Vrouwen overlijden vaker dan mannen aan een beroerte en hartfalen, terwijl mannen een acuut hartinfarct vaker niet te boven komen. Wel daalde het sterftecijfer voor mannen in veertig jaar tijd met maar liefst 70 procent; voor vrouwen is dat 61 procent.
Het percentage patiënten dat 5 jaar na een hartinfarct nog in leven is ligt tussen 49-75%; na 10 jaar is dat tussen 29-56% (tabel 1).
Wie wordt getroffen door een hartinfarct, een hartstilstand of een andere hart- of vaatziekte heeft in de loop der jaren een steeds grotere kans gekregen om dat te overleven. Sinds 1980 is het sterftecijfer voor mannen gedaald met 70 procent en voor vrouwen met 61 procent.
Het herstellen van een hartinfarct, een dotter- of een stentbehandeling duurt globaal een half jaar tot een jaar. Naast het lichamelijke herstel moeten alle gebeurtenissen ook emotioneel een plekje krijgen. U moet weer vertrouwen krijgen in uw eigen lichaam en in het leven. Het kost tijd om dit te verwerken.
Een hartinfarct kan ook optreden zonder dat u klachten hebt. Dat noemen we een stil infarct. Het kan leiden tot (levensbedreigende) hartritmestoornissen en tot hartfalen doordat uw hart niet meer voldoende pompt.
Bij een hartinfarct kan het bloed niet meer naar een deel van het hart stromen. Dit komt door een vernauwing of verstopping in 1 of meer slagaders rond het hart. Dat deel van het hart krijgt dan geen zuurstof meer en raakt beschadigd. Een hartinfarct heet ook wel een hartaanval.
Signalen. Een belangrijk signaal van een hartinfarct is een aanhoudende drukkende pijn midden op de borst. Deze beklemmende pijn op de borst gaat vaak samen met: uitstralende pijn naar de linker, soms de rechterarm of beide armen, maar ook naar de schouders, hals, kaak, schouderbladen of maagstreek.
Door een hartinfarct krijgt je hart een enorme optater. Het kan daarom zijn dat je, eenmaal opgeknapt, er toch rekening mee moet houden dat je blijvend schade aan je hart hebt opgelopen.
Als u behandeld bent aan een hartinfarct met dotteren en/of medicijnen, dan wordt u opgenomen op de hartbewaking. U krijgt medicijnen, zoals bloedverdunners, en uw hartritme wordt in de gaten gehouden. Na ongeveer 24 uur begint u met hartrevalidatie. U kunt na ongeveer een week naar huis.
Mannen hebben tussen hun 55e en 65e een grotere kans op een hartinfarct dan vrouwen. Vrouwen zijn vaak ouder als ze een eerste infarct krijgen.
Hevige of langdurige stress is een risicofactor voor hart- en vaatproblemen, zoals slagaderverkalking, hoge bloeddruk, vaatkramp, hartinfarct en hartritmestoornissen.
Houd je hart veilig
Verrassend genoeg zijn jonge, werkende mensen het meest vatbaar voor de maandag, voor hen gold een hoger risico van maar liefst 20%. Wat betreft de verschillende maanden in een jaar: december was het meest risicovol, juli het minst.
Bij een hartinfarct is er vaak een drukkende, beklemmende pijn midden op de borst. Dit kan bij zowel inspanning als in rust voorkomen. Deze pijn kan uitstralen naar de linkerarm of kaak, maar soms ook naar de rug of rechterarm. Bij een hartinfarct duurt de pijn langer dan 5 minuten.
Na een hartinfarct wordt aangeraden minimaal 4 weken niet te werken. Deze periode kunt u goed gebruiken om te herstellen.
Gezonde voeding en voldoende rustperiodes inlassen, zijn dus de beste manier om onze bloedvaten gezond te houden en een hartaanval te voorkomen. Soms kunnen ook geneesmiddelen, zoals aspirine of cholesterolverlagers, verlichting brengen. Raadpleeg hiervoor uw huisarts.
gevoel dat het hart heel snel of heel hard klopt. pijn in de rechterschouder of rechterarm. pijn in de kaak. pijn boven in de buik of een gevoel van brandend maagzuur.
Toch lukt dat niet altijd even goed. Ondanks alle medicatie lopen hartpatiënten een grote kans op herhaling en zelfs op overlijden. 'Een eerste hartinfarct zou wel eens anders kunnen ontstaan dan een tweede' licht Folkert Asselbergs toe.
Na een paar maanden kunt u een afspraak maken met uw huisarts om te bespreken hoe het met u gaat. Daarna komt u ongeveer 2 tot 4 keer per jaar voor controle bij uw huisarts.
Het meest voorkomende signaal is een drukkende pijn op de borst die uitstraalt naar de armen, schouderbladen, hals, kaak of maagstreek.Ook zweten en misselijkheid of braken komt voor.
Als een hartspier te weinig zuurstof krijgt, kunt u pijn op de borst krijgen of hartkramp.
Een inspanningstest wordt meestal op de fiets (hometrainer) gedaan. Soms is het mogelijk de test op een loopband te doen. Tijdens de test krijgt iemand plakkers (elektroden) op de borst. Die zijn verbonden met het ECG-apparaat om hartfilmpjes te maken.
De belangrijkste hartenzymen die na een hartinfarct zichtbaar worden in het bloed, zijn troponine en CK-MB. Bij een bloedonderzoek na een hartinfarct wordt o.a. gekeken naar de waardes van deze hartenzymen. Bij de verdenking op een hartinfarct, wordt er een buisje bloed afgenomen.
Het stellen van de diagnose begint al in de ambulance of op de Spoedeisende Hulp. Daar wordt vaak al een hartfilmpje gemaakt. Een hartfilmpje (ECG) en een bloedonderzoek kunnen het vermoeden van een hartinfarct bevestigen. Soms is het hartinfarct al duidelijk op het hartfilmpje te zien.