Volwassen groene vliegen leven ongeveer vijf weken. Vrouwtjes vliegen leggen honderden eitjes op rottend organisch materiaal, op dierlijke producten of in dierlijke uitwerpselen. Na 1 dag komen de eitjes al uit en leven de maden 6 tot 12 dagen op en in het materiaal.
Die eitjes komen al na 1 dag uit, waarna de larven zich direct tegoed doen aan het aanwezige voedsel. Afhankelijk van de temperatuur, verpoppen de larven (maden) na zo'n 6-12 dagen; het popstadium duurt 8-13 dagen. De verpopping vindt in het algemeen plaats in de grond. De volwassen vliegen leven ongeveer 5 weken.
Vliegen komen je huis binnen door openstaande ramen en deuren, maar ook door scheuren, gaten en kieren. Het kan ook gebeuren dat je producten hebt gekocht (vlees, vis of fruit) waar vliegen eitjes op hebben gelegd: die kunnen bij jou thuis uitkomen en dan heb je dus ook vliegen in huis.
Vliegen in huis bestrijden
Voor de zekerheid mep je de vlieg dood (vliegenmepper). Heb je meerdere groene vliegen in huis? Dan kan het dat er ergens een rottend kadaver ligt. Maar ook huisdieren of aanwezige mest trekt deze groene vliegen aan.
Snijd een sinaasappel of citroen doormidden en druk daar wat kruidnagels in. Dat leg je op een schoteltje en zet je neer vlakbij waar je zit. De geur zal de vliegen verjagen. Ook is er kruidnagelolie te koop wat eenzelfde effect heeft.
Maar de huisvlieg houdt zich vooral binnenshuis op. Wanneer ze niet op zoek is naar voedsel gaat ze achter een partner aan voor de voortplanting. En bij de huisvlieg is het de goede gewoonte zich te verzamelen bij een uitsteeksel van het plafond in de kamer waarin ze zich bevinden. Meestal is dat een lamp.
Vliegen en ook wespen kunnen hierin verdrinken. Hang een vliegenlamp op.
Voortplanting Als een huisvlieg 3 dagen oud is, plant hij zich al voort. Als het mannetje en vrouwtje gepaard hebben, legt het vrouwtje de eitjes. Dit doet ze in poep, dode dieren, compost of ander rottend materiaal. Het vrouwtje legt in totaal 900 eitjes, maar ze legt ze niet allemaal op dezelfde plek neer.
Hierop legt een vrouwelijke vlieg gedurende haar leven zo'n 600-2000 eitjes, die spoelvormig en 1 mm lang zijn. Per keer worden 100-150 eitjes afgezet. Na 10-46 uur, afhankelijk van de temperatuur, komt een vuilwitte vliegenlarve (de made) uit het ei. Na 5-10 dagen is de made volgroeid.
De eendagsvlieg leeft bijvoorbeeld maar 24 uur. In de juiste omstandigheden houden sommige vliegen het zelfs een paar maanden vol. Dit zijn wel omstandigheden waarin de vlieg niet door de mens of andere vijanden gedood wordt.
De vlieg maakt spectaculaire vliegmanoeuvres, past zijn snelheid in een fractie van een seconde aan, weet obstakels te ontwijken, en gaat gevaar moeiteloos uit de weg. Niet zo boeiend, zou je denken… totdat je beseft dat de vlieg dat alles doet met een minuscuul brein van slechts honderdduizend neuronen.
Huisvlieg: Kan niet bijten, prikken, steken. Komt veel voor in huis. Stalvlieg: kan steken, komt veel voor bij stallen, maar soms ook in woningen. Dazen: kunnen bijten, ook wel bekend als paardenvlieg.
Overgebleven etenswaren en -afval zijn een bron van voedsel voor vliegen. De overvloed aan rottend voedsel zorgt ervoor dat de vliegen zich in een hoog tempo kunnen voortplanten. Ze leggen hun eitjes erin en van daaruit verspreiden ze zich verder.
Zweet trekt vliegen aan
Vooral in warme, droge streken zijn de insecten heel agressief. Dat komt doordat het menselijk lichaam een luilekkerland is voor de vlieg. Vliegen smullen van de voedingsstoffen, mineralen en het vocht op onze huid, en hoe meer we zweten, hoe aantrekkelijker we zijn.
Elk insect heeft de volgende inwendige organen: hersenen, darmkanaal, uitscheidingsorganen (buizen van Malpighi), eierstok, buisvormig hart, buikzenuwstreng. Het bloed van insecten dient niet voor het transport van zuurstof en is meestal kleurloos. Insecten hebben nauwelijks of geen slagaders, maar wel een hart.
Insecten hebben geen centraal zenuwstelsel, een voorwaarde om pijn te kunnen voelen. Daarom nemen wetenschappers aan dat insecten in ieder geval niet hetzelfde gevoel hebben als zoogdieren. Onderzoek toont aan dat insecten zich wel bewust zijn van beschadiging van hun lichaam.
De Ormia-vlieg heeft zo'n vernuftig gehoorsysteem dat het een krekel op 120 meter afstand kan lokaliseren. Dat komt overeen met een mens die een mobieltje op een kilometer afstand hoort afgaan.
Algemeen kan men stellen dat de vliegen zich alleen maar voeden met vloeistoffen; vast voedsel wordt eerst omgezet in vloeibare bestanddelen door op het voedsel speeksel “te braken of te spuwen” met enzymen in. Nadat het voedsel vloeibaar wordt door vertering kunnen ze dit opzuigen.
Dat doen ze om zich schoon te poetsen want vliegen die zien de wereld niet alleen met hun ogen maar ook met hun pootjes, mmm. Op deze pootjes zitten piepkleine haartjes en dat zijn hun zintuigen en hier ruikt, proeft en ziet de vlieg mee. Het is dus eigenlijk een soort vingertopje neus, tong en ogen in één.
Zuignapjes. Is het oppervlak glad, dan plakt hij zich vast met de kleefhaartjes, dat zijn een soort zuignapjes. Wanneer hij landt, plakt hij eerst zijn voorpootjes op het plafond en daarna volgt de rest van zijn lichaam erachteraan.
Een vlieg vliegt een vaste route naar binnen. En omdat het insect niet onthoudt welke weg hij heeft afgelegd, weet hij dus ook niet hoe hij weer buiten moet komen. Een vlieg die naar buiten wil, kan zich alleen op het licht richten. Dat is waar hij volgens zijn instinct naartoe moet.
Blauw is een van de kleuren waar vliegenogen het meest gevoelig voor zijn. De andere kleur is ultraviolet. De onderzoekers stelden dat vast door met minuscule elektrodes de neurologische respons in de vliegenoogjes te meten wanneer de diertjes werden blootgesteld aan licht van verschillende golflengtes.
Vliegen gebruiken licht voor hun veiligheid.
Voor sommige insecten wordt een felle lichtbron mogelijk gezien als een noodbaken. Wanneer de insecten twijfelen, gaan deze insecten instinctief richting de lichtbron die meestal hoger ligt dan de gevaarlijke omgeving waar zij zich op dat moment bevinden.
Wanneer er storm op komst is of wanneer de lucht er droog is, zullen vliegen en muggen sneller bijten om hun dorst te lessen. Vlak voor de regen komen regenwormen tevoorschijn uit hun ondergrondse gangen, terwijl bijen zich net verstoppen voor slecht weer.