Bind een hoopje stengels samen van tuinplanten (bv. riet, vlier, braam, framboos, vlinderstruik en jasmijn zijn heel geschikt omwille van hun holle stengels). Hang enkele oude bakstenen met gaten op. Maak met een boor gaten van verschillende diameter in een muurtje of een blok hout.
Een eenvoudig insectenhotel
Je maakt zo'n hotel heel simpel door in een blok hout of boomschijf verschillende soorten gaatjes (2 tot 9 mm doorsnede) te boren. Maak de gaatjes lekker diep (gebruik de hele lengte van je boortje), zodat er meerdere nestcellen achter elkaar in passen.
Je kunt hiervoor het beste hout van eiken, esdoorn, es of beuk gebruiken. Creëer holtes en spleten om veel verschillende soorten insecten naar je hotel te lokken. Je kunt hier bijvoorbeeld riet, dakpannen, plantenresten, dennenappels of leem voor gebruiken.
De juiste vulling voor de juiste insecten
Tot slot vul je je insectenhotel met verschillende materialen, waar verschillende insecten op af komen. Dat is belangrijk, want verschillende bijensoorten houden van andere dingen en ook gaasvliegen en oorwurmen hebben weer andere eisen.
Hang een insectenhotel bij voorkeur op een zonnige en vooral windvrije plek in de tuin. Een insectenhotel kan tot 2 meter hoog worden opgehangen, maar laag bij de grond op circa een halve meter is ook prima. Plaats het insectenhotel bij voorkeur op een bloemrijke plek.
Vervang een bijenhotel waar weinig activiteit (meer) te zien is. Na een jaar of twee, drie worden veel bijenhotels minder geschikt vanwege scheuren, schimmelvorming en dergelijke. Zet het oude een jaar op een schaduwplek in de tuin, zodat eventuele laatste bewoners het kunnen verlaten.
Ook dennenappels bieden een schuilplaats voor insecten. Een vakje met dennenappels in een insectenhotel ziet er ook goed uit. U kunt ze zo uit een bos in de buurt halen en ze blijven jaren goed. Metselbijen zijn ook gek op steen.
-Plaats (in de volle grond of in potten) zoveel mogelijk bloemen om het insectenhotel heen, om de insecten te lokken. -Als het insectenhotel eenmaal hangt, verplaats deze dan niet meer! Ook in de winter op dezelfde plek laten hangen (zodat de insecten niet 'in de war' kunnen raken en het niet overleven).
Plant wilde nectarplanten: Vlinders en andere insecten voeden zich vooral met nectar. Plant daarom vooral bloemen die veel nectar produceren, zoals koninginnenkruid, wilde marjolein, slangenkruid of kattenstaart.
Schoonmaken niet nodig
In principe is echt reinigen niet nodig en kun je de natuur gewoon z'n gang laten gaan. Maar wanneer het insectenhotel naar jouw idee toch echt wel toe is aan een flinke schoonmaakbeurt, doe dit dan uitsluitend met helder water en dus niet met schoonmaakmiddelen.
Een goed insectenhuis of insectenhotel moet voldoen aan onze benoemde criteria die wij in dit artikel uitgebreid omschrijven. Dat betekent onder andere diepe boorgaten in massief houten blokken, de juiste diameter voor de boorgangen, gaten die slechts aan één kant open zijn en van binnen mooi glad zijn.
Maak een aantal gaatjes tussen de 2 en 12 millimeter. Zorg ervoor dat de gangen aan één kant dicht zijn. Dit kan je doen met een watje of wat leem. De diepte mag variëren tussen de 3 en 20 centimeter.
Vlinders hebben beschutte plekjes nodig waar ze kunnen schuilen voor de regen. Door een insectenhotel of speciaal vlinderkastje te vullen met wat takjes en dorre blaadjes zullen ze zich al snel thuis voelen. Vlinders gebruiken het hotel alleen als schuilplaats en overwinteringsplaats.
Benodigdheden: Een plank voor de achterkant en het dak, het liefst tussen 2 en 3 cm dik en tussen 18 en 25 centimeter breed. Een plank voor de rest van het hotel, het liefst tussen 1 en 1,5 cm dik en tussen 10 en 15 centimeter breed.
Harde houtsoorten zoals, eikenhout, kers, walnoot, appel en perenhout zijn geschikt te gebruiken als een bijenhotel. De bijen leggen hun eitjes in de gangetjes, holle takken van planten of kleine buisjes. Het kan geen kwaad om gangen van verschillende materialen te gebruiken.
Zorg voor een gevarieerde beplanting in je tuin. Meidoorn, linde en hazelaar zijn populair bij lieveheersbeestjes. Bloeiende planten in je tuin bezorgen lieveheersbeestjes pollen en nectar. Nectarplanten trekken gelijk ook vlinders, bijen en andere insecten aan.
Bloemen geven reukstoffen af om insecten te lokken. Zo ruiken sommige bloemen naar rottend vlees om zo vliegen te lokken en ruikt de groene nachtorchis naar nectar. Daarnaast geven planten reukstoffen af als er aan gevreten wordt door bijvoorbeeld rupsen.
Een van de beste planten tegen muggen en vliegen is munt. Jij kent deze plantensoort ongetwijfeld van zijn sterke geur. De meeste mensen vinden munt lekker ruiken, maar dit geldt niet voor ongedierte. Zo hebben spinnen, fruitvliegjes en andere insecten bijvoorbeeld een ontzettende hekel aan deze plant.
De knoflook werkt perfect tegen vliegen, kevers en muggen. Daarnaast kun je het ook lekker gebruiken bij het barbecueën.
Tips voor meer insecten
Laat hout liggen en oude planten staan en maai niet alles weg. Schoffel en hark ook niet teveel. Houd de tuin minder netjes dan je gewend was. Maak rommelhoekjes waar brandnetels mogen groeien; daarop zetten veel vlinders hun eitjes af.
Ook insecten moeten slapen en schuilen voor slecht weer. Dit doen ze op uiteenlopende plekken. Bijen en wespen vinden dikwijls onderdak in hun nestgangen. Sommige slapen in of op bloemen, wat soms tot slaapgezelschappen leidt.
Als ze genoeg verzamelt hebben leggen ze een eitje erbij en dekken ze de cel af met een laagje. Vervolgens beginnen ze weer met een beetje stuifmeel om weer een nieuwe broedcel te maken. Wanneer de eitjes uitkomen vormt het stuifmeel voedsel voor de jonge bij en werkt hij zich zo naar buiten om uit te vliegen.
Hang het kastje op een beschutte plek, uit de wind waar het niet kan inregenen. De hoogte maakt niet uit. Op ooghoogte kan je wel zelf kijken of de kast gebruikt wordt. Vul het kastje met wat dorre blaadjes en takjes wordt het een waar hotel voor vlinders.
Insectenhotels zijn er meestal op gericht insecten te laten overwinteren. Hiervan maken met name lieveheersbeestjes en vlinders gebruik, naast solitaire bijen en solitaire wespen. Telers van groenten en fruit plaatsen soms een insectenmuur om bestuivers aan te trekken.
Ook dennenappels bieden een schuilplaats voor lieveheersbeestjes, torren en ook oorwurmen. Metselbijen zijn ook gek op steen. Wil je metselbijen naar je bijenhotel lokken, dan kun je het beste zo'n baksteen vol gaten gebruiken.