Wij hebben de namen voor de dagen van de week, net als die voor de maanden, ontleend aan de Germanen en de Romeinen. De Romeinen hadden van de Grieken het gebruik overgenomen om de dagen te noemen naar hemellichamen: de zon, de maan en vijf planeten. Deze planeten waren op hun beurt genoemd naar goden.
Maandag werd vernoemd naar de maan (Dies Lunae), dinsdag naar Mars (Dies Martis), woensdag naar Mercurius (Dies Mercurii), donderdag naar Jupiter (Dies Jovis), vrijdag naar Venus (Dies Veneris), zaterdag naar Saturnus (Dies Saturni) en zondag naar de zon (Dies Solis).
De namen van de maanden hebben we overgenomen van de Romeinen; ze zijn onder meer genoemd naar goden en keizers. Op deze pagina lees je er meer over. Oorspronkelijk kende de Romeinse kalender maar tien maanden en begon het jaar in maart.
5. Donderdag: Gewijd aan de god van de donder. Donar voor de Germanen, Jupiter voor de Romeinen.
Januari (ook wel: louwmaand, ijsmaand, wolfsmaand, hardmaand) is de eerste maand van het jaar in de gregoriaanse kalender. Januari heeft 31 dagen. De maand is vernoemd naar Janus, de Romeinse god van het begin en het einde.
Naam. Juni is genoemd naar de Romeinse godin Juno, de vrouw van Jupiter. De Romeinse naam voor deze maand was Junius. De oude Nederlandse naam is zomermaand of weidemaand.
Juli, ook wel de hooimaand genoemd, is de zevende maand van het jaar in de gregoriaanse kalender en heeft 31 dagen. De maand is vernoemd naar de Romeinse dictator Gaius Julius Caesar.
zondag: een vertaling van het Latijnse dies solis ('dag van de zon'). maandag: een vertaling van het Latijnse dies lunae ('dag van de maan').
De namen van de week en hun afkomst
Maandag: is een vertaling van het Latijnse dies lunae ('dag van de maan'). Dinsdag: is vernoemd naar Thingsus (ook wel Tyr genoemd). In het Latijn komt het van dies Martis: de dag van Mars, de oorlogsgod. Woensdag: is genoemd naar Wodan (ook wel Odin genoemd), de Germaanse oppergod.
Ontstaan uit het Latijnse (dies) Dominica (zondag, de "Dag des Heren").
Het kalenderjaar bleek korter dan het zonnejaar
Rond 2150 voor Christus wisten de Egyptenaren, op basis van de zon, preciezer vast te stellen hoe lang een jaar duurt: namelijk 365,25 dagen. Zij besloten dan ook dat er eens in de vier jaar een extra dag aan het kalenderjaar van 365 dagen toegevoegd moest worden.
De naam april komt vermoedelijk van het Latijnse werkwoord aperire, dat "openen" betekent. Waarschijnlijk verwijst dit naar de groei van de planten en bloemen in de lente. Een andere theorie stelt dat de naam is afgeleid van een woord dat 'tweede' betekent, of van Aperta, een bijnaam van Apollo.
Oorspronkelijk was een jaar gebaseerd op de omlooptijd van de maan. Die omlooptijd is de tijd die de maan er over doet om één keer om de aarde te draaien. Die duur is gemiddeld 29,5 dag waardoor een maanjaar met twaalf maal ronddraaien van de maan 354 dagen duurde.
De Romeinen hadden de gewoonte om de zeven dagen van de week naar de voornaamste hemellichamen te noemen. De hun bekende planeten (afgezien van de Aarde) droegen namen van Romeinse goden. De dinsdag heette bij hen Martis dies, een verwijzing naar de planeet Mars die op zijn beurt was genoemd naar de oorlogsgod Mars.
Naamgeving. De naam vrijdag is afgeleid van Friia's dag. Deze Germaanse naam komt overeen met de Latijnse benaming Dies Veneris, de dag van Venus, genoemd naar de gelijknamige planeet. Deze planeet ontleende zijn naam aan de gelijknamige godin Venus.
Een maand is een tijdseenheid die oorspronkelijk was gebaseerd op de omlooptijd van de maan. In de huidige gregoriaanse kalender en andere kalendersystemen die op het zonnejaar gebaseerd zijn, is de lengte van de maand zodanig dat er 12 maanden in een jaar gaan.
In de christelijke traditie is de zondag de eerste dag van de week. Op deze rustdag vieren christenen de verrijzenis van Jezus Christus. In de Germaanse talen is de christelijke rustdag genoemd naar de zon.
In de Noorse mythologie is dit de bekende god Thor. In de Scandinavische talen Zweeds, Deens, Noors en Fins (Suomi) zie je dan ook de namen als 'torsdag' en 'torstai'. Ook in het Engels is de naam Thursday gebaseerd op Thor en niet Donar. De Romeinse versie van deze god is Jupiter.
Vrijdag is genoemd naar Freya, de Germaanse godin van de vruchtbaarheid, de liefde en de wellust. Haar Romeinse tegenhanger was Venus, naar wie deze dag bij de Romeinen vernoemd was (dies Veneris).
Wodan (Fries: *Weda, Angelsaksisch en Oudsaksisch: Woden, Oudnederlands: Wuodan, Duits: Wotan, Noors Odin) is de oppergod van de Germaanse goden in de Germaanse mythologie. Wodan wordt vereenzelvigd met de Scandinavische Odin, de stamvader van het geslacht van de Asen.
Zondag wordt als de eerste, dan wel als de laatste dag van de week gezien. Zoek zondag op in het WikiWoordenboek. In het jaar 321 riep de Romeinse Keizer Constantijn de Grote per decreet de Dies Solis (dag van de zon) uit tot officiële rustdag in het West-Romeinse Rijk.
De naam woensdag is afgeleid van Wodans dag. Deze Germaanse naam komt overeen met de Latijnse benaming Dies Mercurii: de dag van de god Mercurius, waar de planeet Mercurius zijn naam ook aan te danken heeft. De Germaanse god Wodan (Wotan|Woden) beschouwde men als dezelfde god als Mercurius.
Juli. Juli is in het binnenland gemiddeld de warmste maand van het jaar. De normale maandelijkse waarden van de maximumtemperatuur variëren tussen gemiddeld 20 °C en die van de minimumtemperatuur gemiddeld 11°C.
Oktober is de tiende maand van het jaar in de gregoriaanse kalender en heeft 31 dagen. De naam komt van octo, het Latijnse woord voor acht. Oktober was namelijk volgens de Romeinse kalender oorspronkelijk de achtste maand van het jaar, omdat volgens deze kalender tot 153 v. Chr. het nieuwe jaar op 1 maart begon.