Zeshoekig hexagonaal zeskantig met zes hoeken. Een zeshoek of hexagoon, ook wel hexagon genoemd.
Een zeshoek of hexagoon, Oudgrieks: ἕξ, hex, zes en γωνία, gonia, hoek, in het algemeen is een figuur met zes hoeken en zes zijden. De hoeken van een regelmatige zeshoek zijn 120° = 180° – 360°/6. De regelmatige zeshoek kan worden gezien als samengesteld uit zes gelijkzijdige driehoeken.
Trek een cirkel met de juiste doorsnee en zet daarin steeds (zesmaal) de straal (de halve middellijn) van punt tot punt langs de rand. U zult zien dat het precies past en u krijgt een perfecte zeshoek. Wanneer een van de rechte kantjes ergens op moet aansluiten moet u bij dat lijntje beginnen.
Een zevenhoek of heptagon of heptagoon is een veelhoek met zeven hoeken en evenzoveel zijden. "Hepta - έπτα" is Grieks voor zeven, "gonia - γωνία" is Grieks voor hoek. Een regelmatige zevenhoek heeft zeven gelijke zijden en zeven gelijke hoeken.
De regelmatige zeshoek is een symbool van overvloed en schoonheid, vrijheid en harmonie, huwelijk en liefde. Objecten met de afbeelding van een Hexagon dragen tegelijkertijd energie en rust.
Het anker: Het anker is het symbool van hoop bij uitstek.
Een regelmatige zeshoek is een zeshoek met gelijke zijden en gelijke hoeken. Van deze zeshoek is elke zijde 2 cm. De omtrek ervan is dus gemakkelijk 6⋅2=12 6 ⋅ 2 = 12 cm, gewoon de totale lengte van alle zijden samen.
Een negenhoek, enneagoon of nonagoon is een figuur met 9 hoeken en 9 zijden. Een regelmatige negenhoek is een regelmatige veelhoek met 9 hoeken van 140°.
Een tienhoek of decagoon, Oudgrieks: δεκάγωνον van δέκα, déka, tien en γωνία, gōnía, hoek, is een figuur, een veelhoek, met 10 hoeken en 10 zijden.
Een zeshoek kan je verdelen in vier driehoeken, dus in totaal 720°.
De zeshoek bestaat uit zes driehoeken waarvan de hoekensom 180∘ 180 ∘ is. Alle hoeken van de zeshoek zijn gelijk en hun hoekensom is 6⋅180∘−360∘=720∘ 6 ⋅ 180 ∘ - 360 ∘ = 720 ∘ (want de tophoeken zijn geen hoeken van de zeshoek, dus die gaan er af).
Dan is deze 3D zeshoek (of Hexagoon) perfect. afmetingen: +/- 12 x 10,5 x 2,8 cm.
Een vijfhoek of pentagoon (Oudgrieks, van πεντάγωνον, spreek uit pentágoonon, πέντε, pente, vijf en γωνία, gōnia, hoek) in het algemeen is een figuur met vijf hoeken en vijf zijden. De hoeken van een regelmatige vijfhoek zijn elk 180° − 360°/5 = 108°.
In de wiskunde is een achthoek (Gr. octagon) een veelhoek met acht zijden en acht hoeken.
Octogoon = een achthoek, een voorwerp, dat 8 gelijke zijden en hoeken heeft.
Bij een rechte hoek staan twee lijnen haaks (loodrecht) op elkaar. Een rechte hoek is een hoek van 90 graden. Wanneer de lijnen geen hoek vormen noemen we dat een gestrekte hoek.
Uitwerking: Je moet inschatten hoe een hoek van 80°-100° er uitziet. Hoek 1 is een zeer scherpe en kleine hoek, deze is minder dan 30°. Hoek 2 is juist een stompe en grote hoek, deze is rond de 120°.
Een negenhoek heeft 20+7=27 20 + 7 = 27 diagonalen.
In een driehoek is de som van de 3 hoeken altijd 180°. Als je van 2 hoeken weet hoe groot deze zijn, dan kun je de derde hoek berekenen, omdat je weet dat de som van de 3 hoeken 180° moet zijn.
Deze vierhoek heeft niet alleen vier gelijke zijden maar ook vier gelijke hoeken, die elk 90° zijn (ook wel rechte hoek genoemd).
Antwoord. Een regelmatige achthoek bestaat uit 8 gelijkbenige driehoeken. De tophoek van één zo'n driehoek is 360/8=45°. Voor de twee andere hoeken van zo'n driehoek blijft er dan 180°-45°=135° over.