Het War Child-netwerk bestaat uit drie uitvoerende organisaties in Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Canada. Daarnaast hebben we fondsenwervingskantoren in de Verenigde Staten, Australië, Ierland, Zweden en Duitsland.
Hier werken wij
War Child is aanwezig in veertien landen: Afghanistan, bezette Palestijnse gebieden, Burundi, Colombia, DR Congo, Duitsland, Jordanië, Libanon, Nederland, Oeganda, Sri Lanka, Syrië, Zuid-Soedan en Zweden.
War Child zakt van de 48e naar de 71e positie op de ranglijst van goede doelen waarmee de Nederlander een sterke band voelt. Deze band hangt vooral samen met reputatiefactoren zoals betrouwbaarheid en organisatorische kwaliteit. Met name op deze factoren is sprake van een forse daling bij War Child.
Bel met een van onze medewerkers op 020 - 758 2299 of neem contact met ons op.
War Child (1995) is een organisatie die zich wereldwijd inzet voor honderdduizenden kinderen die opgroeien in oorlog en geweld. De organisatie werkt aan het versterken van de weerbaarheid en het welzijn van deze kinderen.
In recordtempo zet oprichter Willemijn Verloop War Child stevig – en permanent!
Wat doet War Child? Wij zetten ons in voor een beter leven van honderdduizenden kinderen in oorlog. We helpen ze met het verwerken van hun ingrijpende ervaringen, het weer contact durven maken met andere mensen en het opbouwen van zelfvertrouwen. We zorgen ervoor dat ze leren lezen, schrijven, rekenen of een vak leren.
War Child is een ANBI.
Een ambassadeur voor een goed doel is iemand die zich inzet en spreekt voor de organisatie. Als War Child-ambassadeurs zetten Michaela DePrince, Chef'Special, Vivianne Miedema, Quinty Misiedjan en anderen zich belangeloos in voor kinderen in conflictgebieden.
Het TeamUp-programma biedt met spel- en bewegingsactiviteiten psychosociale steun aan kinderen die zijn getroffen door conflict en migratie. TeamUp is speciaal ontwikkeld voor kinderen van 6 tot 18 jaar. Spelenderwijs leren zij omgaan met hun emoties, krijgen zij meer vertrouwen en bouwen ze aan een hoopvolle toekomst.
UNICEF helpt Syrische kinderen
Of ze nou in Syrië zelf wonen, of gevlucht zijn naar de buurlanden of Europa: UNICEF helpt de Syrische kinderen. We geven hen bijvoorbeeld: schoon drinkwater.
De oorlog in Syrië
Miljoenen mensen zijn op de vlucht in Syrië of daarbuiten. Naar schatting 90% van de Syriërs leeft in armoede. Achterblijvers proberen te overleven met een tekort aan voedsel, een gebrek aan schoon drinkwater en ontoereikende medische voorzieningen en zorg.
Haal de oorlog uit het kind, samengesteld door Miriam Samson, biedt een verzameling getuigenissen van kinderen uit oorlogsgebieden overal ter wereld. Kinderen die in Nederland hun toevlucht gezocht hebben en die vertellen én tekenen wat ze meegemaakt hebben, hoe zij door de oorlog getekend zijn.
Het exacte aantal kindsoldaten is niet bekend, maar in 2020 werden volgens VN-gegevens meer dan 8.500 kinderen door voornamelijk niet-statelijke gewapende groepen gerekruteerd en ingezet als strijders of in andere rollen.
Afghanistan, Jemen, Zuid-Soedan, de Centraal-Afrikaanse Republiek, de Democratische Republiek Congo, Syrië, Irak, Mali, Nigeria en Somalië zijn de tien landen waarin kinderen het hardst worden getroffen. Save the Children wijt de verslechterde situatie aan het feit dat conflicten steeds langer duren.
De oorlog is toch alvast begonnen. Of beter gezegd: de oorlog is nooit gestopt. Wikipedia geeft een chronologische lijst van oorlogen. Sinds 2003 zijn er 117 oorlogen begonnen waarvan er 46 nog gaande zijn.
Een nieuw triest record van 79,5 miljoen mensen is gedwongen op de vlucht voor oorlog en conflict. Dit is meer dan 1% van alle mensen ter wereld. Nooit eerder werd zo'n hoog aantal vastgesteld. Dit meldt de VN Vluchtelingenorganisatie UNHCR in haar vandaag verschenen jaarrapport.
Wilt u weten of een goed doel door de Belastingdienst is aangemerkt als algemeen nut beogende instelling dan kunt u deze opzoeken via het ANBI register van de Belastingdienst >>>>. Daarnaast is het ook mogelijk om via de publicatiepagina's van de ANBI's het ANBI register te controleren.
Een ANBI is een algemeen nut beogende instelling. Een instelling kan alleen een ANBI zijn, als ze zich nagenoeg geheel inzet voor het algemeen belang. Verenigingen (zoals sport-, personeels-, zang-, harmonie- of toneelverenigingen) en hobbyclubs zijn meestal geen ANBI.
De officiële taal in Syrië is Arabisch. Daarnaast wordt er Koerdisch en Armeens gesproken. Syrisch orthodoxen spreken Aramees en ook Circassische talen uit het Noorden van de Kaukasus worden wijdverbreid begrepen.
Het hele land is onveilig. Er is veel geweld in het hele land. Er vinden dagelijks explosies, aanslagen en gevechten plaats. Ook zijn er luchtaanvallen en bombardementen.