Als leren lezen niet lukt...
veel te lezen. Probeer thuis in ieder geval een kwartiertje per dag te lezen. Maak er een fijn moment van. Ook kun je afspreken om het voorlezen af te wisselen; eerst jij een bladzijde of alinea, dan je kind.
Lees een aantal dagen achter elkaar dezelfde tekst om het leestempo op te krikken. In combinatie met een beloningssysteem kan dit een effectieve methode zijn. Lees samen met je kind hardop de tekst van het boek en zorg ervoor dat jouw leestempo net wat hoger ligt dan het normale leestempo van je kind.
Langzaam lezen komt doordat onze ogen de neiging hebben terug te springen naar woorden die ze net gelezen hebben. Deze automatische terugsprongetjes verbeteren het tekstbegrip niet en vertragen de snelheid van lezen enorm. Lees daarom met een pen of vinger!
Zwakke lezers hebben vaak minder ervaring met moeilijke teksten en hebben daardoor ook meer moeite met vragen over zo'n tekst. Voorlezen kan een groot verschil maken. Lees voor uit (informatie)boeken die nog te moeilijk zijn om zelfstandig te lezen, zo went je kind aan complexere teksten.
De nieuwste begrijpend lezen methodes:
Nieuwsbegrip, Close reading, Grip op lezen, Leeslink (digibordmethode)
“Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het accuraat en/of vlot toepassen van het lezen en/of het spellen op woordniveau.” Dyslectici hebben, zelfs als ze extra hulp krijgen, moeite met foutloos en vlot leren lezen en spellen.
De voorbereiding op leren lezen en schrijven gebeurt in groep een en twee. In groep drie leert je kind eerst om letters te herkennen, en daarna om woordjes en eenvoudige zinnen te lezen. Kinderen leren lezen tussen vijf en acht jaar. Je ziet verschillende fases in het leren lezen.
Sommige kinderen kunnen niet wachten tot ze zelf kunnen lezen. Eén op de tien kleuters leert zichzelf lezen in groep 2 en er zijn zelfs kinderen die er nóg vroeger bij zijn. Peuters en kleuters zijn volop aan het ontdekken hoe al die lettertekens zich verhouden tot de werkelijkheid.
De LEREN LEREN Methode omvat 3 complementaire bouwstenen: . Voor (jong)volwassenen en binnen bedrijven staan theorie en achtergronden van het visuele en verbale denken van het menselijk brein centraal. U krijgt inzicht in de eigen manier van denken en communiceren en dat van de ander.
Meestal worden de kenmerken van dyslexie duidelijk vanaf een jaar of 7. Kinderen hebben dan moeite met klanken in de goede volgorde zetten, zoals dorp of drop. Maar ook bij cijfers: 12 en 21. Kinderen kunnen de letter d en b door elkaar halen, vinden hardop lezen vaak niet leuk en lezen vaak 'radend'.
Met boekjes zoals Maan Roos Vis, ABC boeken en Plusleesboeken wordt lezen leuk! AVI boeken zijn speciaal geschreven om kinderen beter te leren lezen. De AVI boekjes worden gebruikt op de basisschool en sluiten perfect aan op de technische leesontwikkeling. Je vindt ze dan ook op elk niveau.
Dyslexie heeft niets te maken met intelligentie, het komt voor bij zowel mensen met hoge, gemiddelde of lage intelligentie. Vaak wordt dyslexie geconstateerd als er verder geen andere oorzaken worden gevonden voor lees– en schrijfproblemen.
Bij beelddenkers waarbij het leesproces niet op gang komt, is het belangrijk dat de leerling woordbeelden gaat lezen. Dit betekent dat ze hele woordbeelden herkennen (als een logo), zonder de losse letters te lezen. Ze moeten dus eerst de woordpakketten doorwerken en visualiseren voordat het leesproces op gang komt.
Veilig leren lezen werkt met kernen waarin steeds een ander thema centraal staat. Elke kern begint met een ankerverhaal waarmee je het thema introduceert. De platen in de ankerverhalen zijn ook opgenomen in de leerkrachtsoftware, zodat iedereen kan meekijken tijdens het (voor)lezen.
Grip op lezen is een compacte methode, vooral dankzij de efficiënte didactiek. Kinderen leren begrijpend en studerend lezen met de 7 evidence-based leesstrategieën. Zo krijgen ze handvatten om elke tekstsoort te kunnen lezen en interpreteren. En elk jaar bouwen ze hun begrip verder uit volgens het concentrische model.
In het onderzoek naar de twee varianten van begeleid hardop lezen ging het om twee belangrijke doelen: verbetering van de leestechniek en het bevorderen van een positieve leeshouding.
Flitsen houdt in dat letters, woorden of zinnen één voor één kort worden getoond. Leerlingen lezen vervolgens het aangebodene zo snel mogelijk voor, of schrijven het op. Het doel hiervan is om het lezen te automatiseren en daarmee het leestempo te verhogen.
Toch werkt het beter om elke dag 15 minuten te lezen, dan twee keer per week een uur. De aandachtsspanne is (zeker bij jonge kinderen) nog vrij kort. En met elke dag oefenen blijft het leesproces goed op gang.