Samen spelen is een goede manier om veel met elkaar te praten. Ook spelletjes waarbij je doet alsof, zijn heel goed voor de taalontwikkeling. Verder zijn er veel spelletjes waarbij je kind woorden leert en leert nadenken en onthouden, zoals lotto en memory. Laat je kind ook veel met andere kinderen spelen.
Je kan de taalontwikkeling van je kind op verschillende manieren stimuleren. Een liedje zingen voor je kind, gezellig een boek lezen, een verhaal vertellen of samen spelen zijn allemaal leuke manieren om samen met je kind bezig te zijn met taal!
Gezelschapsspelletjes zoals memory, lotto en domino zijn ook zeer geschikt om taal te leren, vooral voor het leren van (nieuwe) woorden. Door te benoemen, te omschrijven of te (laten) raden wat er op het plaatje staat, breidt een kind zijn/haar woordenschat uit.
Hulp bij taalachterstand
Als je merkt dat je kind meer hulp nodig heeft, kun je contact opnemen met een logopedist in de buurt. Zij kan je kind een periode helpen bij het ontwikkelen van de taal.
Je kind leert veel op het gebied van taal. Je kind leert gebeurtenissen navertellen en gedachten en gevoelens in woorden uit te drukken. Maar ook lezen en begrijpen wat het leest, of een verhaal schrijven.
Met peuters moet je veel praten
Als je met je kind praat, is het belangrijk dat je goede zinnen maakt en veel woorden en begrippen gebruikt. Gebruik dus geen babytaal. Probeer de zinnen niet te lang te maken. Ook elke dag voorlezen is een goede mogelijkheid om je kind taal te leren.
Je hebt taal nodig om goed te kunnen communiceren met andere kinderen en volwassenen. Als het kind hierin achterblijft, kan er een achterstand worden gecreëerd. Dit zal dan ook gevolgen hebben voor het welbevinden van het kind. Daarnaast is taal ook verbonden aan de hele denkontwikkeling van een kind.
De taalontwikkeling is het proces dat kinderen doorlopen bij het leren van één of meerdere talen. Onder invloed van taalaanbod uit de omgeving krijgt het kind steeds meer vaardigheid in verschillende aspecten van taal, waaronder woordenschat en de hantering van grammaticale en communicatieve regels.
Meestal leren kinderen taal vanuit twee richtingen: vanuit hun aangeboren taalvermogen en vanuit de mensen om hen heen die taal aanbieden en voordoen. In principe is er geen sprake van taalles of lijsten met taaldoelen, het gaat vanzelf. Daarom wordt dit proces vaak taalverwerving genoemd.
De meeste baby's tussen de 7 en 12 maanden benoemen hun ouders als “mama” of “dada”. De eerste woordjes (anders dan mama of dada) leren de meeste baby's rond 19 maanden. Tegen de tijd dat je kleintje 2 jaar is, praat hij of zij in zinnen van 2 tot 4 woorden.
Rond de derde verjaardag maakt een kind zinnetjes van minimaal drie tot vijf woorden; ook gebruikt het soms al moeilijke woorden. Door te luisteren leren kinderen zinnen begrijpen en daardoor ook zelf zinnen te vormen. Ook ontdekken zij vaste patronen in de taal en nemen deze over (sok wordt sokken, ik loop/wij lopen).
Jouw kind van 2 jaar praat nog niet omdat hij of zij gewoon nog niet zover is, zonder dat daar een reden voor is. Ongeveer 10 tot 15% van de tweejarigen is wat later met praten zonder dat er iets aan de hand is. Er kan sprake zijn van een taalontwikkelingsstoornis (TOS).
Kenmerken TOS
Het kind heeft moeite om op een woord te komen. Het kind is niet goed te verstaan. Het kind wordt boos als hij of zij niet begrepen wordt of anderen niet begrijpt. Het kind maakt korte zinnen of veel fouten bij het maken van zinnen.
Een taalachterstand kan ontstaan als een kind zijn moedertaal weinig hoort of spreekt. Door meer taalaanbod, haalt het kind de achterstand vaak weer in. Bij een taalontwikkelingsstoornis is er meer aan de hand. Er is iets mis met het aangeboren vermogen om taal te leren.
De taalontwikkeling is de wijze waarop kinderen woorden en zinnen leren begrijpen en gebruiken. Taal bestaat uit diverse grammaticale en communicatieve regels. Bij de taalverwerving krijgt een kind inzicht hoe je deze regels gebruikt.
vloeiend en verstaanbaar verhalen vertellen. 20 minuten luisteren. het heden en verleden begrijpen. op de juiste wijze woorden en zinnen vormen, jouw kleuter beheerst grofweg alle regels van de moedertaal.
Vanaf 2 jaar maakt je peuter enorme sprongen in zijn taalontwikkeling. Zijn woordenschat neemt snel toe, soms met wel tien woorden per week. Rond deze leeftijd kunnen de meeste kinderen ook 'zinnetjes' maken van twee woorden, zoals 'mama eet'.
Er zijn 2 soorten taalstoornissen. Stoornissen die ontstaan bij het leren van taal door kinderen (taalontwikkelingsstoornissen). Deze komen het meest voor. En er zijn stoornissen die later ontstaan, bijvoorbeeld door hersenletsel.