sneller ademen of moeilijk ademen. pijn bij het ademen (op de borst of in de bovenrug) slijm met bloed ophoesten. hartkloppingen.
' Omdat een longembolie vaak vanzelf verdwijnt, zijn andere medicijnen meestal niet nodig. 'Alleen als iemand een levensbedreigende longembolie heeft, wordt soms een medicijn gegeven dat het stolsel echt laat oplossen.
Vaak voelt u iets op de plek van de blokkade. Bij een bloedpropje in uw voet of been voelt u kramp, tintelingen of uw been gaat opzwellen.
Trombose in uw been kan deze klachten geven: Uw kuit kan dik worden en gaan glanzen. Uw been gaat pijn doen. Uw been wordt vaak ook warm.
Hebt u een bloedstolsel in uw been (trombosebeen) of in uw longen (longembolie), dan komt u op de Spoedeisende Hulp. Er wordt gestart met bloedverdunnende medicijnen. Bij een longembolie is een ziekenhuisopname nodig van ongeveer vier dagen om u de juiste injecties te kunnen geven.
Als een bloedpropje een bloedvat in het been afsluit, ontstaat een trombosebeen. Het is belangrijk dat er meteen een medische behandeling volgt, omdat een trombosebeen kan leiden tot een levensgevaarlijke longembolie en of posttrombotisch syndroom. Dan heb je huidverschijnselen die niet meer verdwijnen.
Het lichaam kan zelf zo'n stolsel oplossen. Dat gebeurt meestal. Soms treden complicaties op als een trombosebeen of een longembolie. Bij dit laatste raakt een bloedvat bij de longen verstopt wat de doorvoer van zuurstof belemmert.
Veelvoorkomende symptomen die horen bij een longembolie zijn een benauwd gevoel, pijn op de borst tijdens het ademhalen, een verhoogde hartslag en bloed ophoesten.
Een longembolie is een afsluiting van een longslagader. Dit wordt meestal veroorzaakt door een bloedstolsel (trombus). Het bloedstolsel ontstaat meestal in de bloedvaten van de benen of het bekken. Via de bloedbaan wordt het bloedstolsel meegevoerd naar de longen.
Herstel bij een longembolie
Hoe lang hangt af van de ernst en de oorzaak van de longembolie. Vaak duurt het tussen drie en twaalf maanden. In sommige gevallen moet je de bloedverdunners altijd blijven gebruiken, bijvoorbeeld als je meerdere longembolieën hebt gehad.
Bij een longembolie geeft de arts u altijd antistollingsmedicijnen. De behandeling begint met een snel werkend middel (meestal fraxodi) via een kleine injectie in de huid. Daarna krijgt u antistollingtabletten (meestal sintrommitis). Dit antistollingsmedicijn blijft u zes maanden gebruiken.
Een trombosebeen ontstaat als een bloedstolsel een bloedvat in het been afsluit. Het is belangrijk om bij klachten meteen de huisarts te bellen. Een trombosebeen kan namelijk leiden tot een (levensgevaarlijke) longembolie.
Stop met roken en voorkom meeroken, dit verkleint de kans op een longembolie. Leef op een gezonde manier, beweeg voldoende, eet gezond en behoud een gezond gewicht. Overgewicht is een risicofactor voor een longembolie. Gebruik u een anticonceptiepil?
Als een bloedklonter de afvoer van het bloed naar het hart belemmert, kan het been zwellen, wat wel eens een trombosebeen wordt genoemd. Andere mogelijke symptomen zijn: een zwaar gevoel in het been. pijn die toeneemt bij het stappen (waardoor je moeite ervaart om te stappen)
Chantal Driesen legt uit: 'De longen reageren overmatig op prikkels, zoals temperatuurwisselingen, stof en pollen. Stress is ook zo'n prikkel. Hierdoor knijpen de spiertjes om de luchtwegen te sterk samen, waardoor je je heel benauwd kunt voelen.
Er ontstaan makkelijker stolsels in de benen (of op andere plaatsen in het lichaam) als bloed te langzaam stroomt. Dit gebeurt bijvoorbeeld na langdurige bedrust, na een operatie, na een botbreuk of na een lange vliegreis. Soms ontstaat een longembolie doordat het bloed zelf een verhoogde neiging heeft tot stollen.
Een bekend voorbeeld van trombose in een slagader is de trombose van de kransslagaders van het hart. Hoe beter de bloeddoorstroming is, hoe minder de kans op trombose. Wanneer een stolsel losschiet en meegevoerd wordt met de bloedstroom noemen we dit een embolie.
De oorzaak van een longembolie is een bloedprop die een (slag)ader van je longen blokkeert. Een bloedprop is bloed dat gestold is. De prop zit meestal eerst ergens anders in het lichaam. Hier zitten vaker bloedstolsels in de grotere aderen.
Een gezond voedingspatroon met veel vezels, groente en fruit, vis en weinig rood vlees, geraffineerde graanproducten en fastfood kan de kans op het ontwikkelen van een trombose in de aders of slagaders verkleinen.
Als u misschien trombose heeft, kan een arts trombose vaststellen oftewel diagnosticeren door vragen te stellen en een bloedtest te doen. Als er vervolgonderzoek nodig is, kan de arts besluiten om echografie, flebografie, of een CT-scan te laten doen.
U mag gewoon lopen met een trombosebeen . Bedrust is niet nodig. Als het been meer pijn gaat doen of dikker wordt tijdens of na het lopen, dan moet u rust nemen. U moet het been dan zoveel mogelijk hoog houden boven heuphoogte.
Een elastische kous dragen
De steunkous zorgt voor een verhoogde druk in de ader, waardoor uw bloed beter naar uw hart terugstroomt en een eventuele ophoping van vocht wordt voorkomen. Als u gaat slapen, mag u de kous uittrekken.