Hoewel slangen wel ademen door hun neusgaten, ruiken ze er niet mee. Slangen gebruiken namelijk hun tong om geurdeeltjes op te vangen. Als een slang zijn tong uitsteekt, blijven er geurdeeltjes aan plakken.
Zintuigen Slangen hebben wel ogen, maar zien meestal slecht. Ze horen geen geluiden, omdat ze geen oren hebben, maar ze voelen wél de trillingen aan de grond. Met hun gespleten tong kunnen slangen wel zeer goed ruiken en proeven.
De staartwervels dragen geen ribben en bij alle slangen ontbreken het borstbeen en het heiligbeen. Sommige slangen, zoals de reuzenslangen, hebben nog wel restanten van een bekken en soms kleine flapachtige uitsteekseltjes van wat ooit achterpoten waren, slangen hebben echter nooit functionele poten.
Net als alle andere reptielen is het voor slangen niet mogelijk om nieuwe dingen te leren. Dat komt omdat de cerebrale cortex zeer klein is bij reptielen, dit in tegenstelling tot vogels en zoogdieren. Dit deel van de hersenen controleert het leren en de gedachten.
Het is gewoon een lege ballon voor niets anders dan alleen lucht vasthouden. Dus als een slang gaat sissen, zal hij zijn ribben uitzetten, diep ademhalen en dan gewoon heel lang uitademen. Het sissende geluid is het resultaat van die snel bewegende lucht die door de glottis gaat.
Voor slangen zijn de winters in Nederland te koud om actief te kunnen zijn. Daarom gaan ze vanaf oktober tot het voorjaar in winterslaap, ergens onder de grond. In Nederland leven drie soorten slangen: adder, gladde slang en ringslang. Wanneer ze ontwaken uit de winterslaap wordt sterk door de temperatuur bepaald.
Ook heeft een slang geen uitwendige oren zoals zoogdieren hebben. Ze kunnen dus niet horen maar wel geluiden met een lage frequentie waarnemen. De slang voelt trillingen met zijn tong. Aan de hand van de sterkte van de trilling kan de slang inschatten of een vijand dichterbij komt.
Hij kan met grote snelheid vooruit en achteruit kruipen, kronkelend als een paling.
Slangen gebruiken namelijk hun tong om geurdeeltjes op te vangen. Als een slang zijn tong uitsteekt, blijven er geurdeeltjes aan plakken. Als een slang vervolgens zijn tong weer naar binnen trekt, wrijft hij met zijn tong langs het geurzintuig dat in z'n verhemelte zit.
Dat doen ze meestal in de zon. In Nederland leven drie soorten slangen: de gladde slang, de ringslang en de adder. Ze kunnen twaalf jaar oud worden.Reuzenslangen kunnen wel veertig worden.
De koningscobra is de grootste gifslang ter wereld: hij kan wel vijf meter lang worden! Ook is hij extreem giftig: één beet is genoeg om een olifant te doden. Niet voor niets is deze slang het lievelingsdier van Freek Vonk. Freek onderzocht de evolutie van het gif van deze slang.
Soms beginnen slangen wel iets op te eten wat ze later achterlaten, omdat ze erachter komen dat het te groot blijkt te zijn. Maar dat gebeurt vrij zelden. Dit is wat er echt gebeurde in Florida: de slang doodde de krokodil met succes en at hem op. Hij slikte het hele ding gewoon door.
De anaconda kan bijna alles eten, maar voor deze anaconda was een koe een te grote hap.
De meeste soorten gifslangen gaan niet dood als ze zichzelf zouden bijten. Ze zijn immuun voor hun eigen gif. In hun bloed zitten bepaalde stofjes (antilichamen) die er voor zorgen dat het gif geen kwaad kan.
Slangen zijn koudbloedige dieren. De ringslang moet in de zon gaan liggen om warm te worden. Als de slang warm is, gaat hij jagen of kan hij zijn voedsel verteren. In maart ontwaakt de ringslang uit de winterslaap en in april wordt er gepaard.
Slangen zijn roofdieren. Ze worden zelf ook door roofdieren aangevallen. Roofvogels, vossen en krokodillen eten slangen of eieren van slangen. Slangen laten zich niet vaak zien.
Ofidiofobie, letterlijk vertaald slangenvrees, is een overmatige angst voor slangen of slangachtige dieren. De angst voor reptielen in het algemeen wordt herpetofobie genoemd. Ofidiofobie is een van de meest voorkomende dierenfobieën.
De slang werkt namelijk voornamelijk op basis van geur. Het opnemen van geur zorgt er bijvoorbeeld mede voor dat deze in staat is (stress)hormonen waar te nemen. De slang ruikt dus inderdaad angst. Dit orgaan bevind zich in de mondholte van het dier en staat in directe verbinding met de neus.
De adder is de enige slang in Nederland die giftig is. Het dier is echter niet agressief en zal alleen bij bedreiging bijten.
Bel of laat 112 bellen.Volg de instructies van de meldkamercentralist.Geef het tijdstip door en de plaats van de beet op het lichaam.Vertel ook om welke slang het gaat als je dit weet.
De gladde slang is het meest zeldzaam. Het is de minst 'snelle' slang en hij is niet giftig. Deze slang verblijft het liefst onder bladeren en andere planten en is door zijn schutkleuren nauwelijks waarneembaar. De slang dankt zijn naam aan de gladde structuur van de huid.
Waarin het zicht van honden nog enigszins te vergelijken is met ons zicht, zien slangen de wereld compleet anders. Ze gebruiken hun ogen amper. In plaats daarvan gebruiken ze receptoren op hun snuit om warmte waar te nemen. Slangen 'zien' de wereld daardoor als een hittemap.
De slang ruikt in stereo dus hij kan makkelijk bepalen of de geur van links of rechts komt. Als hij dan heeft geroken waar zijn prooi zit, dan gaat hij er direct op af. Hoe dichterbij hij komt, hoe sneller die tong naar binnen en buiten gaat.
Het is etenstijd voor deze rattenslang. De wurgslang pakt zijn prooi bij de kop met 1 snelle beweging.Vervolgens krult hij zijn lichaam om de muis heen en knijpt hij net zo lang totdat hij geen hartslag meer voelt. Slangen beginnen altijd bij de kop te eten omdat de haarrichting van kop naar staart loopt.
Met name in de winterperiode kunnen ze heel lang zonder. Zes maanden is de langste tijd die vermeld wordt, nadat ze een goede grote prooi naar binnen hebben gewerkt. Toegevoegd na 5 minuten: Een slang kan trouwens maar korte tijd zonder water.