De ene fles heeft een diepere ziel dan de ander, een fles zonder ziel zul je nooit vinden. Zonder ziel zou de fles namelijk niet stabiel staan op een hobbelige bodem en is hij een stuk breekbaarder. De volgende regel is vaak toepasbaar: hoe ouder de fles, hoe dieper de ziel.
De uitstulping zorgt ervoor dat tijdens het schenken, het kolken onderin de fles wordt verminderd. Hierdoor blijft het bezinksel langer in de fles en blijft de wijn in het glas helder. De holle bodem van een wijnfles noemen ze de 'ziel'.
Om te beginnen gaat het verhaal dat de flessen die glasblazers vroeger bliezen een bolle onderkant kregen. Met een bolle onderkant wordt het natuurlijk lastig de fles rechtop neer te zetten, dus duwden ze de bolle onderkant naar binnen en zo kwam de ziel in de fles.
In wijnflessen bevindt zich vaak een ronde instulping in de bodem. De holte die dan onder de fles aanwezig is noemt men de ziel van de fles. Geen enkele wijnfles heeft een volkomen vlakke bodem; deze zou kwetsbaar zijn voor breuk en de fles zou niet stabiel staan op een hobbelige ondergrond.
Wijn inschenken
Een wijnfles moet je vasthouden aan de onderkant van de fles wanneer je gaat inschenken. Je vult het glas tot minder dan de helft of tot aan het punt waar het glas het breedst is. Draai de wijnfles een kwartslag om om druppels te vermijden.
Vollere witte wijnen mogen iets warmer geserveerd worden, namelijk tussen de 10 en 14 graden. Een jonge, fruitige rode wijn komt het best tot zijn recht bij 14 tot 16 graden en een oudere, complexe rode wijn schenk je het liefst in op een temperatuur van tussen de 16 en 18 graden.
Als het einde van de kurk vochtig is, weet je dat de wijn niet is geoxideerd. Flessen waar een kurk in zit worden tijdens het bewaren op hun zij neergelegd. De kurk zet uit in de hals van de fles en voorkomt zo dat er zuurstof in de fles komt.
Droesem – ook wel depot, moer of bezinksel genoemd – is de drab van vaste stoffen die in wijn achterblijft na het gistingsproces (de fermentatie) of na een bepaalde tijd van rijping | opvoeding van de wijn. De droesem kan bestaan uit wijnkristal, wijnsteenzuur, kleurstoffen en tannines.
Een geopende fles wijn ontwikkelt zich snel: na 3-4 dagen zijn de meeste wijnen geoxideerd. Bij rode wijn is de smaak na 1 dag al niet meer lekker. Wijn verliest namelijk aroma en de smaak wordt steeds zuurder. U wordt echter niet ziek van het drinken van wijn dat eigenlijk niet meer goed is.
Een oude wijn zal echter nooit slecht voor de gezondheid worden! Gebruik te oude wijn liever niet voor sauzen en stoofschotels als het recept wijn vermeldt. Het is dan een ingredient van mindere kwaliteit, en daarmee maak je geen goede gerechten. Wel is het mogelijk om de wijn te gebruiken als azijn.
De smaak van een 'bedorven' wijn vergeet je nooit meer. Als je een slok neemt van een wijn die niet meer goed is, proef je azijn. Het is een scherpe en zure smaak.
Wijn verliest namelijk aroma en de smaak wordt steeds zuurder. U wordt echter niet ziek van het drinken van wijn dat eigenlijk niet meer goed is. Echter is de smaak ervan niet lekker.
Sommige wijnen hebben meer sulfiet nodig voor de conservering dan andere, bijvoorbeeld zoete wijnen. Vanwege de negatieve aspecten van sulfiet, het is uiteindelijk een giftige stof, niet alleen voor micro-organismen, maar ook voor de mens bij hogere doseringen, gebruiken sommige wijnmakers helemaal geen sulfiet.
De juiste bewaartemperatuur
Wijn kan het best liggend worden bewaard om de kurk niet te laten uitdrogen. Bewaar de flessen in een donkere en relatief koele omgeving waar de temperatuur niet schommelt. Het beste is een bewaartemperatuur tussen de 10 en 13°C, maar iets hoger of lager mag ook.
Bezinksel of droesem bestaat meestal uit samengekleefde rode kleurstoffen en tannines (looistoffen) en komt het vaakst voor in rode wijn. Door voorzichtig te schenken, hoeft u de wijn niet over te schenken. Het laatste beetje is dan wel niet drinkbaar.
Tannines zijn chemische verbindingen in de wijn, namelijk looizuren. Deze zijn afkomstig van de schillen, pitten en steeltjes van de wijn - of van het vat waarin de wijn heeft gerijpt. Tijdens het gisten verhuizen ze naar het druivensap, waar later wijn van gemaakt wordt.
Droesem - ook wel depot, moer of bezinksel - is de drab van vaste stoffen die in wijn achterblijft na de fermentatie of na een bepaalde tijd van rijping. De droesem kan bestaan uit wijnkristal, wijnsteenzuur, kleurstoffen en tannine. Het kan een bittere zanderige smaak geven.
Plop! Als de kurk breekt tijdens het openen van de fles en deze is nat van binnen, dan kan je er bijna vanuit gaan dat deze wijn bedorven is. Terugbrengen dus!
Een fles rode wijn met een schroefdop kan net zo lang worden bewaard als een fles wijn met een kurk. Dit is afhankelijk van het soort wijn zo'n twee tot tien jaar. Toch zijn de meeste rode wijnen bedoeld om meteen van te genieten en zijn daarom het lekkerst als je ze binnen drie jaar opdrinkt.
Zolang de kurk of schroefdop op de fles blijft, kan je een goede fles wijn jarenlang bewaren. Maar eens geopend moet het snel gaan. Oxidatie is namelijk de grootste vijand van wijn. Door het contact met zuurstof kan je wijn verzuren.
Wanneer je een fles rode wijn van 2 tot 3 jaar oud ontkurkt, krijgt de wijn extra zuurstof waardoor hij zijn eigenschappen sneller prijsgeeft. Ontkurk de wijn gerust 2 uur op voorhand. Nog beter is om een jonge wijn te karaferen (over te gieten in een karaf).
HOE RUIK JE KURK IN WIJN? Als je wijn chemisch en muf ruikt. Kurk in de wijn is een besmetting van schimmels en bacteriën die voor een nare geur en smaak zorgen. Schimmelwijn is overigens geen aanrader.
De reden van het voorproeven is om te keuren of de wijn technisch in orde is. Met andere woorden: je controleert of de wijn 'op dronk' is en geen kurk bevat. Indien de wijn bedorven is of mankementen heeft, wordt de fles vervangen.
Bij meer dan 15 gram alcohol (meer dan 1,5 glas) neemt het risico op een beroerte toe. Bij meer dan 2 glazen alcohol per dag, neemt de kans op tumoren van de mond- en keelholte, strottenhoofd en slokdarm, dikke darm en endeldarm en longkanker toe.
Nee, alcohol is niet gezond. Eventuele voordelen van alcohol wegen niet op tegen de nadelen voor de gezondheid. Een glas alcohol per dag kan het risico op bepaalde ziektes, zoals borstkanker, vergroten. Het advies is daarom om geen alcohol te drinken of in elk geval niet meer dan 1 glas per dag.