Je kind is zindelijk als het zelf kan aangeven wanneer het moet plassen of poepen en het even kan ophouden. Van de 4- tot 7-jarigen kan 6,6 procent de plas 's nachts niet ophouden, blijkt uit cijfers van het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid.
Heeft je kind moeite om op het potje of op de wc te gaan zitten, ga dan vooral niet pushen. Hou het leuk en begeleid hem op een respectvolle en liefdevolle manier naar de wc of het potje. Blijf erbij als hij zijn behoefte doet. Geef duidelijk aan wat je van hem verwacht en zorg dat het leuk is.
Leren lopen gaat met vallen en opstaan, dit geldt ook voor zindelijk worden. Word bij een natte broek niet boos op je peuter, maar verschoon hem met een glimlach en leg uit wat er is gebeurd. Licht de kinderopvang of oppas in over de zindelijkheidstraining. Zij kunnen deze training overnemen als je er niet bent.
De meeste kinderen worden min of meer vanzelf zindelijk. Je kind is zindelijk als het zelf kan aangeven wanneer het moet plassen of poepen. Meestal gebeurt dit tussen hun tweede en derde levensjaar. Zindelijk worden is iets wat je kind zelf moet doen.
De meeste kinderen beginnen tussen de 2 en 3 jaar met zindelijk worden. Rond 3 jaar zijn de meeste kinderen overdag zindelijk. Als je kind naar de basisschool gaat, wordt verwacht dat het op school zindelijk is.
Wat precies de oorzaak is van het opschuiven van de leeftijdsgrens waarop kinderen zindelijk worden, is niet bekend. Deskundigen hebben wel vermoedens. Ze denken dat dit komt doordat wegwerpluiers tegenwoordig een stuk beter van kwaliteit zijn. Ze absorberen beter dus een kind heeft minder last van een volle luier.
Gehaast de droogtraining willen afhandelen is geen goede zaak. Eventjes snel droogtrainen tijdens de vakantie is dus geen goed idee. Let ook op met vochtige doekjes: als ze alcohol bevatten, zijn ze niet geschikt voor kinderen. Dat geeft irritatie en zorgt ervoor dat een kind eerder gaat ophouden.
Aandrang-incontinentie
Kinderen met aandrangincontinentie wiebelen om hun plas op te houden. De meeste van deze kinderen hebben een aandrangprobleem. Door krampen van de blaas hebben ze vaak plotselinge drang om te plassen. We noemen dit probleem een overactieve blaas.
Ongelukjes op het potje
Op de eerste dag zonder luiers heeft een derde van de kinderen ongeveer drie of vier ongelukjes, terwijl 12% tot zeven jaar ongelukjes kan hebben. Je moet gewoon volhouden, want uiteindelijk leren ze het wel.
Neem de angst serieus en praat erover
Probeer uzelf te verplaatsen in uw kind en praat erover. U kunt uw kind bijvoorbeeld vragen waarom hij bang is voor het potje of de wc. Het is belangrijk voor uw kind dat u goed naar hem luistert. Hierdoor voelt hij zich gehoord en beter begrepen.
Het voordeel van zo'n wc-brilverkleiner is dat de grote of kleine boodschap van je kind direct in het toilet terecht komt. Een potje daarentegen moet je na elk gebruik leeggooien in de wc en vervolgens schoonmaken. Is je kind er klaar voor? Deze spullen heb je nog meer nodig voor zindelijk worden.
Ervan uit gaande dat een kind normaal drinkt is 6 tot 8 keer plassen normaal. Kinderen met een overactieve blaas hebben vaak ook moeite met 's nachts zindelijk worden omdat er maar kleine plasjes in de blaas passen. Vaak is er geen duidelijke oorzaak te vinden voor een overactieve blaas.
Bij een normaal plaspatroon gaat een kind overdag 5-7 keer per dag plassen. Als er sprake is van een overactieve blaas geeft de blaas te vaak signaal af dat hij vol is; bij sommigen kinderen kan dat wel 15-20 keer per dag zijn.
Kinderen met zindelijkheidsproblemen hebben herhaaldelijk last van ongelukjes. Het kan zijn dat je kind bijvoorbeeld poept of plast in bed of kleding. Sommige kinderen doen dit met opzet, maar het kan ook zijn dat dit per ongeluk gaat.
Wanneer we de cijfers van nu vergelijken met de cijfers van vroeger, dan is te zien dat de kinderen vroeger eerder zindelijk waren. Misschien wist je het al, maar wegwerpluiers zijn daar de reden van. Door het droge gevoel van wegwerpluiers ervaren kinderen een volle luier niet of minder snel als onprettig.
Terugval in zindelijkheid kan optreden als gevolg van veranderingen in het leven van het kind, zoals de komst van een nieuwe baby, verhuizing, het starten met school, stress of emotionele spanning. Deze veranderingen kunnen het kind uit balans brengen en een invloed hebben op het zindelijkheidsproces.
Laat uw kind elke dag op vaste tijden enkele minuten op het potje zitten zonder luier. Goede momenten zijn: als uw kind wakker wordt, als er signalen zijn/uw kind aangeeft dat het nodig moet, na het eten of drinken of bij weggaan of thuiskomen. Vertel iets leuks terwijl u uw kind op het potje zet.
Zet een potje neer
Zet het potje ergens in de kamer en laat je kind ermee spelen. Vertel af en toe waar het potje voor is. Zo raakt je peuter rustig gewend aan het idee. Misschien wil hij uit zichzelf wel proberen hoe hij op het potje moet zitten.
Vraag regelmatig aan je kind of hij moet plassen. Ongeacht het antwoord zet je hem best op regelmatige tijdstippen op het potje, bijvoorbeeld na elke maaltijd of voor het slapengaan. Uiteindelijk zal je kleintje zelf aangeven wanneer hij moet gaan. Leer herkennen wanneer je kind op het potje wil.
Zo lang mogelijk ophouden
Daardoor zijn ze eerder geneigd om zo lang als ze het volhouden, hun plas te proberen in te houden. En onderschat niet hoe lang kinderen dat kunnen volhouden: dat kan variëren van een paar uur, tot bijna de hele dag!