Geestelijke gezondheid is een groot goed en dat geldt ook voor mensen met dementie. De geestelijke gezondheid van mensen met dementie komt onder druk te staan door neuropsychiatrische symptomen en psychische klachten, die zich vaak uiten in hun gedrag. Denk aan agressie, angst, psychose en somberheid.
Dementie kan ervoor zorgen dat mensen zich onzeker voelen en het vertrouwen in zichzelf en hun capaciteiten verliezen . Ze kunnen het gevoel hebben dat ze de controle niet meer hebben en vertrouwen hun eigen oordeel niet meer.
Dementie is de verzamelterm voor een groep symptomen die als overeenkomst hebben dat het geheugen, het waarnemen, denken, voelen, willen en gedrag aangedaan raken. Naast dementie kennen we psychiatrische ziekten die in de hersenen spelen. Deze ziekten komen voort uit afwijkingen in de hersenstofwisseling.
Het salutogenetische element van geestelijke gezondheid noemen we ook 'positieve geestelijke gezondheid'. Die positieve geestelijke gezondheid komt tot uiting als mentaal welbevinden of 'geluk'.
De term pseudodementie verwijst generiek naar behandelbare aandoeningen die dementie nabootsen . De meest voorkomende is depressie. Depressie en dementie kunnen beide leiden tot verminderde motivatie, verminderde concentratie en mentale vertraging. Bijgevolg kunnen beide ziekten leiden tot wijdverbreide cognitieve en geheugenstoornissen.
Andere risicofactoren voor dementie
Er zijn aanwijzingen dat er meer risicofactoren zijn voor dementie, waar we (zelf) iets aan kunnen doen. Zoals luchtvervuiling, gehoorschade, oogproblemen, depressie en hersenletsel door een ongeluk.
Stress tijdens de vroege levensfase, bijvoorbeeld door mishandeling, misbruik of verwaarlozing, kan leiden tot een hoger risico op hersenaandoeningen in het latere leven. Het verhoogt mogelijk ook het risico op dementie.
Bij mentale ongezondheid kan iemand last hebben van klachten zoals stress, angst of eenzaamheid. Het kunnen echter ook psychosomatische klachten zijn, zoals hoofdpijn, vermoeidheid, duizeligheid of buikpijn.
Hoewel mentale gezondheid altijd aanwezig is en positief of negatief kan zijn, beïnvloedt mentale ziekte het vermogen van een persoon om gedurende een lange periode te functioneren . Mentale ziekte is niet hetzelfde als je verdrietig, ongelukkig of gestrest voelen vanwege moeilijke situaties.
Bij mentaal welbevinden gaat het om aspecten als tevredenheid, geluk en kwaliteit van leven.Mentale problemen zijn bijvoorbeeld gevoelens van stress, angst of somberheid.
Diabetes en hart- en vaatziekten zijn risicofactoren voor dementie. Daarnaast lijken vezels ook nog bij te dragen aan het verminderen van ontstekingen in het lichaam. Ook ontstekingen spelen vaak een rol bij dementie.
BPSD omvat agitatie, afwijkend motorisch gedrag, angst, opgewektheid, prikkelbaarheid, depressie, apathie, ontremming, waanideeën, hallucinaties en veranderingen in slaap of eetlust .
Soms treedt geheugenverlies op bij psychische problemen , zoals: Na een grote, traumatische of stressvolle gebeurtenis. Bipolaire stoornis. Depressie of andere psychische stoornissen, zoals schizofrenie.
Hoe kan een langdurige fysieke aandoening mijn mentale gezondheid beïnvloeden? Een langdurige fysieke aandoening kan leiden tot sociale isolatie, een laag zelfbeeld, stigma en discriminatie . U kunt zich moe, gefrustreerd, bezorgd of gestrest voelen, vooral bij pijn, tests, behandelingen of opflakkeringen.
Een psychische stoornis wordt gediagnosticeerd op basis van de intensiteit, impact en duur van een specifieke cluster van symptomen, die gekenmerkt worden door veranderingen in cognitief vermogen, emotie, stemming of gedrag (of een combinatie ervan), die gepaard gaan met leed en minder goed functioneren.
Mentale gezondheid gaat over hoe je denkt, voelt en je gedraagt, terwijl mentale hygiëne de praktijken en gewoontes omvat die je mentale welzijn onderhouden en verbeteren . Het is als het poetsen van je tanden voor je geest – essentieel voor de algehele mentale gezondheid en hygiëne.
Gedrag waar je op kan letten zijn: nieuwe/toegenomen concentratieproblemen, slaapproblemen, gejaagdheid of onrust, opvliegendheid, maar ook problemen met voeding of gebruik van alcohol of drugs. Reacties en emoties. Wanneer we (even) niet lekker in ons vel zitten, merk je dat aan de manier waarop we ons uiten.
Biologische factoren, bijvoorbeeld fysieke gezondheid, genetica, dieet, slaap, leeftijd . Psychologische factoren, bijvoorbeeld overtuigingen, diagnoses van mentale gezondheid, perceptie, verslavingen. Sociale factoren, bijvoorbeeld relaties, familie, cultuur, werk, geld, huisvesting.
PTSS als risicofactor voor dementie
Zowel normale veroudering als PTSS is geassocieerd met verminderde cognitieve vermogens. Daarnaast blijkt PTSS uit verschillende onderzoeken een onafhankelijke risicofactor voor cognitieve achteruitgang en dementie te zijn.
De eerste fase van dementie
Dat kun je merken aan geheugenproblemen, meerdere kleine beroertes of tia's, problemen met spraak- en taal, of egoïstisch en gevoelloos gedrag. Het kan ook zo zijn dat dit niet door dementie komt, maar door ouderdom, een burn-out of een hele moeilijke gebeurtenis in iemands leven.
Dementie ontstaat door verschillende vormen van hersenziektes. De hersenziekte zorgt ervoor dat de hersenen bepaalde taken niet meer goed kunnen doen. De bekendste en meest voorkomende vorm is de ziekte van Alzheimer.