaar, beter een andere soort olie dan te weinig olie. Na het mengen is echter niet meer bekend wat nu precies de eigenschappen van de aanwezige motorolie zijn.
De meest voorkomende oorzaak van een te hoge olieconsumptie is een lekkage. Ergens in het motorsysteem ontsnapt de olie. Daar kunnen veel oorzaken voor zijn. Een versleten koppakking, lekkende klepgeleiders (seals), versleten zuigerveren, maar ook gebruik van verkeerde olie of een te hoge oliedruk kan de oorzaak zijn.
De gemiddelde inhoud olie is 4 tot 6 liter variërend per type auto en motor. Op de peilstok staan meestal 2 strepen met daarop een minimale- en maximale inhoud. Het verschil tussen beide is vaak 1 liter motorolie. Zorg er altijd voor dat de oliepeil boven het streepje minimaal staat.
1 liter olie weegt 850 gram.