Het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Strafrecht zijn voorbeelden van materieel recht. Formeel recht heeft als inhoud de handhaving van het materieel recht. Het wordt dan ook wel het procesrecht genoemd.
Onder materieel recht wordt verstaan de regels die betrekking hebben op de inhoud van rechten en plichten. In het materieel recht wordt bepaald hoe (rechts)personen zich naar elkaar toe moeten gedragen in hun onderlinge verkeer. Tegenover het materieel recht staat het formeel recht, ofwel procesrecht.
Een voorbeeld van materieel recht is het Wetboek van Strafrecht, dat een omschrijving geeft van strafbare feiten. Het Wetboek van Strafvordering is formeel recht en regelt onder meer de wijze waarop het strafonderzoek plaatsvindt.
Een ander voorbeeld van een materieel (inhoudelijk) recht is het recht van de student op studiefinanciering door de overheid. En in het verkeer op straat kennen we regels van materieel recht waaraan we ons (meestal) houden: Verkeersregels. ' Hoe het materieel recht gehandhaafd dient te worden.
Het materiële strafrecht bestaat uit een algemeen deel (Eerste Boek Sr, 'Algemene bepalingen') en een bijzonder deel (Tweede en Derde Boek, resp. 'Misdrijven' en 'Overtredingen') en bijzondere wetten, bijvoorbeeld de Opiumwet en de Wet wapens en munitie).
Het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Strafrecht zijn voorbeelden van materieel recht. Formeel recht heeft als inhoud de handhaving van het materieel recht. Het wordt dan ook wel het procesrecht genoemd.
In het Nederlandse recht zijn rechtsbron: 1 de wet; 2 de jurisprudentie (de rechtspraak); 3 de gewoonte; 4 verdragen en sommige besluiten van volkenrechtelijke organisaties. Niet al het geldende recht staat dus in de wet.
Als formeel strafrecht vormt het de tegenhanger van het materieel strafrecht. Het geeft aan welke procedure gevolgd moet worden als iemand het materiële strafrecht heeft overtreden terwijl het materiële strafrecht bepaalt wat wel en niet strafbaar is.
Een wet in formele zin is meestal ook een wet in materiële zin. De regering wordt gevormd door de Koning en de ministers (art. 42 Grondwet).
Hoe wordt ons land bestuurd? Ook het bestuursrecht kent een materiële (inhoudelijke) kant en een formele (processuele) kant. Het materiële bestuursrecht gaat over de juridische normen die gelden in de relatie tussen bestuur en burger en over de verhouding tussen organen van het bestuur onderling.
Het Wetboek van Strafvordering (afgekort tot Sv.) bepaalt hoe strafbare feiten vervolgd worden (formeel strafrecht). Wat de strafbare feiten zijn en welke straffen ervoor kunnen uitgesproken worden, is te vinden in het Wetboek van Strafrecht (materieel strafrecht).
Artikel 284 Sr stelt in het eerste lid, onderdeel 1°, strafbaar degene «die een ander door geweld of enige andere feitelijkheid of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid, gericht hetzij tegen die ander hetzij tegen derden, wederrechtelijk dwingt iets te doen, niet te doen of te dulden».
Wat er onder het (materieel) bestuursrecht valt. Kernbegrippen in het bestuursrecht. Besluiten van bestuursorganen. Bevoegdheden van bestuursorganen.
Een wet in formele zin is een regeling die tot stand gebracht wordt door regering en Staten-Generaal tezamen via de grondwettelijke wetgevingsprocedure. Onder een wet in materiele zin verstaat men iedere algemene, burgers bindende rechtsregel, op overtreding waarvan straf is gesteld.
Het materiële privaatrecht omvat, kort gezegd, de rechten en plichten van burgers en bedrijven. Het formele privaatrecht omvat de regels van het aan deze rechten en plichten gekoppelde procesrecht (denk aan de procesgang, de tenuitvoerlegging van vonnissen e.d.).
Dikwijls zijn wetten in formele zin tevens wetten in materiële zin, bijvoorbeeld de Kieswet, de Provincieweten het Wetboek van Strafrecht. Zij zijn wet in formele zin omdat ze zijn vastgesteld door Regering en Staten-Generaal gezamenlijk en wet in materiële zin omdat ze algemeen verbindende voorschriften bevatten.
Alle besluiten van regering en Staten-Generaal via de grondwettelijke procedure zijn wetten in formele zin. Meestal bevatten deze wetten algemeen verbindende voorschriften, zodat ze tevens wetten in materiële zin zijn.
Wetten in formele zin die geen wet in materiële zin zijn: - Begrotingswetten (deze vormen voor de regering een machtiging voor het doen van uitgaven), - Goedkeuringswetten voor internationale verdragen en - Toestemmingswetten voor het huwelijk van de koning of troonpretendent.
Vrijwel in elk rechtsgebied zijn er regels van materieel en formeel recht. Een goed voorbeeld hiervan is het strafrecht. Het Wetboek van Strafvordering bevat regelingen omtrent het procesverloop in een strafrechtelijke procedure en behoort daarmee tot het formele recht.
Het verschil tussen formeel en materieel strafrecht
Het formeel strafrecht ziet op alle procedures die omtrent het proces van een verdachte gevolgd moeten worden, terwijl het materieel strafrecht alle strafbaarstellingen bevat.
Bij materiële delicten wordt in de delictsomschrijving het laten intreden van een bepaald gevolg strafbaar gesteld. In de bepaling van artikel 287 Sr is bijvoorbeeld het opzettelijk van het leven beroven (iemand opzettelijk doden) verboden. Het strafbare feit is gepleegd op het moment dat het gevolg intreedt: de dood.
En wat is geen rechtsbron verdragen; de wetten of geschreven rechtsregels; (rechtsspraak) jurisprudentie gewoonterecht of gewoonte (ongeschreven rechtsregels); rechtsleer of doctrine; Geen rechtsbron: verkeersboete, mediamarkt contract en huurovereenkomst en abitrage( gebruik maken van verschillende prijsverschillen ...
Een rechtsbron wordt in de rechtswetenschap gebruikt voor de bron waaruit het geldend recht gekend kan worden. In de continentale traditie geldt de wet als belangrijkste rechtsbron.