Het mannetje loopt een paar keer rond het vrouwtje, waarop het vrouwtje agressief haar stekels opzet. Vaak zet ze het op een lopen en dwingt ze het mannetje tot een achtervolging. Als hij daardoor niet ontmoedigd is en haar bijgehaald heeft, omcirkelt hij haar met veel gesnuffel en gehijg.
Stekelvarkens leven in kleine familiegroepjes met een vader, een moeder en hun jongen. Na een draagtijd van ruim 3 maanden worden de jongen geboren; moeder stekelvarken krijgt één tot vier jongen per keer. Bij de geboorte hebben de jongen een vacht van zachte stekels.
Hij gaat rechtop op zijn achterpoten staan en verleidt het vrouwtje ertoe dit ook te doen. Zodra ze recht tegenover elkaar staan, urineert het mannetje via zijn stijve penis over het vrouwtje.
Na een jaar zijn de stekelvarkens geslachtsrijp. Stekelvarkens kunnen een jaar of twintig worden in gevangenschap.
Er wordt wel eens gezegd dat stekelvarkens hun stekels af kunnen schieten, maar dit is niet waar. De stekels laten gemakkelijk los, en groeien daarna ook snel weer aan. Door de kleine weerhaakjes die aan de stekels zitten, krijgt de vijand de stekels maar moeilijk uit zijn huid.
Er wordt wel gezegd dat stekelvarkens hun stekels kunnen afschieten als zij belaagd worden door een roofdier. Dit is echter niet waar en ook zijn de stekels niet giftig. Toch kunnen de stekels op de staart en het achterlijf diepe wonden veroorzaken.
De stekels zijn de wapens van stekelvarkens. Als ze zich bedreigd voelen, zetten ze hun stekels op. Ze trappen flink met hun poten op de grond en maken een hoop kabaal. Ze ratelen met het bosje stekels aan hun staart en grommen en sissen.
De lange stekels zijn hol en daarmee kan het stekelvarken een ratelend geluid maken als hij zich bedreigd voelt door een naderend roofdier. Ook kan hij de lange stekels uitspreiden zodat hij er groter uitziet.
Witstaartstekelvarkens leven in Centraal- en Zuid -Azië en in grote delen van het Midden-Oosten. Het liefst leven de stekelvarkens in de bergen, maar zij zijn ook vaak te vinden in de bossen. Overdag slapen zij in zelf gegraven holen of in gaten tussen de rotsen. Tijdens de schemering gaan zij op pad om eten te zoeken.
Bonobo's
De Bonobo's zijn de ergste sexverslaafde dieren die er zijn. Ze hebben altijd en met iedereen sex.
Leeuwen (3-4 dagen) Een leeuwin die krols is, is niet per se rijp voor bevruchting. Om er zeker van te zijn dat de eitjes worden bevrucht, paart het mannetje daarom gedurende 3 à 4 dagen 30 tot 50 keer met haar.
Ondanks zijn stekels is de egel geen familie van het stekelvarken. Egels zijn insecteneters, net als spitsmuizen en mollen. Het stekelvarken is een knaagdier. Egels hebben een staartje, 2 tot 4 cm lang en licht behaard.
Kenmerken. De oerzon heeft een stevig lichaam met een hoge rug en korte poten. Op de nek, romp en staart zitten stekels die het dier beschermen tegen vijanden. Hij heeft zo'n dertigduizend stekels over zijn lichaam, die losjes vastzitten in een laag van spieren onder de huid.
Let op: egels kunnen bijten. Plaats de egel in een hoge kartonnen doos, kist of kattenmandje.
Ze vermijden vochtige gebieden en naaldbossen zonder onder begroeiing, egels hebben een hekel aan nattigheid en prefereren droge schuilplaatsen.
Zeven- tot achtduizend stekels beschermen de egel tegen hun vijanden: dassen, vossen, honden en roofvogels. Toch zitten stekels soms ook in de weg. Bij de paring leggen vrouwtjes de stekels plat.
Het mannetje loopt een paar keer rond het vrouwtje, waarop het vrouwtje agressief haar stekels opzet. Vaak zet ze het op een lopen en dwingt ze het mannetje tot een achtervolging. Als hij daardoor niet ontmoedigd is en haar bijgehaald heeft, omcirkelt hij haar met veel gesnuffel en gehijg.
Naast regenwormen, kevers, slakken en spinnen eet een egel kadavers van vogeltjes en als het de kans krijgt jonge muizen. Ook fruit en zachte zaden worden graag gegeten. Egels leven vooral in struikgewas, in dichtbegroeide tuinen en parken, maar ook bij houtwallen en ongemaaide slootkanten.
Op de nek, romp en staart zitten stekels die het dier beschermen tegen vijanden. Hij heeft zo'n dertigduizend stekels over zijn lichaam, die losjes vastzitten in een laag van spieren onder de huid. De stekels zijn tot tien centimeter lang, stijf, en licht doordat ze gevuld zijn met een sponsachtige substantie.
Van oorsprong komt hij voor in grote delen van Noord-Amerika, van het zuiden van Canada tot het noorden van Mexico, met uitzondering van woestijnen en meestal niet boven 1800 m. Daarbuiten komt het dier eigenlijk niet in het wild voor. Wel wordt het stinkdier af en toe als huisdier gehouden, o.a. in Nederland.
In opgerolde toestand staan de stekels in alle richtingen, dankzij kleine huidspiertjes aan de uiteinden van de stekels. De egel is dan alleen kwetsbaar aan de opening aan de onderzijde, die echter bijzonder klein is en slechts weinig dieren kunnen hem daar aanvallen zonder geprikt te worden.
Verschillende diersoorten gebruiken gif om zichzelf te beschermen of om aan te vallen. Denk maar eens aan de prik van een wesp of de beet van een slang! Er zijn ook dieren die zichzelf beschermen met hun stekels. Het bekendste voorbeeld hiervan is de egel...