Je hebt hem vast wel eens zien rijden of misschien heb je er weleens van gehoord; de Rapid Responder van AmbulanceZorg Rotterdam-Rijnmond (AZRR). De Rapid Responder is een klein ambulancevoertuig, waarin een ambulanceverpleegkundige alleen rijdt.
De ALS ambulance wordt ingezet voor spoedzorg en dient gezien de ernst van de melding binnen 15 minuten (A1) of 30 minuten (A2) ter plaatse te zijn. Het is een rijdende eerste hulp en wordt ingezet voor situaties waar dringend medische hulp vereist is.
Een ambulance is een auto voor het vervoer van zieken en gewonden, ook wel ziekenauto of ziekenwagen genoemd. In bredere zin verstaat men onder 'ambulance' een voertuig dat: medische hulpverleners en hulpmiddelen kan vervoeren naar een plaats waar behoefte is aan spoedeisende hulp.
Een spoedrit is in opdracht van de meldkamer.Gezien de ernst van de melding dient de ambulance hierbij binnen 15 minuten (A1) dan wel 30 minuten (A2) ter plaatse te zijn. De meldkamer stelt de classificatie vast.
Wat is niet-spoedeisende ambulancezorg (B-inzet)?
De ambulance wordt ingeschakeld om bijvoorbeeld een patiënt te vervoeren van de ene zorginstelling naar de andere of een patiënt vanuit huis liggend te vervoeren naar therapie of behandeling.
De ambulancebemanning moet binnen 30 minuten ter plaatse te zijn. B1 rit - Planbare rit van patiënt die voor onderzoek of behandeling naar en van de ziekenhuizen gebracht moeten worden. Mogelijk is onderweg medische behandeling nodig. B2 rit - Planbare rit waarbij de patiënt geen medische behandeling nodig heeft.
De Rapid Responder is een klein ambulancevoertuig, waarin een ambulanceverpleegkundige alleen rijdt. Door het kleinere formaat van het voertuig kan de Rapid Responder zich onder meer sneller verplaatsen door het verkeer.
Zó word je ambulancechauffeur
Daarnaast is het belangrijk dat je in het bezit bent van een diploma ambulancechauffeur (of bereid zijn dit te halen) en een geldig EHBO- en reanimatiediploma. Ook moet je in het bezit zijn van een C1 rijbewijs en minimaal drie jaar rijervaring hebben.
Als je een noodnummer belt, wacht dan rustig het antwoord af, maar haak zeker niet in!! Als je per ongeluk een noodnummer hebt gebeld, hang ook dan niet op, maar zeg aan de operator dat alles in orde is. Zo is de operator er zeker van dat er geen sprake is van een noodgeval.
Een ambulance rijdt alleen met sirene en zwaailicht wanneer de ambulance een spoedmelding heeft. Als je een ambulance zonder sirene en zwaailicht ziet rijden, is de melding dus niet spoedeisend. Bijvoorbeeld bij vervoer van het verpleegadres naar het ziekenhuis.
"Dat is heel belangrijk voor de veiligheid van het personeel en voor de snelheid waarmee slachtoffers kunnen worden vervoerd", aldus De Block. Daarom komen er ambulances met verschillende basiskleuren: gele voor dringende hulpverlening en witte voor niet-dringend ziekenvervoer.
Als een ambulance hulp nodig heeft zijn er ook ondersteunende auto's of helikopters. Dit zijn teams die makkelijker op de plaats waar ze moeten zijn kunnen komen. Ze hebben vaak medicijnen, bloed (voor bloedtransfusies) en andere hulpmiddelen bij zich, die niet standaard in een ambulance zitten.
Bij 99 van 100 reanimaties/ernstige ongevallen komen twee ambulances ter plaatse; de 1e ambulance draagt zorg voor de patiënt en de 2e ambulance biedt extra handen voor de medewerkers van de 1e ambulance. Bovendien staan deze ambulancemedewerkers de familieleden en burgerhulpverleners bij.
A1: Spoedvervoer met zwaailicht en sirene.
Bij A1-vervoer is er sprake van een levensbedreigende situatie. Levensbedreigende situaties zijn bijvoorbeeld een groot ongeval, ernstige verwondingen, een hartstilstand of een hersenbloeding.
Als ambulanceverpleegkundige geef je zorg en verpleging voor en tijdens het vervoer van een patiënt naar het ziekenhuis. Samen met de ambulancechauffeur beman je een ambulance. Vanuit de meldkamer krijg je meldingen binnen. Dit kunnen spoedritten zijn en minder urgente ritten, zoals besteld vervoer.
Om ambulancechauffeur te kunnen worden moet je in het bezit zijn van minimaal een MBO Diploma niveau 3 of gelijkwaardig. Ook moet je je rijbewijs (c1) hebben. Naast deze diploma's dien je ook bereid te zijn om jouw EHBO-diploma te behalen, inclusief levensreddend handelen.
Ook ambulancechauffeurs zijn vrijgesteld van Code95. Gaat u het C1 rijbewijs beroepsmatig gebruiken voor (commercieel) goederenvervoer dan heeft u naast het rijbewijs C1 ook de aanvulling Code95 op het rijbewijs nodig.
Een voorrangsvoertuig moet u altijd voor laten gaan. Je herkent een voorrangsvoertuig aan de tweetonige hoorn en aan het blauwe zwaai-, flits-, knipperlicht. Denk aan politie, brandweer en ambulance. Blijf rustig als een voorrangsvoertuig nadert.
Ambulances daarentegen hebben gele kentekenplaten, terwijl die ook personen vervoeren, dus zou ik juist daar ook blauwe platen verwachten. Welke criteria liggen hieraan ten grondslag? ' Autoredacteur Niek Schenk antwoordt: 'Blauwe kentekenplaten zijn voorbehouden aan taxivervoer.
Een AED dient automatisch een elektrische schok toe waarmee het hart sneller weer in het normale ritme komt. Hiermee wordt de overlevingskans voor patiënten groter. Alle ambulanceposten van Kijlstra Ambulancezorg hebben een AED, die burgerhulpverleners kunnen ophalen in geval van nood.
Het grootste deel van de kosten van een ambulancerit bestaat dan ook uit 'beschikbaarheidskosten': kosten die gemaakt worden om ervoor te zorgen dat een volledig met medische inrichting uitgeruste ambulance-eenheid 24 uur per dag beschikbaar is om - in spoedgevallen - tijdig ter plaatse te kunnen zijn.
Een ambulancerit (spoed) komt gemiddeld neer op ongeveer 600 euro. De prijs van spoedvervoer per ambulance wordt mede bepaald door het aantal kilometers dat de ambulance gereden heeft en een toeslag voor de meldkamer die de rit coördineert.
U betaalt geen eigen bijdrage voor het vervoer met een ambulance.
Prio (-1, -2 en -3)
Prio 2 is minder dringend maar er mogen eventueel signalen worden gevoerd en fietspaden en trottoirs worden gebruikt. Prio 3 is het minst ernstig; geen signalen en geen (aanvullende) voorrang op andere verkeersdeelnemers.