De Rijn, de uiterwaarden en zijn zijrivieren zijn een zeer belangrijk leefgebied voor trekvissen als zalm, aal en fint en andere typische stroming minnende vissen in Noordwest Europa. De afgelopen decennia zijn de populaties trekvissen steeds verder onder druk komen te staan en achteruitgegaan.
Anadrome (in zoet water paaiende) langeafstandstrekvissen zoals de zalm, de zeeforel en de zeeprik en catadrome (in zout water paaiende) soorten als de paling migreren tijdens hun levenscyclus van de zee naar het zoete water of van het zoete water naar de zee.
Vissen moeten zich vrij kunnen bewegen tussen leef- en paaigebieden. Voor trekvissen zoals zalm, paling en driedoornige stekelbaars is dit helemaal van levensbelang. Daarom werken waterschappen, Rijkswaterstaat en andere partners samen om trekvissen te helpen bij hun reis.
Vispassages. We hebben dammen, gemalen, sluizen en stuwen nodig om ons tegen hoog water en overstromingen te beschermen. Deze werken maken het water daarentegen wel moeilijk bereikbaar voor vissen. Ze belemmeren hen om naar andere wateren te trekken, iets wat voor veel soorten erg belangrijk is.
Potadrome vissen voeren (jaarlijks) kleine of grotere migraties uit binnen hun riviersysteem. Voorbeelden zijn onder andere de beekforel, de vlagzalm, de barbeel, de sneep, de kopvoorn en de serpeling. Diadrome vissen migreren tussen het mariene milieu en het zoetwater. Bekende voorbeelden zijn paling, bot en zalm.
In de Hoogrijn komen de barbeel en de sneep vrij vaak voor, evenals de gestippelde alver. De roofblei en de snoekbaars treffen in de Rijn prima levensomstandigheden aan. De Duits-Franse Bovenrijn en de Rijndelta zijn het rijkst aan vissoorten.
De Rijn, de uiterwaarden en zijn zijrivieren zijn een zeer belangrijk leefgebied voor trekvissen als zalm, aal en fint en andere typische stroming minnende vissen in Noordwest Europa. De afgelopen decennia zijn de populaties trekvissen steeds verder onder druk komen te staan en achteruitgegaan.
Wat is vismigratie? Het begrip vismigratie omschrijven we als de trek van vissen tussen paai-, opgroei-, foerageer- en overwinteringsgebieden. De bestemming en duur van de reis verschilt per soort en levensfase. Elke vissoort heeft zijn eigen levenscyclus en leefgebied.
Steuren worden bovenstrooms op de rivier geboren. De jonge vissen zwemmen de rivier af en verblijven langere tijd in de zoet-zoutovergang om vervolgens volwassen te worden op zee. Paairijpe steuren trekken in de zomermaanden de rivier weer op om voor nageslacht te zorgen.
Ze komen voor in subtropische, gematigde en subarctische rivieren, meren en kusten van Eurazië en Noord-Amerika. De steuren worden onderscheiden van andere vissenfamilies door hun langgerekte lijf, het ontbreken van schubben en hun soms opvallende grootte, waarbij de vissen 2 tot 3,5 meter lang kunnen worden.
De steur is een familie van beenvissen, waarvan sommige soorten tot zes meter lang kunnen worden. Steurvissen komen veel voor op het noordelijk halfrond in Noord-Amerika, Europa en Noord- en Centraal-Azië. De meeste steuren leven normaal gesproken in zee en komen alleen in zoet water kuitschieten.
De grootste vis is de walvishaai. De reuzenhaai weegt ongeveer 5000 tot 7000 kilogram. De nakomelingen van de reuzenhaai zijn flinke baby's: ze kunnen al anderhalve meter tot twee meter groot zijn bij geboorte.
De mooiste spots bij rivieren zijn rivierkribben en de zogenaamde vakken er tussen. Met Google Maps kun je eenvoudig zien waar je ze kunt vinden en met satellietweergave kun je bepalen of je er makkelijk bij kunt komen. De ene krib is de ander niet, dus probeer ook te zoeken naar unieke aspecten.
In de Biesbosch is een meerval van 2,43 meter gevangen. Dat is een record! De twee mannen die hem aan de haak hadden, moesten flink tillen om de vis in de boot te krijgen.
De snoekbaars is een vis die oorspronkelijk uit het Elbe- en Donau gebied komt, maar heeft zich ondertussen verspreid over heel Europa. Je vindt ze in alle rivieren en alle wateren die daarmee in verbinding staan. Ze houden van groot en diep water, het liefst met een harde bodem en weinig begroeiing.
Op rivieren vind je de snoekbaars vooral op plekken die uit de stroming liggen, zoals havens en de uitgangen hiervan, in de buurt van sluizen, langs diepe kribben of op plekken waar warmer water in de rivier stroomt. Op stilstaand water dien je de diepste plekken te bevissen.
Ga je aan een toegankelijk, klein water vissen, dan heb je geen lange hengel nodig. Ga je echter aan een water vissen met veel obstakels langs de oever zoals rietkragen, dan is een langere hengel wel nodig om daar overheen te komen. Voor het vissen met kunstaas is een hengel van 2.10 meter het meest gemiddelde.
Steenvissen hebben stekels op de rugvin die een krachtig neurotoxine bevatten, een gifstof die kan leiden tot hevige pijn en verlamming, en zelfs de dood kan veroorzaken bij mensen. Daardoor staan ze bekend als de giftigste vissen ter wereld.
Murenen kunnen tot twee meter lang worden. De meeste tijd leven ze in holtes en grotjes. Ze hebben een beschermend slijm op hun lichaam dat bij aanraking giftig is.
Het visje luistert naar de naam Schindleria brevipinguis en is slechts zeven millimeter lang en één milligram zwaar. Hiermee hebben de Australiërs tegelijk het kleinste gewervelde diertje ter wereld beschreven. Australische onderzoekers beschreven deze week het kleinste en lichtste visje ter wereld.
De steur kan niet achteruit zwemmen. In een vijver met planten of draadalgen komt een steur al snel vast te zwemmen en verdrinkt.
Kaviaar wordt ook wel het zwarte goud genoemd. Het zijn namelijk de onbevruchte eitjes van een vis, de steur. Deze eitjes zijn zwart maar brengen geld op als goud. De steur wordt bedreigd en juist daarom worden zijn eitjes, de kaviaar, nog schaarser en dus waardevoller en duurder om te eten.
In grote delen van Centraal-Europa, in het bijzonder Polen en Hongarije, wordt de karper wel gegeten. De vis wordt verwerkt in vissoep of in moten gepaneerd en gebakken. Ook in Oost-Azië is de vis populair.
Ze haalden een Siberische steur van 3,59 meter uit het water met een gewicht van maar liefst 514 kilogram. De vis is bijna 100 jaar oud. Siberische steuren zijn één van de grootste zoetwatervissen ter wereld en kunnen meer dan 1.000 kilogram wegen.
De Europese Atlantische steur (Acipenser sturio) is de grootste vis die thuishoort in onze rivieren. Ze kunnen 3,5 meter lang worden en daarbij ruim 300 kilo wegen. Deze steurensoort leefde duizenden jaren lang in Nederland maar in de jaren 50 van de vorige eeuw werd de laatste steur gevangen en gedood.