Een obductie is te vergelijken met een operatie en wordt zo uitgevoerd dat er achteraf vrijwel niets meer van te zien is. De wond wordt afgedekt met pleisters. De patholoog voert het onderzoek vanzelfsprekend op een respectvolle manier uit. Aan een obductie zijn geen kosten verbonden.
In principe is het zo dat de kosten voor lijkschouw voor rekening van de nabestaanden/erfgenamen zijn. Dat is zo wanneer sprake is van een natuurlijke dood en alleen de huisarts langskomt. Die kan gewoon een rekening voor een visite sturen.
De obductie duurt ongeveer drie uur. Daarna haalt de begrafenisondernemer de overledene op voor de voorbereidingen voor opbaring en begrafenis of crematie. Een obductie heeft meestal geen enkele invloed op de gang van zaken rond begrafenis of crematie.
De obductie kan het beste kort na het overlijden gebeuren. Dan is de verkregen informatie het meest betrouwbaar en is het beste resultaat van het onderzoek te verwachten. Daarom vindt de obductie liefst binnen 24 uur na het overlijden plaats. In het Radboudumc bij voorkeur op de eerstvolgende werkdag.
Wat is obductie? Obductie is onderzoek van het lichaam na overlijden. Het wordt ook wel een sectie of autopsie genoemd. Het onderzoek wordt verricht door een patholoog, een arts die gespecialiseerd is in deze vorm van onderzoek, in samenwerking met een arts in opleiding tot patholoog.
Weefsel van organen wordt vernietigd, lichaamscellen worden in hoog tempo afgebroken, de huid verkleurt en raakt los. Vet neemt de langste tijd om te verteren, dus billen en dijen zitten er als laatste aan. Na zo'n tien jaar is alleen het skelet nog over.
Als nabestaanden dit laatste bezwaarlijk vinden, kunnen zij dit bespreken met de arts. Er kan dan bijvoorbeeld een gedeeltelijke obductie plaatsvinden. In de meeste ziekenhuizen wordt voor hersenonderzoek apart toestemming gevraagd aan de nabestaanden. Dit is niet wettelijk verplicht.
Bij een obductie of autopsie opent de patholoog het lichaam van de overledene en inspecteert de organen. Daarna worden de organen 1 voor 1 uit het lichaam genomen, gewogen een aan de binnenkant geïnspecteerd. Ook neemt de patholoog uit elk orgaan een stukje weefsel voor onderzoek.
Dat onderzoek – zoals microscopisch en toxicologisch onderzoek - kan enige weken tot enkele maanden duren. Als de patholoog de resultaten heeft ontvangen, stelt deze het definitieve sectierapport op. Vervolgens stuurt de patholoog het definitieve sectierapport naar de officier van justitie.
Waar vindt autopsie plaats? De autopsie heeft plaats in de sectieruimte van een mortuarium, veelal een ziekenhuismortuarium. Een forensische sectie kan plaatsvinden in de sectieruimte van een mortuarium, maar vindt in Nederland meestal plaats in het Nederlands Forensisch Instituut (NFI).
Reacties. Dat heet postmortale zorg, of ook wel afleggen.
Om Patholoog te worden, moet je eerst de zesjarige WO-opleiding Geneeskunde doen. Hiervoor geldt een numerus fixus. Je moet op het VWO in elk geval het profiel Natuur & Gezondheid of het profiel Natuur & Techniek hebben gedaan. Na de opleiding Geneeskunde moet je je nog zo'n vijf jaar specialiseren tot Patholoog.
Indien er geen opdrachtgever is of er zijn geen nabestaanden die de uitvaart willen betalen, dan is de gemeente waarin de overledene zich bevindt verantwoordelijk. De gemeente zal de kosten echter verhalen bij de familie of gebruikt hiervoor het nalatenschap van de overledene.
Erfgenamen moeten de kosten van de uitvaart betalen, of vergoeden aan de opdrachtgever. Ook als die kosten hoger zijn dan de waarde van de erfenis. Zij moeten dan uit eigen zak betalen. Wie niet wil (mee)betalen aan een uitvaart, moet dus zorgen dat hij geen erfgenaam is.
U mag zelf bepalen hoe u uw eigen afscheid regelt. U kunt uw wensen voor uw uitvaart vastleggen met een verklaring en een uitvaartverzekering afsluiten. Een uitvaartondernemer (ook wel begrafenisondernemer genoemd) is niet verplicht.
Na het overlijden van een patiënt kan een arts een autopsie aanvragen. De redenen om de doodsoorzaak te laten vaststellen, variëren. Zo kan het bijvoorbeeld van belang zijn voor de nabestaanden die aan een soortgelijke aandoening kunnen lijden.
Er is in ieder geval sprake van een 'niet-natuurlijke dood' bij een overlijden als direct of indirect gevolg van een ongeval, geweld of een andere van buiten komende oorzaak, een misdrijf of zelf- moord.
Een patholoog voert de obductie uit. Een patholoog is een arts die gespecialiseerd is in deze vorm van onderzoek. Voordat de patholoog aan de obductie begint, onderzoekt hij het lichaam eerst uitgebreid van buiten: het uitwendig onderzoek.
Een schouwarts onderzoekt een sterfgeval en stelt vast of iemand inderdaad is overleden. Dit proces noemt men ook wel de lijkschouwing. Bij de lijkschouwing onderzoekt de schouwarts of er sprake is van een natuurlijke doodsoorzaak. Als de arts hierover twijfelt, moeten er specifieke stappen ondernomen worden.
lijk: het lichaam van een overledene of doodgeborene; b. doodgeborene: de na een zwangerschapsduur van ten minste 24 weken levenloos ter wereld gekomen menselijke vrucht; c.
Een patholoog is net als een internist of chirurg een medisch specialist. Hij onderzoekt weefsel en cellen van patiënten. Dit weefsel- en celmateriaal ontvangt de patholoog van andere medische specialisten zoals chirurgen, longartsen, huidartsen, huisartsen of maag-darm-leverartsen.
Hier bestaan geen regels voor. Om een overledene wel of niet thuis op te baren is een vrije keuze. Ook om hem 's nachts alleen te laten. De meeste mensen laten een overledene niet alleen in huis en zorgen voor een wake; dat is een kwestie van gevoel.
Het lichaam laat methaanthiol vrij gedurende het ontbindingsproces. Methaanthiol ruikt naar zweetvoeten en rotte witte kool. Dimethyldisulfide is een stinkend gas dat voortkomt via vele bronnen, zoals bacteriën, schimmels, planten, en dieren.
Ook al begrijpt de stervende waarschijnlijk niet alles meer wat wordt gezegd, waarschijnlijk hoort hij wel alles en blijft hij tot op het laatst gevoelig voor geluid. Rust rondom de stervende is belangrijk. Aanraking kan rustgevend zijn, maar dit verschilt per persoon en per moment.