U maakt de laatste ontwerpwijziging ongedaan door op CTRL+Z te drukken. Als u meerdere bewerkingen ongedaan wilt maken, voert u een van de volgende handelingen uit: Druk meerdere keren op CTRL+Z tot de bewerking die u ongedaan wilt maken, ongedaan is gemaakt.
Als u een bewerking ongedaan wilt maken, drukt u op Ctr+Z. Als u liever de muis gebruikt, klikt u op Ongedaan maken op de werkbalk Snelle toegang. U kunt meerdere keren op Ongedaan maken klikken (of op CTRL+Z drukken) als u meerdere dingen ongedaan wilt maken.
Sneltoets gebruiken
Maak met Ctrl+Z de laatste handeling ongedaan. Elke keer dat u Ctrl+Z gebruikt, wordt de volgende laatste handeling teruggedraaid. Eigenlijk alle e-mailprogramma's en andere apps waarin u tekst typt, kennen deze handige terugdraai-optie. Bestanden kopiëren, verplaatsen of verwijderen.
CTRL+T (sneltoets voor formules tonen)
Er is een functie om in één keer alle formules op het scherm te tonen.
Versiebeheer van uw documenten
Klik met uw rechtermuisknop op het bestand; Ga naar Eigenschappen; Klik op Vorige Versies; Kies het bestand dat u wilt terugzetten.
Het versiegeschiedenisvenster voor de meest recente versie van het bestand bevat acties voor het beheren, melden, uitchecken of maken van een werkstroom. In de weergave van de versiegeschiedenis voor een vorige versie van een bestand ziet u de optie om die versie te herstellen of te verwijderen.
Ctrl-S: Opslaan (Save)
F4 is een vooraf gedefinieerde sneltoets in Excel waarmee uw laatste opdracht of actie wordt herhaald.
Als u een actie ongedaan wilt maken, drukt u op Ctrl+Z. Druk op Ctrl+Y om een actie die ongedaan is gemaakt opnieuw uit te voeren.
De Undo-functie wordt meestal gevonden in het menu Bewerken. Veel programma's hebben een knop Ongedaan maken op de werkbalk die meestal lijkt op een gebogen pijl die naar links wijst, zoals deze in Google Documenten. Ctrl + Z (of Command + Z op een Mac) is een veelgebruikte sneltoets voor Ongedaan maken.
Wat is de refresh-toets? Met de refresh-toets (F5) vernieuw je het actieve venster. Gecombineerd met de Ctrl-toets voer je een hard refresh uit. Hiermee wis je de cache van je webbrowser en herlaad je de pagina opnieuw.
Vorige versies van een bestand weergeven
Open het bestand dat u wilt weergeven. Klik op Bestand > Info > versiegeschiedenis. Selecteer een versie om deze te openen in een afzonderlijk venster. Als u een vorige versie die u hebt geopend, wilt herstellen, selecteert u Herstellen.
Tekstterugloop toepassen in een cel of groep cellen
Selecteer de cellen die u wilt opmaken. Klik op het tabblad Start op Tekstterugloop. De tekst in de cel loopt terug zodat deze binnen de kolombreedte past. Als u de breedte van de kolom wijzigt, wordt de terugloop automatisch aangepast.
Opmerking: U moet de toegangsrechten Eigenaar of Bewerker hebben om de versiegeschiedenis te kunnen bekijken. Open het bestand in Drive. Versiegeschiedenis bekijken. Klik op een tijdstempel om een eerdere versie van het bestand weer te geven.
Alt+F4 is misschien wel de meest bekende toetscombinatie. Hiermee wordt het programma (of venster) dat je voor je neus hebt gesloten. Deze toetscombinatie doet hetzelfde als het bekende Windows-kruisje, rechtsboven in je vensters/programma's. Met SuperF4 kun je ook vastgelopen programma's beëindigen.
Functietoetsen kunnen worden gebruikt voor toetscombinaties of voor bepaalde systeemfuncties die op de toetsen zijn afgebeeld. Zo kun je de toets F11 als toetscombinatie gebruiken om het bureaublad weer te geven of als systeemfunctie om het geluid van de computer zachter te zetten. + F11 drukken.
F7: spellingcontrole (in Word) F8: tekst selecteren, daarvoor moet u een paar keer op deze toets drukken (in Word)
Wie een tekstgedeelte wil kopiëren om te hergebruiken binnen Windows, gebruikt eerst de sneltoets Ctrl + C om de tekst te kopiëren en vervolgens de sneltoets Ctrl + V om deze weer ergens anders in te plakken.
Windows-toets +D
Het Bureaublad weergeven en verbergen.
Hoe werkt versiebeheer? Bij versiebeheer stel je documenten op één centrale plek digitaal beschikbaar. Zo kun je met teamleden tegelijkertijd -of onafhankelijk van elkaar- wijzigingen in een document aanbrengen. Hiermee voorkom je dat er allerlei 'eigen' versies in diverse mappen binnen je organisatie rondgaan.