Scholen en andere onderwijsinstellingen krijgen van de Rijksoverheid elk jaar 1 budget voor de kosten van materiaal en personeel. Dit budget heet de lumpsum. Instellingen bepalen zelf hoe ze de lumpsum besteden.
Scholen organiseren steeds verdere en duurdere schoolreizen, die voor steeds meer ouders onbetaalbaar zijn. Door een nieuwe wet moeten alle kinderen mee kunnen, ook als de ouders de ouderbijdrage hiervoor niet kunnen betalen.
Het schoolbestuur is altijd verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs. Indien het kwaliteitsniveau van onvoldoende niveau is kan de Onderwijsinspectie het toezicht op de school aanscherpen of sanctiemiddelen opleggen. De Onderwijsinspectie ziet toe op de kwaliteit van het onderwijs in het algemeen.
Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) werkt aan een slim, vaardig en creatief Nederland. OCW wil dat iedereen goed onderwijs volgt en zich voorbereidt op zelfstandigheid en verantwoordelijkheid.
Als ouder betaalt u geen lesgeld voor de basisschool van uw kind. De school kan wel een vrijwillige ouderbijdrage vragen voor extra activiteiten. Ook moet u betalen voor buitenschoolse opvang (BSO) en voor bepaalde kosten van het overblijven op school (tussenschoolse opvang).
Als ouder betaalt u geen lesgeld voor uw kind in het voortgezet onderwijs. De meeste boeken krijgt uw kind van school. Sommige lesmaterialen moet wel u zelf betalen. De school kan ook een ouderbijdrage vragen.
De overheid laat ten onrechte een onderwijsrekening van 309 Euro door de Nederlandse ouders betalen, omdat Nederland al in 1978 een verdrag heeft ondertekend om het onderwijs kosteloos te maken. Nederland staat vaak vooraan in de kritiek als andere landen zich niet aan bepaalde regels houden.
Voorbeelden van semioverheidsorganisaties zijn woningcorporaties, ziekenhuizen en instellingen voor bijzonder onderwijs (het openbaar onderwijs valt onder de overheid). Ook zelfstandige bestuursorganen (ZBO's) van de overheid zoals het CBR, CBS, Kadaster, SVB en UWV worden als semioverheid gezien.
Een leraar, ook wel onderwijzer, docent of leerkracht genoemd, is verantwoordelijk voor het overdragen van kennis aan leerlingen of studenten. Het begrip ' leraar' omvat leerkrachten op alle niveaus: het basisonderwijs, de middelbare school, het middelbaar beroepsonderwijs en het hoger onderwijs.
Alle kinderen in Nederland hebben recht op onderwijs. Maar het leerrecht staat niet in de Nederlandse onderwijswetgeving. Het recht op onderwijs wordt in Nederland beschermd via de leerplicht.
De gemeente heeft de verantwoordelijkheid om de aansluiting van zorg en onderwijs goed vorm te geven, onderwijsachterstanden bij kinderen tegen te gaan, toe te zien op de leerplicht en diverse andere specifieke wettelijke taken.
Schoolbesturen verantwoordelijk voor Passend Onderwijs
Met de komst van passend onderwijs zijn scholen zelf verantwoordelijk voor de ondersteuning die te maken heeft met onderwijs, met het leren zelf. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om ondersteuning voor leerlingen die moeilijk leren, of juist hoogbegaafd zijn.
De school is verantwoordelijk voor de veiligheid in het schoolgebouw en op het schoolplein. Ook tijdens activiteiten die de school organiseert is de school verantwoordelijk voor de veiligheid. In het schoolveiligheidsplan staat hoe de school de veiligheid van leerlingen en medewerkers organiseert.
De vrijwillige ouderbijdrage voor extra activiteiten buiten de lessen om is niet verplicht. Extra activiteiten zijn bijvoorbeeld schoolreizen of sportdagen. Kinderen van ouders die hiervoor niet betalen, mogen altijd meedoen.
'Ouderraden moeten nu er echt achteraan zitten. Die trend is absoluut gaande. Het gemiddelde schoolreisje kostte in 2012 tussen de 20 en 25 euro, blijkt uit een inventarisatie. Voor een schoolkamp zijn ouders gemiddeld tussen de 40 en 80 euro kwijt, afhankelijk van het aantal dagen.
Moet mijn kind deelnemen aan onderwijsactiviteiten zoals schoolzwemmen en schoolreisjes? Uw kind moet meedoen aan activiteiten als schoolzwemmen, excursies en schoolreisjes als deze horen bij het lesprogramma.
Gemiddeld verdienen leraren in het basisonderwijs en leraren in het speciaal (basis- en voortgezet) onderwijs zo'n € 5.100 per maand. In die berekening is rekening gehouden met de schalen en tredes van alle leraren (gewogen gemiddelde) in loondienst. Dit is gemiddeld ruim anderhalf keer het modale inkomen.
Kwalificatie, socialisatie en subjectivering verschijnen daarmee niet alleen als drie functies van onderwijsprocessen, maar ook als drie doeldomeinen van het onderwijs.
Scholen en andere onderwijsinstellingen krijgen van de Rijksoverheid elk jaar 1 budget voor de kosten van materiaal en personeel. Dit budget heet de lumpsum. Instellingen bepalen zelf hoe ze de lumpsum besteden. De Inspectie van het Onderwijs houdt toezicht op het financiële beleid van onderwijsinstellingen.
Stijging van totale uitgaven aan onderwijs
In 2020 is in totaal 49,6 miljard euro besteed aan onderwijs, inclusief het onderzoek dat hogescholen en universiteiten uitvoeren in het kader van hun wettelijke taak en in de vorm van contractonderzoek voor derden.
De Onderwijsinspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijs op scholen en andere onderwijsinstellingen. Daarbij kijkt de inspectie of scholen en opleidingen voldoen aan de wet en of scholen hun financiën op orde hebben. Dit gebeurt door de scholen en het schoolbestuur te onderzoeken.
Volgens de grondwet is de toegang tot het onderwijs gratis tot het einde van de leerplicht. Dat betekent dat je je kind gratis kan inschrijven in een school van het kleuter-, lager en secundair onderwijs.
Ook voor de middelbare school, ofwel het voortgezet onderwijs, hoeven leerlingen of hun ouders geen geld te betalen. Dat geldt ook voor de boeken op het voortgezet onderwijs: de meesten worden kosteloos aan de leerlingen verstrekt.