Bij fruitbomen is een bepaald instinct vereist. Als je te veel water krijgt, kan de smaak van de vrucht sterk worden afgezwakt. Als fruitbomen echter niet van voldoende water worden voorzien, worden ze gestrest door droogte en vormen ze in het ergste geval geen bloemen of werpen ze de vruchten vroegtijdig af.
Hoeveelheid water
De waterhoeveelheid die boom nodig heeft hangt af van de bodem, de boomsoort en het weer. Stelregel is dat de grond direct naast de kluit licht vochtig moet zijn. De boom heeft het meeste water nodig in de periode van uitlopen tot en met de langste dag.
Het is belangrijk om de appelboom voldoende water te geven, zowel tijdens het planten als tijdens de eerste periode. De boom moet 'aanslaan' en heeft ongeveer dertig tot veertig liter water per week nodig.
Houd de kluit vochtig, maar geef niet teveel water! Als de standplaats voortdurend kletsnat is zullen de wortels gaan rotten, met als gevolg dat de boom uiteindelijk dood zal gaan.
Een perenboom valt te vergelijken met een appelboom, de dagelijkse water benodigdheid varieert in het groeiseizoen tussen de 80-200 liter per dag. De Pruimenboom heeft ongeveer 24-48 liter per dag aan water nodig.
Dit zijn o.a. Acer negundo, Acer saccharinum, Alnus incana, Betula nigra, Betula pubescens, Carpinus betulus, Carya spec., Euonymus europaeus, Fraxinus pennsylvanica, Liquidambar styraciflua, Platanus x hispanica, Salix alba, Salix sepulcralis 'Chrysocoma'.
Het kan nodig zijn dat een boom elke dag een paar emmers water nodig heeft. Een boom geplant in het najaar heeft over het algemeen minder verzorging nodig.
Als je je plant te veel water hebt gegeven, herken je dat vaak aan blad dat geel wordt en afvalt. Maar het kan ook zijn dat bladeren juist verdrogen en bruin worden. Altijd goed dus om onder de grond te checken hoe het staat met de vochtigheid als je ziet dat je plant ongelukkig wordt.
Vooral bij het aanplanten en in de eerste periode van de fruitboom is het van groot belang dat de kersenboom genoeg water krijgt. Maar ook tijdens de zomer is water een belangrijk element. Om de kersenboom goed te kunnen verzorgen, heeft een gemiddelde fruitboom 30/40 liter water per week nodig.
Meestal heeft dit te maken met te weinig of te veel water. Ook kan het te maken hebben met seizoensgebonden veranderingen, mijt of verandering van omgeving of plek in huis. Gele bladeren bij planten is gelukkig niet iets waar je je enorm veel zorgen om hoeft te maken.
Vrijstaande appelboom in een kleine tuin
Wil je graag een vrijstaande appelboom, kies dan een dwergonderstam (M9, tot ca. 2,5 meter hoog). Plant je boom in de volle grond of in een grote pot of bak. Deze onderstam is ook geschikt voor step-over appels.
Het juiste moment
Fruitbomen kun je planten van november tot eind maart, wanneer ze in rust zijn. De beste periode is november, na het vallen van het blad. Perziken en abrikozen vormen hierop een uitzondering. Deze bomen plant je pas in maart, omdat de jonge bomen vorstgevoelig zijn.
De beste plaats voor een appelboom is een zonnige plaats. Appelbomen verdragen ook een plaats die half in de schaduw ligt. U kunt de boom het beste tussen november en maart planten, waarbij de plantafstand afhankelijk is van de maat die u koopt. Een laagstam heeft minder ruimte nodig dan een halfstam.
Dit gebeurt vooral bij extreem warm weer. Als zij dan vaak en veel water krijgen, dreigt een ander probleem. Dan wordt de bodem te nat en wordt de zuurstof uit de grond rond de wortels verdreven. Het gevolg is dat de boom of struik dan verdroogt door verdrinking.
Eens per twee weken water geven
Veel planten kunnen normaal gesproken wel zonder extra water. Maar tijdens lange perioden van droogte hebben ze wel wat meer water nodig. Het is beter om een keer per twee weken een flinke hoeveelheid te geven dan wat vaker een klein beetje.
Een plantafstand die voor de meeste appels en peren volstaat is 8 bij 8 tot 10 bij 10 meter. Pruimen hebben genoeg aan een onderlinge afstand van 6 bij 6 meter. Vroeger werden fruitbomen meestal in een strak stramien geplant. Dat zag er niet alleen netjes uit, het vergemakkelijkte ook het onderhoud van de boomgaard.
Een jaarlijkse kalkgift (magnesium houdend), na de herfst, verdient de aanbeveling om verzuring van de grond te voorkomen en het kalkgehalte zo nodig te verhogen. Een 2 jaar oude hoogstamfruitboom geef je een paar handjes vol. Een 25 jaar oude fruitboom krijgt jaarlijks een halve emmer vol (1 kg) met kalk.
Voor appel- en perenbomen moet je er rekening mee houden dat die pas na 2 a 4 jaar na het aanplanten vruchten zullen geven. Kersenbomen zullen ietsje sneller vruchten geven pakweg na 2 a 3 jaar. Perzikbomen geven meestal meteen vruchten.
Van januari tot maart kunnen fruitbomen zoals appel- en perenbomen gesnoeid worden. Snoei het liefst bij droog weer, en niet als het vriest. Een wat oudere fruitboom hoeft slechts licht gesnoeid te worden, het gaat dan om onderhoudssnoei.
De kamerplanten welke altijd in vochtige grond moeten staan, krijgen water wanneer de bovenkant van de grond lichter van kleur wordt. Nog beter; steek een vinger in de grond, plakt er aarde aan je vinger? Dan is de grond nog vochtig genoeg. Wacht nog even met water geven.
Als je plant al wat langer te veel water krijgt kan je dat zien aan de bladeren. Ze zullen lichtgroen of geel worden en uiteindelijk van de stam afvallen. Heeft je plant al wortelrot door een overschot aan water, dan is de kans groot dat de bladeren juist verdorren en van de plant afvallen.
Dit soort verkleuringen worden meestal veroorzaakt door een tekort aan voedingsstoffen. Deze kun je aanvullen door je plant te verpotten en door regelmatig plantenvoeding te geven. Een verkleuring door een tekort aan voedingsstoffen kan in veel gevallen ook weer bijkleuren.
Graaf een gat voor de boom of struik en meng de aarde uit dit gat met meststoffen. Het is aan te raden om het gat groter te maken dan nodig. Het is namelijk zo dat de wortels ruimte moeten hebben om goed te kunnen groeien. Dit wordt vergemakkelijkt wanneer de grond wat losser is om de wortels een.
De periode van oktober tot begin maart is de beste periode om de appelboom te verplanten. Echter hou wel rekening met de vorst. Komt er een vorstperiode aan of vriest het buiten, stel dan het verplaatsen uit totdat het klimaat milder wordt of in ieder geval niet meer vriest.
De grond is te nat, wortels hebben zuurstof nodig en ook het bodemleven wat met de wortels samenwerkt. De potkluit is sterk uitgedroogd waardoor deze geen water meer opneemt, potgrond kan na het sterk indrogen inreversibel waardoor het slecht water opneemt en de wortels niet groeien.