Het alpineskiën is ontstaan toen de ski (ontstaan in Noorwegen) zijn weg vond naar de steilere en hogere Alpen (eind 19de eeuw). Al snel bleek dat het voor de lange afdalingen praktischer is de voet vast te klemmen op de ski.
Het skiën zoals we nu kennen is uitgevonden door Sondre Norheim, uit Telemark in Noorwegen. Voorheen werd er alleen gelanglauft op houten latten en je voeten waren losjes vastgebonden met rubberen touwtjes.
Duizenden jaren geleden werd het skiën uitgevonden in Scandinavië en Azië. Met de moderne variant van het skiën zijn we echter pas in Noorwegen begonnen rond het jaar 1850. Het was de Noor Sondre Norheim die de stijve skibindingen uitvond, die hij van de wortels van de berk haalde.
alpineskiën werkw. Verbuigingen: alpineskiedeVerbuigingen: gealpineskied sport waarbij men op ski's een heuvel of berg afdaalt Voorbeeld: `Hij ging in Zwitserland alpineskiën.
De slalom is een soort race in het alpineskiën. Het is een wedstrijd op tijd, waarbij de skiër een door kunstmatige hindernissen (poorten / palen) verzwaard parcours moet afleggen. De slalom vereist grote technische skivaardigheid en een goed ontwikkeld reactievermogen.
Omdat skiërs bij de afdaling snelheden van tot maximaal 130 km/h bereiken – op de “Streif” in Kitzbühel en bij de Lauberhorn in Zwitserland zelfs 140 km/h tot 160 km/h – is dit bovendien de meest riskante wedstrijd.
De snelheid kan oplopen tot wel 100 km/h en de skiërs maken verre sprongen. In tegenstelling tot slalom en reuzenslalom, kent de super G maar 1 run.
Oorspronkelijk waren ski's van hout, maar moderne ski's worden gemaakt van glasvezelversterkte kunststof of andere composietmaterialen, of een combinatie van hout en composietmaterialen.
Zo is een all mountain ski ongeveer gelijk aan of 10 cm korter dan de lichaamslengte, een slalom ski zo'n 15 cm korter en zijn off-piste ski's juist gelijk aan of 10 cm langer.
De Super Giant Slalom, kortweg Super G, is de op een na snelste vorm van alpineskiën, waarbij de skiërs een parcours in zo kort mogelijke tijd moeten afleggen. Deze discipline wordt sinds 1983 in wereldbekerverband afgewerkt. Sinds 1987 is er een wereldkampioenschap.
Een ski is een lange lat om over sneeuw of andere oppervlaktes te kunnen voortbewegen, skiën genaamd. Ski's werden oorspronkelijk gebruikt in Scandinavië waar men ze gebruikte om zich beter te kunnen verplaatsen over het besneeuwde land. Het woord ski is afkomstig van het oud-Noorse Skiða, dat 'rechte plank' betekent.
Geschiedenis. De meeste wintersporten zijn ontstaan als alternatief transportmiddel in de wintermaanden als de wegen en vaarwegen niet meer op normale manier begaanbaar waren. Zo wordt er al eeuwen geschaatst en gepriksleed om ijsvlakten makkelijker te kunnen oversteken.
De geschiedenis van de wintersport gaat terug naar 10.000 jaar geleden, toen de eerste rotstekeningen werden gemaakt van iets dat op skiënde mensen leek. De moderne wintersport heeft zich echter pas de laatste 100 jaar ontwikkeld.
Biatlon vindt zijn oorsprong in oefeningen voor Noorse soldaten; de eerste bekende wedstrijd vond plaats in 1767 tussen compagnies van de grenspolitie.
Ski's zitten tegenwoordig tussen 3 en 3,5 kg (inclusief binding). Dus 6 tot 7 kg per paar. Schoenen tussen de 4 en 5 kg.
Snelle of zware skiërs Heb je een zwaar lichaamsgewicht voor jouw lengte, ski je graag op hoge snelheid of ben je vaak te vinden in diepe sneeuw? Kies voor ski's die 5 tot 10 cm korter zijn dan je lichaamslengte. Beginners Een kortere ski is makkelijker te hanteren in bochten en geeft meer controle dan een lang model.
Als basislengte voor de ski's houden we aan dat de lengte van de latten 10-15 cm korter is dan je lichaamslengte. Ben je 1.80 m lang, dan ligt de basislengte van jouw ski's dus tussen de 1.65-1.70 m.
Een sport voor iedereen. Er zijn verschillende vormen van skiën. Denk aan freestyle skiën en alpineskiën. Officieel zijn snowboarden en langlaufen zelfs ook skisporten.
Toerskiën stamt uit de tijd dat er nog geen afgebakende skigebieden en skiliften bestonden. Voor de bewoners van bergstreken was het stijgen en dalen met ski's een manier om zich te kunnen verplaatsen voor hun dagelijkse activiteiten in het besneeuwde landschap. Dit evolueerde reeds in de 18de eeuw naar een sport.
Dat je tijdens het skiën enorme snelheden kunt behalen is je vast bekend. Gevorderde wintersporters kunnen vaak met gemak 70 tot 100 km/u halen.
Al deze variabelen hebben invloed op het aantal kilometers dat je op een dag kunt skiën. Toch lijkt een gemiddelde van 31 kilometer per dag best reëel.
Veel ervaren skiërs halen een gemiddelde snelheid van 40 tot 60 km/u en moeten dus met een veiligheidsafstand van minstens 10 tot 15 meter rekening houden!