Selectief mutisme is een ontwikkelingsstoornis waarbij een kind/jongere in sommige situaties niet 'kan' praten, terwijl hij of zij dat in andere situaties heel goed kan. Kinderen/jongeren met selectief mutisme praten thuis en tegen sommige mensen.
Mutisme of stomheid is een stoornis in de gesproken taal, die wordt gekenmerkt door het (bijna) niet uiten van gesproken taal. Dit kan liggen aan onvermogen om te spreken. Dit treedt op bij cognitieve stoornissen en als catatonie bij schizofrenie. Ook kan het voorkomen bij depressie of als conversiestoornis.
Oorzaak spraakproblemen
Bij een spraakprobleem zijn er problemen in de mond- en tongbewegingen, waarmee klanken en woorden worden gevormd. Dit kan komen door: Problemen met de spraakontwikkeling door gehoorproblemen of door veel duim- of speen zuigen. Een stembandaandoening.
Er zijn heel veel hulpmiddelen die mensen kunnen ondersteunen bij het duidelijk maken van dingen. Het is niet zo dat bij één iemand één hulpmiddel of 'communicatiemiddel' hoort. Je kunt verschillende communicatiemiddelen proberen. Bijvoorbeeld gebarentaal en het gebruik van plaatjes.
Maar dat je mond ook dingen doet als je niet praat, is minder geweten. En dat hierbij ook dingen fout kunnen gaan, is al helemaal onbekend. Zo kun je bijvoorbeeld dag en nacht door je mond ademen in plaats van door je neus. Hierdoor kunnen je tanden verkeerd groeien en kan je gezicht uitdrukkingsloos worden.
Er zijn 2 soorten taalstoornissen. Stoornissen die ontstaan bij het leren van taal door kinderen (taalontwikkelingsstoornissen). Deze komen het meest voor. En er zijn stoornissen die later ontstaan, bijvoorbeeld door hersenletsel.
Wanneer door een hersenbeschadiging één of meer onderdelen van de taal niet meer goed verlopen, spreken we over afasie. A (= niet), fasie (= spreken). Afasie is een taalstoornis, iemand met een afasie kan de taal minder goed gebruiken dan voorheen.
Ieder mens gebruikt taal. Praten, het vinden van de juiste woorden, begrijpen, lezen, schrijven en gebaren maken zijn onderdelen van ons taalgebruik. Wanneer als gevolg van hersenletsel een of meer onderdelen van het taalgebruik niet meer goed functioneren, noemt men dat afasie.
Selectief mutisme is een angststoornis. Mensen met selectief mutisme kunnen goed praten, maar in sommige situaties lukt het helemaal niet. Dat maakt dat zij op school soms jarenlang zwijgen en vaak ook bij familie, belangrijke volwassenen of leeftijdsgenoten.
In Nederland gaat het om een meer dan een half miljoen mensen. Het kan gaan om belemmeringen die het gevolg zijn van aangeboren stoornissen en beperkingen, of op latere leeftijd zijn ontstaan, na bijvoorbeeld een ongeval of ziekte.
Brain fog is het gevoel dat het denken, begrijpen en onthouden niet goed lukt. Je voelt je niet helder, suffig, vergeetachtig, verstrooid of wat verward en kan moeite hebben met je te concentreren of met het oplossen van problemen. Het lukt misschien niet (of moeizaam) om op woorden te komen en wat je wil zeggen.
ALS begint vaak met zwakke spieren in uw armen of benen. Het kan ook beginnen met problemen met slikken of praten. De eerste klachten zijn meestal niet zo duidelijk: U bent wat onhandig: u struikelt bijvoorbeeld vaker of u kunt knoopjes niet meer goed dichtmaken.
Je kindje wordt zich tussen de 1 en 4 jaar steeds meer bewust van de wereld om zich heen en van zichzelf. Verlegenheid is hier een natuurlijk gevolg van. Je peuter beseft zich namelijk steeds meer hoe hij zich verhoudt tot anderen, waardoor hij zich opeens klein of beoordeeld door volwassenen kan voelen.
Frida Koopmans: 'Er kunnen verschillende oorzaken zijn waarom een kind van 2 jaar nog niet praat. Soms heeft het een medische oorzaak, soms ligt het aan het aanbod (veel taalaanbod is belangrijk om taal te leren) of het kind heeft een bredere ontwikkelingsachterstand waardoor het praten niet op gang komt.
Als u vindt dat uw kind erg angstig is, kunt u een afspraak maken met de huisarts, de praktijkondersteuner GGZ of met een psycholoog. Hij/zij doet uitgebreid onderzoek en heeft een aantal gesprekken: met uw kind, met u als ouders, met u en uw kind samen en soms ook met de andere gezinsleden en met school.
Selectief mutisme is een zeldzame psychische aandoening die zich kenmerkt door het niet "kunnen" (of durven) praten in bepaalde sociale situaties.
Selectief Mutisme wordt vaak omschreven als een taal-spraak problematiek maar dit is het niet. Het Selectief Mutisme is een angststoornis. Het kind wil wel praten maar kan het niet omdat het voelt alsof de mond op slot zit.
Door eerst steun te bieden, maar daarna het kind wat los te laten en er op te vertrouwen dat het kind zich redt, kan het kind verlegen gedrag overwinnen. Ouders kunnen het kind ook helpen minder verlegen gedrag te ontwikkelen door al op jonge leeftijd sociaal contact te stimuleren en sociaal gedrag te waarderen.
Soms heeft een kind een probleem in het taalsysteem. Dit kan dysfasie zijn. Dysfasie is een neurologische stoornis in de spraak-taalontwikkeling: het kind begrijpt meestal veel meer van wat anderen zeggen dan het zelf kan zeggen. Dysfasie komt best vaak voor, ook de ernstige vormen.
Dysartrie ('dys' betekent niet volledig en 'artrie' komt van articuleren, uitspreken) is een spraakstoornis die het gevolg is van een aandoening in het zenuwstelsel. Deze aandoening verstoort de werking van één of meer spieren die bij het spreken betrokken zijn.
Het is een taalstoornis (fatische stoornis) waarbij er sprake is van een woord- en naamvindstoornis. Een patiënt begrijpt wel wat er tegen hem wordt gezegd en is ook grotendeels in staat zich uit te drukken, in tegenstelling tot bij respectievelijk de sensorische en de motorische afasie.
Afasie is géén spraakstoornis, maar een stoornis in de hersenen. Bij mensen die lijden aan afasie is er een probleem met het begrijpen en produceren van taal. Deze mensen begrijpen de taal minder goed of kunnen niet meer op woorden komen of gebruiken ze verkeerd. Afasie ontwikkelt zich bij iedere persoon anders.
Maar terwijl de klassieke vormen van afasie gekarakteriseerd worden door plotseling hersenletsel en taalverlies, is Primaire Progressieve Afasie toch echt een vorm van dementie, omdat de ziekte toenemende (progressieve) aantasting van de hersenen veroorzaakt.
Bijna altijd is er in de eerste 3 maanden na het ontstaan van afasie enig spontaan herstel van de taal. Zelden of nooit is dat herstel volledig. Toch is er met veel oefenen, telkens weer proberen en volhouden vaak verbetering te verkrijgen. Degene die kan helpen met het oefenen van de taal is de logopedist.