Bij een BMI van 25 tot 30 spreken we van overgewicht. Boven de dertig wijst op obesitas. En als je BMI boven de 40 is, noemen we dat morbide obesitas: een ernstige vorm van overgewicht.
Een BMI tussen 18,5 en 24,9 is ideaal. Een BMI tussen 25 en 29,9 is overgewicht. Een BMI boven de 30 duidt op overgewicht.
Dit komt doordat er te weinig lichamelijke activiteit is. Body Mass Index (BMI) BMI wordt gedefinieerd als het gewicht in kilo's gedeeld door het kwadraat van de lichaamslengte in meters (kg/cm2). Een BMI van 40 of meer, of een BMI vanaf 35 met gezondheidsproblemen, wordt beschreven als morbide obesitas.
Zo geeft obesitas een grotere kans op diabetes, een verhoogd cholesterolgehalte en een verhoogde bloeddruk. Die factoren vergroten het risico op hart- en vaatziekten, zoals een hartinfarct of een beroerte. Ook is er sprake van een verhoogd risico op het krijgen van sommige vormen van kanker.
BMI 30,0 – 34,9
Probeer je gewicht te verlagen. Door gezond te eten en meer te bewegen, verlaag je het risico. Elke kilo minder telt. Je vermindert de gezondheidsrisico's al door 5 tot 15 procent van je gewicht af te vallen.
Bij het cutten ga je met je voeding 200 tot 500 kcal onder je dagelijkse caloriebehoefte zitten. 200 kcal als je niet veel gewicht hoeft te verliezen en 500 kcal als je veel vetmassa kwijt moet raken. Als je begint met het cutten dan ga je in eerste instantie 200 kcal onder je dagelijkse caloriebehoefte zitten.
Spiermassa bestaat vooral uit eiwitten en vocht is ongeveer 18% zwaarder dan vetmassa per gelijk volume. De dichtheid is hiervoor bepalend. De dichtheid van spiermassa is gemiddeld 1,06 gram per kubieke cm. De dichtheid van vetmassa is 0,9 g/cm3.
Bij een BMI van 25 tot 30 spreken we van overgewicht. Boven de dertig wijst op obesitas. En als je BMI boven de 40 is, noemen we dat morbide obesitas: een ernstige vorm van overgewicht.
Sommige ziektes, zoals een langzaam werkende schildklier of het syndroom van Cushing, kunnen ook een rol spelen bij het ontstaan van overgewicht. Soms ontstaat obesitas door een foutje in een gen. Of is obesitas een kenmerk van een erfelijke ziekte, zoals het Prader-Willi syndroom of het Bardet-Biedl syndroom.
Mensen die te weinig wegen, lopen een twee keer zo groot risico op vroegtijdig overlijden als mensen met een gezond gewicht. Mensen met overgewicht of obesitas hebben 1,2 en 1,3 keer zo veel kans. Dat blijkt uit een onderzoek van het St. Michael's Hospital.
Een voorbeeld ter berekening. Die is van een vrouw van 175 cm. Neem je 175 – 100 dan hou je 75 kilo als bovengrens aan en ongeveer 18% van 75 is 13,5 kilo eraf als benedengrens. Zo mag deze vrouw dan tussen 61,5 en 75 kilo wegen.
Voor patiënten met een BMI van > 35 kg/m2 en een aan obesitas-gerelateerde co-morbiditeit kan een metabole operatie zinvol zijn. Patiënten hebben veelal een geschiedenis met diverse pogingen om tot een fors gewichtsverlies te komen maar zonder blijvend resultaat.
Bij een BMI tussen de 18,5 en 25 heb je een gezond gewicht. Heb je een BMI tussen de 25 en de 30, dan heb je overgewicht en neemt de kans op aandoeningen als diabetes en hart- en vaatziekten toe. Bij een BMI boven de 30 is er sprake van obesitas.
"Door in de ik-vorm en vanuit je eigen gevoel te praten. Zeg bijvoorbeeld: 'Ik heb het idee dat je bent aangekomen en ik maak me zorgen om je gezondheid. ' Het is belangrijk dat je partner zich veilig voelt; maak bijvoorbeeld duidelijk dat die extra kilo's niet het einde van de relatie betekenen."
uw gewicht.
Een maagverkleining kan: bij een Body Mass Index (BMI) van meer dan 40. bij een BMI van 35 of hoger met ziektes erbij die verergeren door overgewicht, zoals diabetes, hoge bloeddruk of slaapapneu.
Loop je op een gemiddelde wandelsnelheid van vijf kilometer per uur – dat is stevig wandelen, dus niet rustig – dan verbrand je al snel vier calorieën per kilogram lichaamsgewicht. Iemand van 60 kilogram kan na een uur dus maar liefst 240 calorieën afstrepen. Dat staat gelijk aan een roze koek of een saucijzenbroodje.
Het kan bij zowel krachttraining als duursport voorkomen dat je op de weegschaal geen verschil ziet of zelfs in kilo's aankomt. Dat kan komen omdat je meer spierweefsel ontwikkelt. Laat je dus niet ontmoedigen. Als je intensief sport, kan je er vanuit gaan dat je vetmassa kwijt bent.
Meer spiermassa door sport
Ook kan het zijn dat je door veel te sporten meer spieren hebt gekregen. Spieren zijn zwaarder dan vet en daarom lijkt het alsof je minder snel afvalt. Val je niet (meer) af ondanks dat je gezond minder eet en voldoende beweegt, bezoek dan een diëtist voor persoonlijk advies.