Hierdoor kan een boom scheef groeien of omwaaien. Ook is de kans groot dat de jonge wortels beschadigen of afbreken wanneer de boom niet verankerd is. De boompalen moeten zeker wel 3 tot 5 jaar blijven staan, totdat de boom goed genoeg in de grond is geworteld.
De paal moet minimaal 30 cm in de vaste bodem onder de plantplaats (onder in het plantgat) worden aangebracht. Plaats de boompalen niet volledig verticaal, maar enigszins schuin naar buiten (van de boom af).
Aantal boompalen
Eén boompaal is voldoende. Twee palen gebruikt men soms bij de aanplant van grotere, rijpere bomen, maar voor de gemiddelde tuin is dit niet nodig.
Een boom planten met boompalen
Sla de boompaal in de grond of gebruik een palenboor. Een boompaal moet minstens 15-30 cm van de stam af staan. Bind de stam aan de boompaal met boomband. Controleer zo nu en dan of de boomband tijdens de groei niet in de bast van boom snijdt, maak deze dan losser.
Hoe lang moet een boom water krijgen? In principe dient de boom net zolang water te krijgen totdat de nieuwe pas gevormde haarwortels zich buiten kroonprojectie bevinden, doorgaans is dat minimaal 2 groeiseizoenen.
Over het algemeen zijn er twee ideale periodes waarin je bomen het beste kunt planten. In het voorjaar, in de maanden maart – april, of in het najaar, in oktober – november. Het mooiste is om de bomen te planten wanneer de bladeren van de bomen zijn gevallen.
Vanaf € 4,95.
Planten met blote wortels kan je nog 14 dagen op een koele plek bewaren mits je ervoor zorgt dat de wortels niet uitdrogen. Langer dan 14 dagen kan uitdroging en afsterven van de wortels tot gevolg hebben. Moet je de planten toch langer bewaren?
Hoelang moet je na het planten nog water geven? Dat is elk jaar verschillend. In ieder geval moeten bomen tot 2 jaar na het planten in de gaten worden gehouden, soms nog langer.
Zet de palen stevig in de grond eventueel met behulp van een grondboor, waarbij de paal bij voorkeur twintig centimeter in de vaste grond onder het plantgat moet worden geslagen. Verder geldt de regel dat minimaal één derde tot maximaal de helft van de paal moet worden ingegraven.
Plaats de paal met de rechte kant naar de uitgezette lijn toe. Sla met een houthamer de paal de laatste 10 tot 15 centimeter in de grond. Probeer de paal goed in het midden te raken, dan beschadigt u de paal het minst. Als u wilt, kunt u ter bescherming een leeg conservenblik over de paal plaatsen en daarop slaan.
Plant een boom nooit te diep. Hoe dieper geplant, hoe vochtiger de grond is. De wortels komen dan in het grondwater te staan. Weinig lucht in de grond en de boom gaat dan langzaam dood.
Aan de lage kant van de boom de wortels zo diep mogelijk doorsteken met een schep. Aan de hoge kant een paar meter van de boom een paal schuin de grond in steken, zo diep mogelijk. Om de paal en boom een stevige spanband spannen en de boom een stukje rechter trekken. Eventueel de boom beschermen tegen de spanband.
De boomband niet meer dan 5cm onder de kop van de paal aanbrengen. Een te laag geplaatste band, verhoogt het risico dat de stam tegen de kop van de paal slaat of schuurt. Schade aan de stam kan het beste worden voorkomen door direct contact tussen paal en stam te vermijden.
Het weghalen van een boom (op vier verschillende manieren). De boom in één keer omzagen (met hulpmiddelen als een staaldraadlier of door wiggen). Met klimlijnen in de boom klimmen en deze in stukken naar beneden verwerken. De takken of stamdelen vallen of worden met touwen afgevangen.
bij de meeste bomen zitten de wortels helemaal niet zo diep. Het merendeel van de boomwortels bevindt zich in de bovenste 50- 100 cm van de grond. Dit zijn de voedingswortels van de boom, ze zijn niet dik en groeien vooral horizontaal.
Bomen en planten met blote wortel.
Leg deze verpakte bomen en planten op een vorstvrije, beschutte plek uit de zon. Het is belangrijk dat de planten en bomen zo snel mogelijk de grond in gaan in ieder geval binnen 5 dagen.
Bomen en vruchten/fruit: de wateropname van bomen is zeer temperatuur- en klimaatafhankelijk ook de grootte van de boom speelt een belangrijke rol in het dagelijkse waterverbruik. Er is hier steeds uitgegaan van een volwassen boom. 260 en 400 liter per dag met een maximum van 1000 liter.
Reken op ongeveer een zak van 40 liter aanplantgrond of tuinaarde per 3 strekkende meter. Aanplantgrond helpt de planten beter aanslaan. Vooral bij beuken is het gebruik van aanplantgrond aan te raden. Aanplantgrond bevat schimmels die ervoor zorgen dat er minder uitval van haagplanten is na de aanplant.
Dit gebeurt vooral bij extreem warm weer. Als zij dan vaak en veel water krijgen, dreigt een ander probleem. Dan wordt de bodem te nat en wordt de zuurstof uit de grond rond de wortels verdreven. Het gevolg is dat de boom of struik dan verdroogt door verdrinking.
Voor de gemiddelde boom heeft u een oppervlakte nodig van 75 x 75 cm en een diepte van 60 cm. U kunt deze grond, waar de boom in komt te staan, van tevoren al goed losmaken. Het is niet aan te raden het plantgat van te voren al te maken. De structuur van de grond gaat achteruit door invloeden van de wind, regen en zon.
Houd de kluit vochtig, maar geef niet teveel water! Als de standplaats voortdurend kletsnat is zullen de wortels gaan rotten, met als gevolg dat de boom uiteindelijk dood zal gaan.
Waarvoor dienen deze buizen eigenlijk? Misschien raad je het al: het heeft te maken met het bewateren van de boom. Zo'n buis gaat vaak een stukje de grond in en vormt een soort cirkel rondom de kluit van de boom. Als je water in de buis doet, krijgen de wortels overal water.