Een koppelteken is een streepje.
Koppelteken. Het koppelteken wordt ook wel het verbindingsstreepje genoemd. Het koppelteken wordt gebruikt om samenstellingen of samenkoppelingen met elkaar te verbinden. Het streepje wordt ook wel divisie genoemd.
Een koppelteken is een leesteken dat onderdelen van samenstellingen of samenkoppelingen met elkaar verbindt. Het heeft de vorm van het kortste liggende streepje en komt daarmee uiterlijk overeen met het afbreekstreepje en het weglatingsstreepje: in de typografie wordt voor alle drie de tekens een divisie gebruikt (-).
Er komt een streepje tussen twee delen van een complex woord, als aan de ene of de andere kant van de grens tussen die twee delen speciale tekens voorkomen, zoals hoofdletters, cijfers, symbolen, leestekens, aanhalingstekens of typografische markeringen.
In de Nederlandse spelling hebben verschillende leestekens de vorm van een liggend streepje. Het korte liggende streepje (-) wordt onder andere gebruikt als koppelteken (man-vrouwverhouding), als afbreekteken (wa-ter) en als weglatingsstreepje (chocolade- en vanillepudding).
De lage liggende streep, oftewel de underscore, heeft in gewone teksten geen functie.
Het gedachtestreepje of aandachtsstreepje (–) is een leesteken dat de vorm heeft van een liggend streepje. Het wordt gebruikt ter afscheiding van een tussenzin of voor het aangeven van een onverwachte wending.
Antwoord. Gedachtestreepjes kunnen rond een korte zin (of zinsnede) staan die een lopende zin onderbreekt. Eén gedachtestreepje kan ook een inhoudelijke wending aangeven. Een gedachtestreepje is in principe langer dan een koppelteken en wordt met spaties gescheiden van woorden ervoor en erna.
Bestaat het woord uit twee losse woorden die een samenstelling vormen, dan schrijf je een koppelteken. Ontstaat er geen verwarring, dan schrijf je gewoon alles aan elkaar. Is het woord geen samenstelling, maar bijvoorbeeld een meervoud of een enkel woord, dan schrijf je een trema.
Samenstellingen met een naam als tweede deel krijgen een koppelteken. Zet in samenstellingen geen koppelteken tussen de delen van een meerdelige naam. Soms is een koppelteken tussen de naam en het grondwoord wenselijk voor de leesbaarheid, maar het is niet verplicht.
Goed zijn: aan elkaar, bij elkaar en met elkaar. Elkaar staat dus telkens los achter het voorzetsel. Een combinatie van een voorzetsel (zoals aan, bij en met) en elkaar schrijf je vrijwel altijd los.
Interpunctie is de term voor het gebruik van leestekens. Denk aan punten, komma's en uitroeptekens.
`medepassagiers, medeoprichter`, `Mede door uw schuld zijn wij in gebreke gebleven. ` Mede, ook wel honingwijn genoemd, is een alcoholische drank met honing als (enige) suikerhoudende grondstof.
Meestal wordt een gedachtestreepje gebruikt om een tussenzin aan te geven. Middenin een zin vertel je dan bijna achteloos iets tussendoor. Juist door die achteloze stijl krijgt de zin soms een extra lading.
Half kastlijntje (–) en heel kastlijntje (—)
Het halve kastlijntje is half zo lang. In tegenstelling tot Engelse teksten, wordt in Nederlandse teksten het kastlijntje en halve kastlijntje inwisselbaar gebruikt. De vaker gebruikte Engelse termen hiervoor zijn trouwens respectievelijk em-dash en en-dash.
Een weglatingsstreepje geeft aan wanneer een deel van het woord is weggelaten. Als er dus geen deel is weggelaten hoef je het streepje ook niet te plaatsen. Met andere woorden alleen als het oorspronkelijke woord aan elkaar werd geschreven schrijf je een streepje, waren het losse woorden, dan komt er geen streepje.
Samenstellingen met gelijkwaardige delen
Een samenstelling waarvan de eerste twee of drie delen gelijkwaardig zijn, krijgt een koppelteken tussen die delen.
Leestekens zijn tekens die je bij het schrijven gebruikt om een tekst begrijpelijker te maken, bijvoorbeeld een punt of een komma. Als je iets vertelt, kun je met pauzes, intonatie of gebaren duidelijk maken wat je bedoelt. In geschreven taal doe je dit met punten, komma's, vraagtekens en andere leestekens.
De underscore (_) (Engels voor 'onderstrepen'), ook wel onderstrepingsteken, laag streepje of onderstreepje, is een typografisch teken met de ASCII-waarde 95.
De officiële benaming van het teken is 'ampersand'. Dat is waarschijnlijk een samentrekking van het Latijn/Engels 'et, per se and', hetgeen staat voor 'et betekent and' ('et betekent en').
Een samenstelling maak je door twee of meer woorden aan elkaar te plakken. Meestal zijn dat zelfstandige naamwoorden. Of je woorden aan elkaar schrijft kun je meestal horen. Bij sommige samenstellingen moet je een extra letter gebruiken.