Gebruik de koppeling niet onnodig – ga niet voor een verkeerslicht staan met de koppeling ingetrapt. Zet de auto in neutraal en trek de handrem aan. Laat de koppeling niet opkomen – de koppeling moet tijdens het rijden volledig ingedrukt of volledig losgelaten zijn. Geef geen gas voordat de versnelling is ingeschakeld.
Wat doet de koppeling? De koppeling verbindt de motor met de aangedreven wielen. In een auto met manuele schakelbak maak je die link door het koppelingspedaal los te laten. Op die manier ontstaat er een verbinding tussen de motor en de versnellingsbak die nodig is om de wielen aan te drijven.
Met het koppelingspedaal druk je het druklager tegen deze veren. Door de hefboomwerking trekt de drukgroep iets terug en komt de koppelingsplaat nét helemaal vrij, waardoor de aandrijving wordt verbroken. Koppeling op, de boel schuift weer in elkaar en de auto rijdt.
Ga je remmen om te stoppen dan moet je wanneer de snelheid klein is (zo'n 25/40 km p/u ) ook het koppelingspedaal intrappen anders slaat de motor af. Als je met zeer geringe snelheid rijdt zo ongeveer 20/25 km p/u moet je bij het remmen direct het koppelingspedaal intrappen.
Om te schakelen moet je de koppeling intrekken, het gas loslaten en ondertussen het schakelpedaal bedienen. De koppeling zit achter het linkerhandvat, het schakelpedaal zit bij je linkervoet. Wanneer je het schakelpedaal een positie naar beneden drukt gaat de motor in de eerste versnelling.
Wanneer je stationair rijdt (is iets onder de 1000 toeren) mag wel eerst ontkoppeld worden en daarna worden geremd.Je snelheid is dan zo laag dat dit geen gevolgen heeft voor de remweg.
1e versnelling: Gebruikt bij het starten vanuit stilstand, geschikt voor snelheden tot 10-20 km/u. 2e versnelling: Geschikt voor snelheden tussen 20-40 km/u. 3e versnelling: Optimaal voor snelheden tussen 40-60 km/u. 4e versnelling: Gebruik deze versnelling bij snelheden van 60-80 km/u.
Met koppeling ingetrapt, heeft de startmotor het wat gemakkelijker (kan vooral helpen als je accu wat minder is/wordt) > Je kunt langer 'doorstarten' als je de koppeling intrapt bij het starten waardoor de kans dat de auto aanslaat voordat de accu het niet meer trekt groter is.
Van 5 naar 2 is nogal een grote stap met een te groot verschil in toerentallen. In extreme gevallen kan het maar dan loeit de motor wel even als je wat te vroeg naar 2de schakelt en de snelheid nog niet echt past bij 2de.
Geen voet op koppeling
Het is raadzaam om het koppelingspedaal alleen kort in te trappen wanneer dit echt nodig is. Het aanraken of licht intrappen van het pedaal leidt al tot hogere slijtage en een kortere levensduur.
Houd het koppelingspedaal even vast bij het aangrijpingspunt 2 á 3 seconden is genoeg. Zo kom je geleidelijk op gang zonder schokken of afslaan van de motor. Doe dit ook na het overschakelen vang de koppeling op.
Mogelijkerwijs voelt je koppeling zacht of sponzig aan wanneer je erop trapt. Let er bij het rijden eens op hoe de koppeling aanvoelt bij bediening. Omdat je weet hoe hij normaal gezien aanvoelt, weet jij heel goed wanneer er een probleem is. Op den duur grijpt de koppeling steeds verder onderin de pedaalslag.
De koppeling kan kapot gaan of op een gegeven moment versleten raken. Des te meer u schakelt, des te sneller zal er slijtage ontstaan. Andere oorzaken van een versleten koppeling kunnen zijn een lekkende versnellingsbak, een te laag oliepeil of een verkeerde manier van schakelen.
Lang parkeren: in de versnelling
Als u uw auto lange tijd niet gebruikt, parkeert u de auto door hem in de eerste versnelling te zetten. Hierdoor is de auto niet gemakkelijk in beweging te krijgen. Wordt de handrem wel gebruikt tijdens langdurig parkeren, dan loopt u kans dat de handrem vastroest.
Met de soepele benzinemotoren van tegenwoordig kun je gemakkelijk van 3 naar 5.Maar doe dat vooral niet, want het kan je duur komen te staan. Steeds minder nieuwe auto's hebben een handgeschakelde versnellingsbak. Een automaat is wel zo comfortabel, zeker in druk verkeer of in de file.
Rijdt u 50 km/u in de vijfde versnelling of in de tweede versnelling? Hiermee kunt u namelijk zo'n 50% brandstof besparen. Schakel daarom altijd naar de hoogst mogelijke versnelling. Let er wel op dat té vroeg schakelen de motor kan vervuilen of zelfs beschadigen.
Als er te snel wordt geschakeld, wrijft de synchronisatiering tegen het tandwiel, wat leidt tot grotere slijtage of zelfs tot breuk. Als je te snel schakelt, komen de synchronisatieringen onder druk te staan. In extreme gevallen breken de bevestigingslipjes. Beide leiden tot dure gevolgschade.
Niet starten met de koppeling ingetrapt. De lagers van de krukas zijn nog niet gesmeerd en zullen sneller slijten. Voor het stoplicht ook de koppeling niet ingedrukt houden. Dit geeft ook axiale speling /slijtage op de krukas.
Schakelen tussen versnellingen
Het schakelen tussen de versnellingen werkt vrijwel hetzelfde als de auto in de eerste versnelling zetten. Druk het koppelingspedaal weer volledig in en schakel naar een hogere versnelling. Laat het pedaal ook hier niet te snel omhoogkomen. Doe je dit wel, dan begint de auto te stotteren.
Stoppen langs de rechter kant van de weg:
Afremmen: Het liefst zo min mogelijk op de doorgaande weg. Maar niet ten koste van alles. Dus alleen wanneer je veel ruimte hebt stuur je eerst naar de kant van de weg en daarna rem je af. Zet de auto rustig zonder schok stil naast de stoeprand.
Indien je een stoplicht nadert, wat kan je dan het beste doen? (wat betreft brandstof besparen en zo min mogelijk slijtage). 1. In de versnelling blijven (bv 5), gas los, evt bijremmen en op het laatst de koppeling indrukken ivm lage toeren en daarna terugschakelen (2 of 1).
Schakelen is een lastige handeling tijdens het autorijden, aangezien je snel moet kunnen reageren en goed vooruit moet plannen. Dit combineren in het verkeer kan voor sommige mensen net te moeilijk zijn. Over het algemeen kunnen de meeste mensen het leren tijdens rijlessen.
Kijk links , voor en rechts om te zien wat voor verkeer er op, voor en na de rotonde rijdt, fietst of loopt. Pas je snelheid aan! De meeste rotondes nemen we in de 2e versnelling. Zorg dat je voor de rotonde je snelheid aangepast hebt.